Operation Manual

Verbinding maken met draadloze
netwerken
U hebt vanaf uw telefoon toegang tot internet met behulp van de Wi-Fi®-technologie. Op
deze manier kunt u op internet surfen en goedkoper bellen en gegevens overbrengen.
Als uw bedrijf of organisatie over een VPN (Virtual Private Network) beschikt, kunt u
verbinding met dit netwerk maken met uw telefoon. U kunt een VPN gebruiken om toegang
te krijgen tot intranetten en andere interne services in uw bedrijf.
Wi-Fi™
Met de Wi-Fi™-technologie hebt u draadloze internettoegang via uw telefoon. Als u via een
Wi-Fi™-verbinding toegang wilt krijgen tot internet, moet u eerst zoeken naar een
beschikbaar Wi-Fi™-netwerk en verbinding maken met dit netwerk. De signaalsterkte van
het Wi-Fi™-netwerk kan verschillen, afhankelijk van de locatie van de telefoon. U kunt de
signaalsterkte mogelijk verbeteren door uw afstand tot het Wi-Fi™-toegangspunt te
verkleinen.
Voordat u Wi-Fi™ gaat gebruiken
Als u met behulp van een Wi-Fi™-verbinding wilt surfen, moet u een beschikbaar Wi-Fi™-
netwerk zoeken en hiermee verbinding maken, en daarna de internetbrowser openen. De
signaalsterkte van het Wi-Fi™-netwerk kan verschillen, afhankelijk van de locatie van de
telefoon. Verbeter de signaalsterkte door uw afstand tot het Wi-Fi™-toegangspunt te
verkleinen.
Wi-Fi® inschakelen
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken.
3
Schakel het selectievakje Wi-Fi in. Op de telefoon wordt nu gescand naar
beschikbare Wi-Fi®-netwerken.
Het kan enkele seconden duren voordat de Wi-Fi®-verbinding is ingeschakeld.
Verbinding maken met een Wi-Fi®-netwerk
1
Tik op het Startscherm op
.
2
Ga naar en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken > Wi-Fi-instellingen.
3
Beschikbare Wi-Fi®-netwerken worden weergegeven onder Wi-Fi-netwerken. De
beschikbare netwerken kunnen open of beveiligd zijn. Open netwerken worden
aangeduid met
en beveiligde netwerken worden aangeduid met naast de Wi-
Fi®-netwerknaam.
4
Tik op een Wi-Fi®-netwerk om hiermee verbinding te maken. Als u verbinding
probeert te maken met een beveiligd Wi-Fi®-netwerk, wordt u gevraagd een
wachtwoord in te voeren. Op de statusbalk wordt weergegeven als u verbinding
hebt.
Uw telefoon onthoudt de Wi-Fi®-netwerken waarmee u verbinding maakt. De volgende keer dat
u zich binnen het bereik van een Wi-Fi™-netwerk bevindt waarmee u eerder verbinding hebt
gemaakt, maakt de telefoon automatisch verbinding met dit netwerk.
Op bepaalde locaties moet u voor een open Wi-Fi®-netwerk mogelijk inloggen op een
webpagina voordat u toegang krijgt tot het netwerk. Neem contact op met de desbetreffende
Wi-Fi®-netwerkbeheerder voor meer informatie.
Verbinding maken met een ander Wi-Fi®-netwerk
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken > Wi-Fi-instellingen.
Gedetecteerde Wi-Fi®-netwerken worden weergegeven in de sectie Wi-Fi-
netwerken.
3
Tik op een ander Wi-Fi®-netwerk om hiermee verbinding te maken.
68
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.