3-859-541-42(1) Mini Hi-Fi Component System Gebruiksaanwijzing NL Instruzioni per l’uso I f MHC-RX100 ©1997 by Sony Corporation
WAARSCHUWING Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen. Om gevaar voor elektrische schokken te vermijden, dient u de behuizing van het apparaat nooit te openen. Laat onderhoud en eventuele reparatie over aan bevoegd vakpersoneel. Plaats het apparaat niet in een omsloten ruimte, zoals een boekenrek of inbouw kast. De laser in dit apparaat is in staat om straling uit te zenden die de limiet van klasse 1 overschrijdt.
Inhouds opgave Voorbereidingen Diskjockey-effecten Stap 1: Aansluiten van de stereoinstallatie ..................................... 4 Repeteerweergave van een muziekpassage op CD .................. 29 Stap 2: Opstellen van de luidsprekers ................................ 5 “Flits” weergave van een muziekpassage op CD .................. 29 Stap 3: Gelijkzetten van de klok ........... 8 Toonregeling met golf-effekt .............. 30 Stap 4: Vastleggen van uw favoriete radiozenders ...................
Voorbereidingen Stap 1: Aansluiten van de stereo-installatie AM-kaderantenne FM-draadantenne / / Plaats twee R6 (AA-formaat) batterijen in de afstandsbediening Sluit de FM- en AM-antennes aan. Zet de kaderantenne in elkaar en sluit deze aan. AM-kaderantenne (bijgeleverd) Strek de FMdraadantenne zover mogelijk horizontaal uit. ] } } ] FM CO 75 AX IAL AM Tip Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer zes maanden meegaan.
Wanneer u de stereo-installatie vervoert 2 Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om het CD-mechanisme te beschermen: 1 Druk meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar totdat de aanduiding “CD” in het uitleesvenster verschijnt. 2 Houd de PLAY MODE toets ingedrukt en druk dan op de POWER toets zodat er "LOCK" in het uitleesvenster verschijnt. Plaats de middenluidspreker zoveel mogelijk op dezelfde hoogte als de voorluidsprekers (A).
Aansluiten van de luidsprekers Rechter akoestiek-achterluidspreker 2 Linker akoestiek-achterluidspreker 2 Akoestiekmiddenluidspreker 3 5 1 1 2 3 1 4 Linker voorluidspreker 1 Rechter voorluidspreker Sluit eerst de voorluidsprekers aan. Verbind alle draden van de luidsprekersnoeren met de FRONT SPEAKER aansluitklemmen van dezelfde kleur. Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van antennes en antennesnoeren, om storing in de ontvangst te voorkomen.
3 Sluit de akoestiekmiddenluidspreker aan. Verbind beide draden van het luidsprekersnoer met de CENTER SURROUND SPEAKER aansluitklemmen van dezelfde kleur. Steek alleen de gestripte kerndraad in de klem. R + L Aanbrengen van de voetjes onder de middenluidspreker Tip U kunt de lage tonen extra krachtig laten klinken door een los verkrijgbare lagetonenluidspreker op de “superwoofer” luidsprekerklemmen aan te sluiten.
Stap 2: Opstellen van de luidsprekers (vervolg) 1 Druk op de PRO LOGIC toets. De aanduiding “PRO LOGIC ON” verschijnt. 2 Stap 3: Gelijkzetten van de klok Om de schakelklok-funkties te kunnen gebruiken, zult u eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd moeten instellen. 1 Druk op de T.TONE ON/OFF toets van de afstandsbediening. n De luidsprekers geven dan één voor één de testtoon weer, in de onderstaande volgorde. Hiermee kunt u de geluidssterkte evenredig instellen.
Opmerking Bij het gelijkzetten van de klok moet u de akoestiekaanduiding in het uitleesvenster in een andere stand dan spectrum-analyzer 3 zetten. (Zie “Veranderen van de akoestiek-aanduidingen” op blz. 34.) 2 Druk net zovaak op de TUNING MODE toets totdat de aanduiding “AUTO” in het uitleesvenster verschijnt. 3 Draai aan de instelknop. De tuner begint nu de afstemband te doorzoeken, om te stoppen wanneer er op een duidelijk doorkomende zender is afgestemd.
Stap 4: Vastleggen van uw favoriete radiozenders (vervolg) Afstemmen op een zender die te zwak is voor automatische afstemming Druk in stap 2 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “MANUAL” verschijnt en draai dan aan de instelknop om op de gewenste zender af te stemmen. Vastleggen onder een ander nummer Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 1.
Aansluiten van een minidiscrecorder voor het maken van analoge opnamen Steek de stekkers in de aansluitbussen met dezelfde kleur. Voor het luisteren naar de weergave van de aangesloten minidiscrecorder, drukt u meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar tot in het uitleesvenster de aanduiding “MD” verschijnt. Naar de audiouitgangen van de minidisc-recorder Aansluiten van een lagetonenluidspreker Voor extra bassen kunt u een los verkrijgbare lagetonenluidspreker aansluiten.
Aansluiten van externe audio/ video-apparatuur (vervolg) Aansluiten van buitenantennes Voor de beste radio-ontvangst is het aanbevolen een of meer buitenantennes aan te sluiten. FM-antenne Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne aan. U kunt ook gebruik maken van een TVantenne. IEC standaard antennestekker (niet bijgeleverd) Schroefklem FM CO75 AX IA L AM y Aardingsdraad (niet bijgeleverd) AM-antennes Sluit een geïsoleerde draad van 6 tot 15 meter lengte aan op de AM antenne-aansluiting.
Basisbediening 1 Afspelen van een compact disc — Normale weergave Met deze stereo-installatie kunt u tot drie compact discs achtereen afspelen. POWER 0) 0 2 1 Æ‚ „ ) Æ‚ ⁄ Druk op de § OPEN/CLOSE toets en leg een of twee compact discs in de disc-lade. Als een disc niet goed geplaatst is, kan deze niet worden afgespeeld. Met de bedrukte label-kant boven. Voor het afspelen van een 8 cm CD singletje plaatst u dit in de binnenste uitsparing van de disc-lade.
Afspelen van een compact disc (vervolg) Voor het Doet u het volgende Stoppen met afspelen Druk op de toets (of op de p toets van de afstandsbediening). Pauzeren Druk op de · toets (of op de P toets van de afstandsbediening). Druk nogmaals op de toets om de weergave te hervatten. Opzoeken van een muziekstuk Draai de instelknop tijdens weergave of pauzeren naar rechts (om vooruit te gaan) of naar links (om terug te gaan) en laat de knop los bij het gewenste muziekstuk.
2 Opnemen van een compact disc Druk dan nogmaals op de toets om de disc-lade te sluiten. Als de indikator voor de gewenste discuitsparing niet groen oplicht, druk dan net zovaak op de DISC SKIP EXCHANGE toets tot de indikator groen oplicht. — CD synchroon-opname Met behulp van de CD SYNCHRO toets kunt u een compact disc snel en doeltreffend op de band opnemen. U kunt TYPE I (normaalband) of TYPE II (CrO2-band) cassettes gebruiken. Het opnameniveau wordt automatisch ingesteld.
Opnemen van een compact disc (vervolg) Tips • Wilt u op de achterkant van de cassette beginnen met opnemen, druk dan op de ª toets zodat de ª aanduiding (voor de achterkant van de cassette) oplicht. • Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van die kant is bereikt.
1 Druk net zovaak op de TUNER/ BAND toets tot de gewenste afstemband in het uitleesvenster wordt aangegeven. n Het aantal afstembanden dat u kunt ontvangen hangt af van het model dat u heeft. Er is een model met vier afstembanden en een model met drie afstembanden.
4 Opnemen van een radio-uitzending Met de kant voor opname naar u toe gericht. Na keuze van de gewenste vastgelegde voorkeurzender kunt u radio-uitzendingen op de band opnemen. U kunt TYPE I (normaalband) of TYPE II (CrO2-band) cassettes gebruiken. Het opnamenivo wordt automatisch ingesteld. 6 3 2 POWER … Æ „ » Druk op de r toets. 6 Kies met de DIRECTION schakelaar de “A” instelling voor het opnemen op één cassettekant of de “a” (of “RELAY”) instelling voor het opnemen op beide cassettekanten.
1 Afspelen van een cassette De cassettedecks zijn geschikt voor weergave van TYPE I (normaalband), TYPE II (CrO2band) en TYPE IV (metaalband) cassettes. Bij plaatsen van een cassette neemt het deck automatisch de bandsoort waar en stelt daarop in. Gebruik de DECK A en DECK B toetsen op de afstandsbediening om het gewenste deck te kiezen. 2 POWER DOLBY NR 0 Met de kant die u wilt weergeven naar u toe gericht.
Afspelen van een cassette (vervolg) Tips • Bij indrukken van de · of de ª toets wanneer de stereo-installatie nog uit staat, wordt deze automatisch ingeschakeld en begint het afspelen van de cassette, mits er een cassette in het deck aanwezig is (één-toets weergavestart). • U kunt in één handeling overschakelen van een andere geluidsbron en de weergave van een cassette starten, eenvoudig met een druk op de · of de ª toets (automatische geluidsbron-keuze).
3 Kies met de DIRECTION schakelaar de “A” instelling voor het opnemen op één cassettekant of de “a” (of “RELAY”) instelling voor het opnemen op beide cassettekanten. 4 Druk op de toets. Het kopiëren begint. Stoppen met kopiëren Druk op de toets van deck A of B. Tips Basisbediening • Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van die kant is bereikt.
Compact disc speler Gebruik van het CD uitleesvenster In het uitleesvenster kunt u de resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk of de gehele compact disc kontroleren. 0 — REPEAT weergave Met de herhaalfunktie kunt u een enkele compact disc of alle CD’s laten herhalen met normale weergave, willekeurige weergave of programma-weergave.
Willekeurige weergave van muziekstukken op CD 4 Druk op de fl toets. De aanduiding “J” verschijnt en dan begint het afspelen in willekeurige volgorde. — SHUFFLE weergave Alle muziekstukken van een compact disc of van alle compact discs kunnen in willekeurige volgorde worden weergegeven. 3 2 POWER 0 4 1 DISC 1-3 Æ‚ ⁄ Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “SHUFFLE” of “PROGRAM” in het uitleesvenster dooft. Hierna worden de muziekstukken in de normale volgorde weergegeven.
Programmaweergave van muziekstukken op CD 3 Druk op een van de DISC 1-3 toetsen om in te stellen op de CD met het gewenste muziekstuk. 4 Draai aan de instelknop tot het gewenste muziekstuk in het uitleesvenster wordt aangegeven. — PROGRAM weergave U kunt uw eigen muziekselektie samenstellen door maximaal 32 nummers van alle CD’s te programmeren in de volgorde waarin u de muziek wilt horen.
Voor het Doet u het volgende Kontroleren van het programma Druk meermalen op de CHECK toets van de afstandsbediening. Nadat het laatste muziekstuk is getoond, verschijnt “CHECK END”. Wissen van het laatste muziekstuk in het muziekprogramma Druk in de stopstand op de CLEAR toets van de afstandsbediening.
Cassettedeck Handmatig opnemen U kunt een compact disc, cassette of radiouitzending opnemen. Bij handmatig opnemen kunt u naar wens muziekstukken overslaan of bijvoorbeeld in het midden van de cassette beginnen met opnemen. Het opnameniveau wordt automatisch ingesteld. 4 POWER 0 6 2 „ ) Æ‚ ⁄ 5 Druk op de toets van deck B. Het opnemen begint. 6 Begin met de weergave van de geluidsbron die u wilt opnemen. Voor het Doet u het volgende Stoppen met opnemen Druk op de deck B.
Geprogrammeerde opname van een CD 1 Leg een of meer compact discs in de disc-lade en steek een voor opnemen geschikte cassette in deck B. — Programma-montage 2 Druk net zovaak op de FUNCTION keuzeschakelaar tot de aanduiding “CD” verschijnt. 3 Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PROGRAM” verschijnt. 4 Druk op een van de DISC 1-3 toetsen om in te stellen op de CD met het gewenste muziekstuk.
Geprogrammeerde opname van een CD (vervolg) 8 Druk op de toets van de afstandsbediening om een pauze in te voegen. Deze pauze geeft het einde van het muziekprogramma voor cassettekant A aan. De letter “P” verschijnt en de totale speelduur komt op “0.00” te staan. 9 Voor het programmeren van de muziekstukken bestemd voor opname op cassettekant B, herhaalt u de stappen 5 en 6 indien het muziekstukken van dezelfde disc betreft of anders de stappen 4 t/m 6. 10 Druk op de CD SYNCHRO toets.
Diskjockey-effekten Repeteerweergave van een muziekpassage op CD “Flits” weergave van een muziekpassage op CD — LOOP weergave — FLASH weergave Tijdens afspelen kunt u een bepaalde muziekpassage enkele malen laten herhalen. Zo kunt u interessante effekten bereiken voor creatieve eigen opnamen. Tijdens afspelen kunt u een bepaalde muziekpassage met plotseling opkomende en afvallende geluidssterkte weergeven. Zo kunt u interessante effekten bereiken voor creatieve eigen opnamen.
Toonregeling met golf-effekt — WAVE funktie Bij gebruik van deze funktie wordt de instelling van de grafiek-toonregeling golvend aan het geluid toegevoegd. U kunt dit effekt in kombinatie met iedere geluidsbron gebruiken, maar het resultaat kan niet worden opgenomen. WAVE POWER 0 Instelknop „ ) ⁄ / Æ‚ Druk op de WAVE toets bij het punt waar u wilt starten en houd de toets ingedrukt totdat u de normale weergave wilt laten doorgaan.
Instellen van de weergave Opmerkingen Bijregelen van het geluid U kunt het weergegeven geluid meer kracht geven door de bassen of het gehele klankbeeld extra te versterken. Ook is er een hoofdtelefoon-aansluiting om te luisteren zonder anderen te storen. POWER 0 • Als u bij muziek met erg veel lage tonen de DBFB basversterkingsfunktie gebruikt samen met de grafiek-toonregeling, is het mogelijk dat het geluid vervormd klinkt.
/ Gebruik van het akoestiekmenu Druk enkele malen op de DSP toets om in te stellen op het gewenste digitale klankbeeld. OFF: Voor uitschakelen van de digitale akoestiekfunkties. HALL: Voor weergave met de akoestiek van een concertzaal. THEATER: Voor weergave met de akoestiek van een bioskoopzaal. Via het akoestiekmenu kunt u de geluidsweergave aanpassen aan de muziek en aan uw luisterkamer.
Genieten van Dolby Pro Logic akoestiek U kunt genieten van de ruimtelijke Dolby Pro Logic Surround akoestiek van voorbespeelde videobanden die zijn voorzien van een Dolby Surround geluidsspoor (en het q beeldmerk). Zorg eerst voor de juiste luidspreker-opstelling en bijregeling (zie blz. 5). Met behulp van het akoestiek-menu kunt u het klankbeeld aanpassen aan de muziek waar u naar luistert.
Kiezen van een akoestiekinstelling (vervolg) Veranderen van de akoestiekaanduidingen Annuleren van het akoestiekeffekt Telkens wanneer u de SPECTRUM ANALYZER toets even indrukt, veranderen de akoestiek-aanduidingen in het uitleesvenster zoals hieronder aangegeven. Druk net zovaak op de EFFECT ON/OFF toets (of op de MUSIC MENU ON/OFF toetsen van de afstandsbediening) tot de aanduiding “EFFECT OFF” verschijnt.
Bijregelen van de akoestiek-instelling U kunt de akoestiek-instelling met behulp van de grafiek-toonregeling en het ruimtelijk rondom-effekt bijregelen. Bijregelen met de grafiek-toonregeling Met de grafiek-toonregeling kan het nivo van de diverse frekwentiebanden naar wens verhoogd of verlaagd worden. Alvorens te beginnen, kiest u een bepaalde akoestiek-instelling die gebruikt wordt als basis voor de bijregeling van de klank. 2 3 5 POWER 0 3 Stel het nivo in met de instelknop.
Vastleggen van uw eigen akoestiekinstellingen — PERSONAL FILE funktie Na het samenstellen van uw eigen akoestiekinstellingen (met behulp van de grafiektoonregeling en het ruimtelijk rondom-effekt) kunt u deze in het geheugen van de stereoinstallatie vastleggen. Dit biedt u de mogelijkheid telkens voor de weergave van een favoriete radio-uitzending, cassette of compact disc het bijbehorende akoestiekpatroon op te roepen, om de muziek precies naar wens te laten klinken.
Extra funkties Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster Telkens wanneer u op de DISPLAY/DEMO toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt: Welke mogelijkheden biedt het RDS informatiesysteem? De RDS (Radio Data Systeem) is een digitaal radioinformatiesysteem waarmee radiozenders naast de gewone radio-uitzendingen allerlei nuttige informatie kunnen uitzenden.
Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) (vervolg) 5 Druk nogmaals op de ENTER/ NEXT toets terwijl het voorkeurzendernummer nog knippert. Uitschakelen van de PTY programmatype-zoekfunktie Druk nogmaals op de PTY toets. Overzicht van de programmatypes (PTY) POP MUSIC (popmuziek) Populaire muziek. ROCK MUSIC (rockmuziek) Moderne serieuze muziek. SCIENCE (wetenschap) Programma’s over natuurwetenschappen en technologie.
Karaoke: Meezingen met muziek U kunt de zang op een stereo compact disc of cassette onderdrukken zodat u zelf kunt zingen met de muziek als instrumentale begeleiding. Voor het gebruik van de karaoke-funktie heeft u een los verkrijgbare mikrofoon nodig. 3 POWER 0 „ ) ⁄ Æ‚ 4 Speel de muziek en stel de geluidssterkte in. 5 Stel met de MIC LEVEL regelaar de geluidssterkte van de mikrofoon in.
Opnemen van gemengd geluid (vervolg) 3 Druk op de r toets. 4 Druk op de 5 Druk op de · toets om te beginnen met de weergave van de compact disc (of de weergave van de cassette in deck A). Met muziek in slaap vallen — Sluimerfunktie toets. U kunt de stereo-installatie na een zelf te kiezen periode automatisch laten uitschakelen, zodat u gerust met muziek in slaap kunt vallen (dit noemen we de sluimerfunktie). De sluimerduur is instelbaar in stappen van 10 minuten.
Met muziek gewekt worden 4 — Wekfunktie U kunt de stereo-installatie automatisch op een vooraf ingesteld tijdstip laten inschakelen, zodat u elke morgen met muziek gewekt wordt. Voor het instellen van deze wekfunktie moet wel eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd zijn ingesteld (zie “Stap 3: Gelijkzetten van de klok”). 9 3 0 De aanduiding “ON” verschijnt en de uren-cijfers voor de inschakeltijd gaan knipperen.
Met muziek gewekt worden (vervolg) Kontroleren van de wekfunktieinstellingen Druk op de TIMER SELECT toets en draai dan aan de instelknop om “DAILY 1” of “DAILY 2” te kiezen. Druk vervolgens op de ENTER/NEXT toets. Om de instellingen te wijzigen, volgt u weer de aanwijzingen vanaf stap 1.
3 Draai aan de instelknop tot er “REC” in het uitleesvenster wordt aangegeven. Druk vervolgens op de ENTER/NEXT toets. De aanduiding “ON” verschijnt en de uren-cijfers voor de inschakeltijd gaan knipperen. REC Druk op de TIMER SELECT toets en draai dan aan de instelknop om “REC” te kiezen. Druk vervolgens op de ENTER/NEXT toets. Om de instellingen te wijzigen, volgt u weer de aanwijzingen vanaf stap 1.
Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen Stroomvoorziening Kontroleer, alvorens de stereo-installatie in gebruik te nemen, of de bedrijfsspanning van het apparaat overeenkomt met de plaatselijke netspanning. Veiligheid • Zolang de stekker van het netsnoer in het stopkontakt steekt, blijft er een geringe hoeveelheid stroom naar het apparaat lopen, ook al is het apparaat zelf uitgeschakeld. • Trek de stekker uit het stopkontakt wanneer u denkt het apparaat geruime tijd niet te gebruiken.
Alvorens de cassette in het cassettedeck te plaatsen Trek een eventuele lus in de band strak. Dit om te voorkomen dat de band zich rondom de onderdelen wikkelt, met beschading van de band en het cassettedeck als gevolg. Betreffende het gebruik van cassettes langer dan 90 minuten De band van deze cassettes is erg dun. Bij gebruik van deze cassettes wordt het afgeraden veelvuldig en snel achter elkaar om te schakelen tussen afspelen, stoppen, snelspoelen e.d.
Verhelpen van storingen (vervolg) Ernstige brom of ander storend geluid. •De stereo-installatie staat te dicht bij een TV of videorecorder. Zet de stereoinstallatie verder van de TV of videorecorder vandaan. Het geluid van de aangesloten geluidsbron klinkt vervormd. •Als de aanduiding “VIDEO” verschijnt wanneer u de FUNCTION keuzeschakelaar indrukt, dient u over te schakelen op “MD” (zie de opmerkingen in de paragraaf “Aansluiten van een videorecorder”). De schakelklok-funkties werken niet naar behoren.
Cassettedeck Tuner Opnemen is niet mogelijk. • Er is geen cassette in de houder aanwezig. • Het wispreventienokje van de cassette is verwijderd (zie “Beschermen van uw bandopnamen tegen per ongeluk wissen” op blz. 44). • De band is geheel naar één kant opgespoeld. Ernstige brom of andere storing in de radio-ontvangst (in het uitleesvenster knippert de “TUNED” of de “STEREO” aanduiding). •Richt of verstel de antenne. •De ontvangen zender komt te zwak door. Sluit een buitenantenne aan.
Uitgangen Technische gegevens Versterker DIN uitgangsvermogen FRONT SPEAKER: 50 + 50 watt (8 ohm, bij 1 kHz) REAR SURROUND SPEAKER: 10 + 10 watt (16 ohm, bij 1 kHz) CENTER SURROUND SPEAKER: 20 watt (8 ohm, bij 1 kHz) Continu RMS uitgangsvermogen FRONT SPEAKER: 70 + 70 watt (8 ohm, bij 1 kHz, 10% THV) REAR SURROUND SPEAKER: 12,5 + 12,5 watt (16 ohm, bij 1 kHz, 10% THV) CENTER SURROUND SPEAKER: 25 watt (8 ohm, bij 1 kHz, 10% THV) Muziekvermogen FRONT SPEAKER: 105 + 105 watt (8 ohm, bij 1 kHz, 10% THV) REAR
Tuner-gedeelte FM stereo, FM/AM superheterodyne afstemming FM afstemtrap Afstembereik Model met drie afstembanden: 87,5 – 108,0 MHz (50 kHz interval) Model met vier afstembanden: 65,0 – 74,0 MHz (10 kHz interval) 87,5 – 108,0 MHz (50 kHz interval) Antenne FM draadantenne Antenne-aansluitingen 75 ohm, asymmetrisch Tussenfrekwentie 10,7 MHz UKV afstemtrap (alleen model met vier afstembanden) Afstembereik 65,0 - 74,0 MHz (10 kHz interval) (polaire stereo) AM afstemtrap Afstembereik Antenne Tussenfrekwenti
Index A Aanduidingen in het uitleesvenster 7, 22, 34, 37 Aansluiten antennes 4, 12 los verkrijgbare apparatuur 10 stereo-installatie 4 stroomvoorziening 7 Afspelen compact disc 13 gekozen volgorde (programma-weergave) 24 herhaalde weergave 22 willekeurige volgorde 23 Akoestiek-instelling 33 Antennes 4, 12 Automatische geluidsbronkeuze 14, 17, 20 F FLASH funktie 29 G Geheugenafstemming 16 Gelijkzetten van de klok 8 Geluidsinstellingen 31 H, I, J Herhaalde weergave 19 Juiste tijd 8 Batterijen 4 Beveiligen