Instructions

34
(Vertaling van de originele instructies)
NEDERLANDS
Labels op het gereedschap
De volgende pictogrammen worden
met de datumcode op het gereedschap
weergegeven:
Waarschuwing! Beperk het
risico van letsel, de gebruiker
moet de instructiehandleiding
lezen.
Stel de grasmaaier niet bloot
aan regen of een hoge lucht-
vochtigheid.
Verwijder altijd de stekker uit
het stopcontact voordat u on-
derhouds- of reinigingswerk-
zaamheden aan het apparaat
uitvoert.
Laat de pomp niet onbeheerd
achter.
#
Klasse II apparaat
Functies
Dit gereedschap is voorzien van enkele van de volgende
functies of alle volgende functies.
1. AC/DC-schakelaar
2. Standenschakelaar
3. Digitaal display
4. Drukafstelling-knoppen
5. Druk modus/reset-knop
6. Handgreep
7. Slang voor groot volume
8. Toelopend mondstuk (slang voor groot volume)
9. Universele ventieladapter
10. Slang voor hoge druk
11. Ontluchter verbinding voor groot volume
12. Pompaansluiting voor groot volume
13. 230V AC netsnoer
14. 12V DC voertuigadapter
15. Luchtpomp naaldventiel
16. Messing koppeling
17. Standaard toelopend mondstuk
Gebruik
Waarschuwing! Laat het gereedschap op z’n eigen snelheid
werken.
Overbelast het niet.
De accu opladen (Afb. A)
De accu moet vóór het eerste gebruik worden opgeladen en
ook zodra deze niet meer voldoende vermogen levert voor
taken die eerst gemakkelijk konden worden uitgevoerd.
Tijdens het opladen kan de accu warm worden. Dit is normaal
en duidt niet op een probleem.
Waarschuwing! Laad de batterij niet op bij een
omgevingstemperatuur van lager dan 10 °C of hoger dan 40
°C. De aanbevolen laadtemperatuur ligt op ongev. 24 °C.
Opmerking: De lader functioneert niet als de temperatuur
van de accu lager is dan ongeveer 10 °C of hoger dan 40
°C.
Laat de accu in dat geval in de lader zitten. De lader wordt
automatisch ingeschakeld wanneer de accu de juiste
temperatuur heeft.
Opmerking: U kunt maximale prestaties en levensduur van
lithium-ion-accu’s garanderen door de accu’s volledig op
te laden voordat u ze voor het eerst in gebruik neemt.
u Steek de lader (25) in een geschikt stopcontact voordat u
de accu (21) plaatst.
u Het groene laadlampje (25a) zal ononderbroken knipperen
ten teken dat de laadprocedure is begonnen.
u Een volledig opgeladen accu wordt aangegeven door het
groene lampje (25a) dat constant AAN blijft. De accu (21)
is volledig opgeladen en kan worden gebruikt of kan in de
acculader (25) blijven zitten.
u Laad lege accu’s binnen 1 week op. Als u accu’s leeg
bewaart loopt de levensduur van de accu’s aanzienlijk
terug.
Acculader LED-standen
Bezig met opladen:
Groene LED knippert
Geheel opgeladen:
Groene LED blijft branden
Hete/koude accu vertraging:
Groene LED knippert
Rode LED blijft branden
Opmerking: De geschikte lader(s) laden niet een kapotte
accu op. Gaat de laadindicator niet branden, dan is dat een
teken dat de accu kapot is.