Instruction Manual

NL
16
Weergeven
ISO De lichtgevoeligheid aanpassen.
Witbalans De kleurtinten van een beeld aanpassen.
Scherpstellen De scherpstellingsmethode selecteren.
Lichtmeetfunctie
De lichtmeetfunctie selecteren die bepaalt welk gedeelte
van het onderwerp wordt gemeten voor de berekening
van de belichting.
Lach-herkenn.
gevoeligheid
De gevoeligheid instellen van de functie Lach-sluiter
voor het detecteren van glimlachen.
Gezichtsherkenning
De camera detecteert gezichten en past automatisch
verschillende instellingen aan.
Dichte-
ogenvermindering
Automatisch twee beelden opnemen en het beeld
selecteren waarop de ogen open zijn.
DRO
De DRO-functie instellen om de helderheid en het
contrast te verbeteren en de beeldkwaliteit te verhogen.
Eenvoudig-functie
Het tekstformaat wordt groter en alle aanduidingen
worden makkelijker zichtbaar.
Diavoorstelling Een methode voor doorlopende weergave selecteren.
Bijwerken
Een beeld bijwerken met behulp van verschillende
effecten.
Wissen Een beeld wissen.
Beveiligen Beelden beveiligen.
DPOF Een afdrukmarkering toevoegen aan een stilstaand beeld.
Roteren Een stilstaand beeld naar links of rechts roteren.
Map kiezen
Een map selecteren die de beelden bevat die u wilt
weergeven.