Operation Manual

NL
86
INTERPRETATIE VAN DE RESULTATEN
Wat is systolische en de
diastolische bloeddruk?
Als hartkamers samentrekken om
bloed uit het hart te pompen,
bereikt de bloeddruk zijn hoogste
waarde in de cyclus, de zoge-
naamde systolische waarde. Als
de hartkamers zich ontspannen,
bereikt de bloeddruk de laagste
waarde in de cyclus, die diastoli-
sche bloeddruk wordt genoemd.
Hoe worden bloed-
drukwaarden normaal
gesproken ingedeeld?
De door de Wereldgezond-
heidsorganisatie (WHO) en de
International Society of Hyperten-
sion (ISH) in 1999 gepubliceerde
bloeddruk-classificatie ziet er als
volgt uit:
Classificatie
SYS
(mmHg)
DIA
(mmHg)
Ernstige HT ≥ 180 ≥ 110
Gemiddelde HT 160 – 179 100 – 109
Geringe HT 140 – 159 90 – 99
Normaal hoog 130 – 139 85 – 89
Normaal 120 129 80 – 84
Optimaal < 120 < 80
HT = Hypertensie (hoge bloeddruk)
BELANGRIJK
Alleen een arts kan vaststellen wat uw
normale bloeddrukwaarde is. Raadpleeg
een arts als uw meetresultaat buiten deze
reeksen valt.
Detectie van
onregelmatige hartslag
Het toestel detecteert een
onregelmatige hartslag (hartrit-
mestoornis) als de hartslag
schommelt tijdens de meting
van de systolische en diastolische
bloeddruk. Tijdens elke meting
registreert de bloeddrukmeter de
hartslagintervallen en berekent
het gemiddelde. Als een gemid-
delde groter is of gelijk aan 25%,
wordt in het meetresultaat het
waarschuwingssignaal voor onre-
gelmatige hartslag weergegeven.
De waarschuwing “Onregelma-
tige hartslag” geeft aan dat tij-
dens de meting een onregelmatige hartslag
werd gedetecteerd die het karakter heeft
van een hartritmestoornis. Normaal ge
-
sproken is dit GEEN reden voor ongerust-
heid. Als het symbool echter met regelmaat
verschijnt, adviseren wij een arts te raadple
-
gen. Het toestel is geen vervanging voor een
cardiologisch onderzoek, maar kan onregel
-
matige hartslag vroegtijdig detecteren.