Operation Manual

13
NL
NL
Om een draadloze LAN in te stellen, is SSID
(naam draadloos netwerk) en de
veiligheidssleutel (WEP- of WPA-sleutel) vereist.
Als u deze niet kent, raadpleeg dan de
gebruiksaanwijzing van uw router.
1 Druk op HOME en selecteer
[Instellingen]  [Systeem settings] 
[Instellingen]  [Netwerk] 
[Netwerkinstellingen].
2 Instelling IP-adres/Proxyserver:
– automatische instelling:
[Netwerkverbinding instellen]  [Beginner]
– handmatige instelling:
[Netwerkverbinding instellen]  [Expert] 
[Bedrade instellingen] of [Wi-Fi instellingen]
3 Selecteer [Scannen] en kies dan een
netwerk uit de lijst van de gescande
draadloze netwerken.
4 Volg de instructies op het
installatiescherm.
Opmerking
• Om het netwerk te gebruiken met IPv6 dient u
[Instellingen]  [Systeem settings]  [Instellingen]
 [Netwerk]  [IPv6/IPv4-prioriteit]  [IPv6] te
selecteren en dan [Beginner] in [Netwerkverbinding
instellen].
• Als IPv6 is geselecteerd, kan de HTTP-proxy niet
worden ingesteld.
• Zorg ervoor dat uw omgeving beveiligd is, als u uw
wachtwoord invoert.
Om een draadloze LAN in te stellen, is SSID
(naam draadloos netwerk) vereist.
1 Druk op HOME en selecteer
[Instellingen]  [Systeem settings] 
[Instellingen]  [Netwerk] 
[Netwerkinstellingen].
2 Instelling IP-adres/Proxyserver:
– automatische instelling:
[Netwerkverbinding instellen]  [Beginner]
– handmatige instelling:
[Netwerkverbinding instellen]  [Expert] 
[Bedrade instellingen] of [Wi-Fi instellingen]
3 Selecteer [Scannen] en kies dan een
netwerk uit de lijst van de gescande
draadloze netwerken.
4 Volg de instructies op het
installatiescherm.
Opmerking
• De veiligheidssleutel (WEP- of WPA-sleutel) is niet
nodig omdat u bij deze procedure geen
veiligheidsmethode hoeft te kiezen.
• Om het netwerk te gebruiken met IPv6 dient u
[Instellingen]  [Systeem settings]  [Instellingen]
 [Netwerk]  [IPv6/IPv4-prioriteit]  [IPv6] te
selecteren en dan [Beginner] in [Netwerkverbinding
instellen].
• Als IPv6 is geselecteerd, kan de HTTP-proxy niet
worden ingesteld.
Voer, indien nodig, de respectievelijke
alfanumerieke waarden in voor uw router. De
items die ingesteld moeten worden (bijv. IP-
adres, Subnet Mask, DHCP), kunnen afhankelijk
van de internetserviceprovider of router
afwijken. Voor details, zie de
gebruiksaanwijzing van de
internetserviceprovider of de
gebruiksaanwijzing die bij de router is geleverd.
1 Druk op HOME en selecteer
[Instellingen]  [Systeem settings] 
[Instellingen]  [Netwerk] 
[Netwerkinstellingen].
2 Instelling IP-adres/Proxyserver:
– automatische instelling:
[Netwerkverbinding instellen]  [Beginner]
– handmatige instelling:
[Netwerkverbinding instellen]  [Expert] 
[Bedrade instellingen] of [Wi-Fi instellingen]
3 Volg de instructies op het
installatiescherm.
[Netwerkinstellingen] kan ook worden ingesteld
in het menu [Auto Start].
Opmerking
• Zorgt voor een automatische configuratie van uw
bedrade of draadloze netwerk.
Als er verbinding wordt gemaakt met een LAN-
kabel: Bedraad
Als er verbinding wordt gemaakt met een
ingebouwde draadloze LAN: Draadloos
Als er verbinding wordt gemaakt met de beide
kabels: Bedraad
• Als de optie [Beginner] wordt geselecteerd, wordt het
IP-adres automatisch ingesteld. De proxyserver is niet
in gebruik.
Type 2: Beveiligd netwerk zonder Wi-Fi
Protected Setup™ (WPS)
Type 3: Onbeveiligd netwerk met
iedere soort draadloze LAN-router
Type 4: Instelling bedraad netwerk