Operation Manual

Instructies Voor de Installateur
70
2. Installatie en inbedrijfstelling
Verwijder de polystyrol korfblokkeringen.
Plaats het apparaat op de daarvoor bestemde. De vaatwasser kan met de zijkanten of de
achterkant tegen meubels of wanden worden geplaatst.
Als de vaatwasser naast een warmtebron wordt geplaatst moet een warmteïsolerende wand
worden geplaatst om oververhitting en een slechte werking te voorkomen.
Voor de stabilteit moeten de inbouwapparaten voor onderbouw of integratie uitsluitend onder
ononderbroken werkbladen worden geplaatst en aan de ernaast geplaatste meubels worden
vastgeschroefd.
Om de inbouw te vergemakkelijken kunnen de toevoer- en afvoerslangen in alle richtingen worden
gedraaid; zorg ervoor dat ze niet worden geknikt of afgeklemd en dat ze niet te strak gespannen
komen te staan. Voor de passage van de buizen en de voedingskabel is een gat nodig van
minimaal Ø 8 cm.
Zet het apparaat waterpas op de grond met behulp van de regelbare voetjes. Dit is vereist voor de
correcte werking van de vaatwasser.
Aleen voor de vrijstaande modellen:
wanneer het apparaat niet in een nis is geplaatst en dus
vanaf een zijkant toegankelijk is, moet u, om veiligheidsredenen, de kant van het deurscharnier
bekleden (gevaar voor verwondingen).
De bekledingen zijn beschikbaar als accessoire bij de gespecialiseerde wederverkopers of de
Technische Servicedienst.
Sommige modellen hebben een centrale regelbare voet achter die met behulp van een schroef
onderaan de voorkant van het apparaat kan worden afgesteld.
2.1 Aansluiting op de waterleiding
Voorkom het risico van verstoppingen of beschadigingen:
als de waterleiding nieuw is of
langdurig ongebruikt gebleven, moet u, voordat u de aansluiting op de waterleiding uitvoert,
controleren of het water helder is en zonder vervuiling om schade aan het apparaat te voorkomen.
Gebruik voor de aansluiting van de vaatwasser op de waterleiding, uitsluitend nieuwe
slangen; gebruik nooit oude of reeds gebruikte slangen.
AANSLUITING OP DE WATERKRAAN
Sluit de toevoerslang, na plaatsing van het bij de vaatwasser geleverde filter
A
, aan op een
koudwaterkraan met een schroefdraad van ¾" gas.
Draai de slang met de hand stevig vast en
draai hem nog circa een kwartslag na met een tang. Bij de met ACQUASTOP uitgeruste
modellen is het filter al in de ring met schroefdraad aangebracht.