Operation Manual

Gebruik
130
3.2 Voorbereiding
Om de eventuele vochtigheid te
verwijderen die wordt opgehoopt tijdens
de bewerkingen in de fabriek, voor een
correcte functionering van de elektronische
circuits en van de bedieningen:
1. Verwijder de beschermfolie van de
externe oppervlakken van het apparaat
en van de accessoires.
2. Verwijder eventuele etiketten (behalve
het plaatje met de technische gegevens).
3.3 Het gebruik van de kookplaat
Alle bedieningen en schakelaars bevinden
zich op het frontpaneel. Het gebruik van de
kookplaat gebeurt door middel van
sensortoetsen Touch-Control. Raak het
symbool op het oppervlak van
glaskeramiek lichtjes aan. Elke aanraking
wordt bevestigd door een geluidssignaal.
Lijst van de symbolen
On/Off-toets: voor de in- of
uitschakeling van de kookplaat.
Pauzetoets: onderbreekt de bereiding.
Toets toetsblokkering: voorkomt dat de
bedieningen ongewenst kunnen worden
aangeraakt.
Toets hoger: verhoogt de
bereidingstijd of de timer.
Toets lager: verlaagt de bereidingstijd
of de timer.
Schuifbalk: verhoogt of verlaagt het
vermogen.
Toets speciale functies: activeert de
speciale functies van het apparaat.
Recipiënten die geschikt zijn voor
inductiekoken
De pannen en potten die op de
inductieplaat worden gebruikt, moeten van
metaal zijn en over magnetische kenmerken
en een voldoende grote bodem
beschikken.
Geschikte recipiënten:
• Recipiënten in geëmailleerd staal met
dikke bodem.
• Recipiënten in gietijzer met
geëmailleerde bodem.
• Recipiënten in meerlagig roestvrij staal,
roestvrij ferritisch staal en aluminium met
speciale bodem.
Niet geschikte recipiënten:
• Recipiënten in koper, roestvrij staal,
aluminium, vuurvast glas, hout, keramiek
en terracotta.
Gedurende de eerste aansluiting
op het stroomnet wordt een
automatische controle uitgevoerd
die alle controlelampen enkele
seconden doet oplichten.