Operation Manual

31
NL
TOETSAANDUIDING
01
9
ROOD (
m
),
GROEN (
N
), GEEL
(
M
), BLAUW (
x
)
1 2
1 – 9, 0, -/--
qa t
(INPUT SELECT)
7GUIDE
8RETURN (EXIT)
qg /
(TELETEXT)
qjMENU
qlTOOLS (EPG)
qk V
qk v
qk b
qk B
qk OK
qfPROGRAM +/–
qh
qsENT
qdANALOG
5
3DIGITAL
Satelliettuner
FUNCTIE
In- en uitschakelen.
Fastext-toetsen
Het programma wijzigen. Als u
bijvoorbeeld naar programma 5 wilt
gaan, drukt u op 0 en 5.
De uitgang van de satellietontvanger
overschakelen naar de televisie.
(Wanneer u een televisiekabel of
antenne op de receiver aansluit,
schakelt de uitgang tussen een
televisie- en een satellietprogramma.)
De Master Guide openen.
De modus uitschakelen.
Overschakelen naar teletekst.
Het scherm MENU openen.
Het scherm EPG weergeven of
verbergen.
De cursor naar boven verplaatsen.
De cursor naar beneden verplaatsen.
De cursor naar rechts verplaatsen.
De cursor naar links verplaatsen.
De Station Index openen als er geen
programmagids wordt weergegeven.
Het gemarkeerde programma
selecteren.
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
Terugkeren naar de zender waarop het
laatst was afgestemd.
De Help weergeven.
Het scherm Box Office weergeven.
Het scherm Services weergeven.
Het interactieve scherm weergeven.
TOETSAANDUIDING
01
12qs
1 – 9, 0, ENT, -, 1 –
, 2 –
qg/ (DISPLAY)
qat
(ANT/SW)
qdANALOG
(INPUT SELECT)
qjMENU
qk V
qk v
qk b
qk B
qk OK
9m
9N
9M
9REC z
9x
9X
qfPROGRAM +/–
8RETURN
Videorecorder
FUNCTIE
In- en uitschakelen.
Het programma wijzigen. Als u
bijvoorbeeld naar programma 5 wilt
gaan, drukt u op 0 en 5 (of op 5 en
ENT).
Het schermdisplay weergeven.
De antenne-uitvoer wijzigen.
De ingangsmodus wijzigen.
Het scherm MENU openen.
De cursor naar boven verplaatsen.
De cursor naar beneden verplaatsen.
De cursor naar rechts verplaatsen.
De cursor naar links verplaatsen.
Het geselecteerde item in het scherm
MENU invoeren.
Terugspoelen.
Afspelen.
Snel vooruitspoelen.
Houd REC z* ingedrukt en druk op
N om op te nemen. Laat eerst N los
en laat vervolgens REC z los.
Stoppen.
Pauzeren.
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
De modus uitschakelen.
* De toets REC z werkt niet alleen om te voorkomen dat
er per ongeluk wordt opgenomen.
TOETSAANDUIDING
01
1qs
1 – 9, 0, ENT
qfPROGRAM +/–
qh
Kabeldoos
FUNCTIE
In- en uitschakelen.
Het programma wijzigen. Als u
bijvoorbeeld naar programma 5 wilt
gaan, drukt u op 0 en 5 (of op 5 en
ENT).
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
De functie JUMP, FLASHBACK of
CHANNEL RETURN bedienen.
TOETSAANDUIDING
6%
7GUIDE
(EPG)
8RETURN
3DIGITAL
qlTOOLS
qdANALOG
qg/ (TELETEXT)
9
ROOD (
m
),
GROEN (
N
), GEEL
(
M
), BLAUW (
x
)
FUNCTIE
Het volume van de televisie dempen.
Druk nogmaals op de toets om het
dempen op te heffen.
De programmagids gebruiken.
De modus uitschakelen.
DIGITAL selecteren.
De instelmodus OPTION openen.
ANALOG selecteren.
Overschakelen naar teletekst.
Fastext-toetsen
Fastext gebruiken
Met Fastext hebt u via één druk op een toets
toegang tot pagina's.
Wanneer een Fastext-pagina wordt uitgezonden,
verschijnt een menu met kleurcodes onder aan het
scherm.
De kleuren van dit menu komen overeen met de
rode, groene, gele en blauwe toetsen op de
afstandsbediening.
Druk op de toets die overeenkomt met het menu
met kleurcodes.
De pagina wordt na enkele seconden weergegeven.
Wordt vervolgd