Operation Manual

VPN-verbindingen worden bijvoorbeeld vaak gebruikt door organisaties en
onderwijsinstellingen voor gebruikers die toegang moeten krijgen tot intranetten en
andere interne services terwijl ze zich buiten het interne netwerk bevinden, zoals
vertegenwoordigers van een bedrijf die op reis zijn.
VPN-verbindingen kunnen op veel verschillende manieren tot stand worden gebracht,
afhankelijk van het netwerk. Voor bepaalde netwerken moet u mogelijk een
beveiligingscertificaat overbrengen naar uw apparaat om het daar te installeren. Als u
meer gedetailleerde informatie wilt hebben over het tot stand brengen van een verbinding
met uw VPN, neemt u contact op met de netwerkbeheerder van uw bedrijf of
organisatie.
Een VPN (Virtual Private Network) toevoegen
1
Tik in het Startscherm op
.
2
Ga naar en tik op Instellingen > Meer… > VPN.
3
Tik op
.
4
Selecteer het type VPN dat u wilt toevoegen.
5
Voer uw VPN-instellingen in.
6
Tik op Opslaan.
Verbinding maken met een VPN (Virtual Private Network)
1
Tik op het Startscherm op
.
2
Ga naar en tik op Instellingen > Meer… > VPN.
3
Tik in de lijst met beschikbare netwerken op het VPN waarmee u verbinding wilt
maken.
4
Voer de vereiste informatie in.
5
Tik op
Verbinding maken
.
De verbinding verbreken met een VPN (Virtual Private Network)
1
Sleep de statusbalk omlaag.
2
Tik op de melding voor de VPN-verbinding om deze uit te schakelen.
Inhoud delen met DLNA Certified™-apparaten
U kunt media-inhoud weergeven of afspelen die is opgeslagen op uw apparaat op
andere apparaten, bijvoorbeeld een tv of een computer. Deze apparaten moeten DLNA
Certified™ zijn door Digital Living Network Alliance en alle apparaten moeten verbinding
maken met hetzelfde Wi-Fi®-netwerk om inhoud te kunnen delen. U kunt ook inhoud
van andere DLNA Certified™-apparaten weergeven of afspelen op uw apparaat.
Nadat u het delen van inhoud tussen apparaten hebt ingesteld, kunt u bijvoorbeeld op
uw apparaat luisteren naar muziekbestanden die op uw thuiscomputer zijn opgeslagen
of foto's die u hebt gemaakt met de camera op uw apparaat, weergeven op een groot
telefvisiescherm.
Bestanden van DLNA Certified™-apparaten afspelen op uw apparaat
Wanneer u bestanden van een ander DLNA Certified™-apparaat afspeelt op uw
apparaat, dient het andere apparaat als een server. Met andere woorden, het deelt
inhoud via een netwerk. Op het serverapparaat moet de functie voor het delen van
inhoud zijn ingeschakeld en moet toegang aan uw apparaat toestaan. Het moet ook
verbonden zijn met hetzelfde Wi-Fi®-netwerk als uw apparaat.
Een gedeelde track op uw apparaat afspelen
1
Zorg ervoor dat de apparaten waarmee u bestanden wilt delen, met hetzelfde Wi-
Fi®-netwerk als uw apparaat zijn verbonden.
2
Tik op uw Startscherm op
, ga naar WALKMAN en tik hierop.
3
Selecteer een apparaat in de lijst met verbonden apparaten.
4
Blader in de mappen van het verbonden apparaat en selecteer de track die u wilt
afspelen. De track wordt automatisch afgespeeld.
87
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.