Operating instructions
Werking
Technische gegevens
Moet de lamp onafhankelijk
van een warmtebron binnen
het registratiebereik inge-
schakeld worden, dan moet
de netschakelaar binnens-
huis eenmaal kort inge-
schakeld worden. De lamp
brandt dan gedurende de
ingestelde tijd.
Weersinvloeden kunnen de
werking van de sensorlamp
beïnvloeden. Bij sterke
windvlagen, sneeuw, regen
of hagel kan een foutieve
schakeling plaatsvinden,
omdat het plotselinge tem-
peratuurverschil niet van
warmtebronnen onder-
scheiden kan worden. De
Fresnel-lens (registratielens)
kan bij vervuiling met een
vochtige doek (zonder reini-
gingsmiddel) voorzichtig
schoongemaakt worden.
Netspanning: 220– 240 V/50 – 60 Hz
Vermogen van de gloeilamp: max. 60 Watt
(geen energiebesparende lampen)
Eigen verbruik: 1,3 W
Registratiehoek van de sensor: 360° rondom-registratie
(met 120° openingshoek)
Registratiebereik van de sensor: 2 x 40° in iedere richting
Brandduur, instelbaar: 10 sekonden tot 15 minuten
Schemerinstelling, instelbaar: 2 lux – 2000 lux
Lichtsterkteregeling: 0 – 50% (Watt-o-matic)
Sensor-reikwijdte (afhankelijk van de
sensorinstelling, omgevingstemperatuur en
benaderingsrichting)
frontaal: 12 m
zijdelings: 16 m
Bescherming, spatwaterdicht: IP 44
Omgevingstemperatuur: – 25 °C – + 55 °C
NL
23
L400_10spr.qxd 31.07.2008 13:51 Uhr Seite 24