Operation Manual

128
Inhoud Handige opnametechnieken Index
geruime tijd achtereen aan hitte is blootgesteld
of lang in volledig opgeladen toestand is blijven
liggen of als de accu erg intensief is gebruikt.
Gebruik de aanduiding voor de resterende
accuduur als richtlijn om de geschatte
opnameduur te bepalen.
De aanduiding geeft aan dat de accu bijna
leeg is, hoewel deze nog ongeveer 20 minuten
kan worden gebruikt, afhankelijk van de
omstandigheden en de temperatuur.
De accu bewaren
Als de accu langere tijd niet wordt gebruikt,
moet u de accu één keer per jaar volledig
opladen en ontladen met de camcorder zodat
de accu goed blijft werken. Als u de accu wilt
opbergen, verwijdert u hem uit de camcorder
en bewaart u hem op een droge, koele plaats.
Om de accu volledig te ontladen op de
camcorder, raakt u
(HOME)
(INSTELLINGEN) [ALGEMENE INST.]
[AUTOM. UIT] [NOOIT] aan en laat u
de camcorder in de opnamepauzestand tot de
s
troom wordt uitgeschakeld (p. 98).
Informatie over de levensduur van de
accu
De capaciteit van de accu neemt af naarmate de
tijd verstrijkt en door herhaaldelijk gebruik. Als
de autonomie tussen de ladingen veel te klein
is geworden, dient u vermoedelijk een nieuwe
accu aan te schaffen.
De levensduur van elke accu is afhankelijk van
de omstandigheden waaronder deze wordt
bewaard en gebruikt.
Informatie over x.v.Color
x.v.Color is een meer vertrouwde term voor de
xvYCC-norm van Sony en is een handelsmerk
van Sony.
xvYCC is een internationale norm voor
kleurenbereik in video. Deze norm kan een
breder kleurenbereik aan dan de huidige
gebruikte uitzendnorm.
Informatie over de bediening van
uw camcorder
Gebruik en onderhoud
Gebruik of bewaar de camcorder en accessoires
niet onder de volgende omstandigheden:
In een extreme warme, koude of vochtige
ruimte. Laat de camcorder en de accessoires
nooit achter op plaatsen waar de temperatuur
tot boven 60°C kan oplopen, zoals in direct
zonlicht, bij de verwarming of in een auto
die in de zon staat geparkeerd. Er kunnen
storingen optreden of de camcorder en de
accessoires kunnen vervormen.
In de buurt van sterk magnetische velden of
mechanische trillingen. Er kunnen storingen
in de camcorder optreden.
In de buurt van sterke radiogolven of
straling. De camcorder kan wellicht niet goed
opnemen.
In de buurt van AM-radio-ontvangers en
videoapparatuur. Er kan ruis optreden.
Op zandstranden en in stoffige omgevingen.
Zand en stof kunnen storingen in de
camcorder veroorzaken. Soms kunnen deze
storingen niet meer worden hersteld.
Bij ramen of buiten waar het LCD-scherm of
de lens aan direct zonlicht wordt blootgesteld.
Hierdoor wordt het LCD-scherm beschadigd.
Gebruik uw camcorder op 6,8/7,2 V
gelijkstroom (accu) of 8,4 V gelijkstroom
(netspanningsadapter).
Gebruik voor werking op gelijkstroom of
wisselstroom alleen de accessoires die in deze
gebruiksaanwijzing worden vermeld.
Zorg dat de camcorder niet nat wordt,
bijvoorbeeld door regen of zeewater. Als de
camcorder nat wordt, kunnen er storingen
optreden. Soms kunnen deze storingen niet
meer worden hersteld.
Mocht er vloeistof of een voorwerp binnen in
de camcorder terechtkomen, moet u de stroom
onmiddellijk uitschakelen, de stekker uit het
stopcontact halen en de camcorder eerst door
een Sony-technicus laten nakijken voordat u het
apparaat weer in gebruik neemt.
Vermijd ruwe behandeling, demontage,
aanpassing en schokken door op het toestel te
kloppen, het te laten vallen of erop te trappen.
Wees vooral voorzichtig met de lens.