Operation Manual

127
77-117
Nauwkeurigheid verticale straal
P
1
D
1
P
2
P
3
D
1
2 x D
1
P
4
D
1
P
2
P
3
D
1
2 x D
1
P
1
P
1
D
2
1. Meet de hoogte van een deurpost of
referentiepunt om de afstand D
1
te
bepalen. Plaats laserapparaat zoals in de
afbeelding is getoond met de laser aan.
Richt de verticale straal op de deurpost of
referentiepunt. Markeer punten P
1
,
P
2
, en
P
3
zoals getoond.
2. Verplaats het laserapparaat naar de
tegenovergestelde kant van de deurpost of
referentiepunt en richt de verticale straal
gelijk met P
2
en P
3
.
3. Meet de horizontale afstanden tussen P
1
en de verticale straal van de 2de locatie.
4. Bereken de maximale toelaatbare offset
afstand en vergelijk met D
2
. Als D
2
niet
minder dan of gelijk is aan de berekende
maximale offset afstand, dan moet het
apparaat aan de Stanley-distributeur
geretourneerd worden.
Voorbeeld: D
1
= 2 m, D
2
= 0,5 mm
0,8 x 2 m = 1,6 mm (maximale toelaatbare offset afstand)
0,5 mm ≤ 1,6 mm (TRUE, apparaat is binnen toleratie)
mm
m
Vergelijk:
D
2
Max
Maximale offset afstand:
Max
in
ft
= 0,0096 x D
1
ft
mm
m
= 0,8 x D
1
m