User manual

234 - GEBRUIK 914779671/E
Instelling van de bereiding met de
temperatuursonde
Als de oven koud is:
1. Selecteer een bereidingsfunctie
(bijvoorbeeld “GEVENTILEERD ”).
2. Draai aan de temperatuurknop om de
bereidingstemperatuur (bijvoorbeeld
“190°C”) in te stellen.
3. Open de deur van het apparaat.
4. Plaats de ovenschaal met het te bereiden
levensmiddel op de specifieke geleiders.
5. Steek de stekker van de temperatuursonde
in de specifieke aansluiting aan de zijkant.
Gebruik de sonde om het beschermkapje te
openen.
Op het display gaat het controlelampje
branden.
6. Sluit de deur.
7. Druk op de toets op het display om de
doeltemperatuur te veranderen.
8. Draai aan de temperatuurknop om de
doeltemperatuur (bijvoorbeeld “80°C”) in
te stellen.
9. Druk op toets om de ingestelde
doeltemperatuur te bevestigen.
De minimaal aanbevolen temperatuur
voor bereidingen met de sonde is
120°C, behalve bij bereidingen op
lage temperatuur.
Let op: de bereikbare delen ervan
worden zeer heet tijdens het gebruik.
Bescherm uw handen met ovenwanten
tijdens het aansluiten van de
temperatuursonde en bij het hanteren
van het voedsel in de oven.
U kunt een temperatuur selecteren van
minimaal 50°C tot maximaal 90°C.
Als de oven op een te lage temperatuur
wordt ingesteld, stelt het apparaat
automatisch de minimumtemperatuur in
die nodig is om de geselecteerde
doeltemperatuur te bereiken.
Voor een optimaal resultaat adviseren
we om altijd een bereidingstemperatuur
in te stellen die hoger dan de
doeltemperatuur is.
Als het tijdens een bereiding met de
sonde nodig is om de sonde los te
koppelen zonder de knoppen of het
display aan te raken, dan gaat de
functie verder als een normale
bereiding.