Operation Manual
SR 420
Nederlands
87
Doseerstuk
N Doseerstuk (2) bij de spuitmond (3)
verdraaien – opbrengst is traploos
instelbaar
Stand 1 = minimale doorstroming
Stand 6 = maximale doorstroming
De cijfermarkeringen op het doseerstuk
moeten hierbij in lijn worden gebracht
met de nok (4) onder het doseerstuk
Opbrengst zonder drukpomp
Spuitlansstand 0° tot
-
30° ten opzichte
van de horizon
Opbrengst zonder drukpomp met ULV-
sproeier
Spuitlansstand 0° tot
-
30° ten opzichte
van de horizon
Opbrengst met drukpomp (speciaal
toebehoren)
Spuitlansstand 0 (horizontaal)
Opbrengst met drukpomp (speciaal
toebehoren) en ULV-sproeier
Spuitlansstand 0 (horizontaal)
Doseermechanisme controleren
N Het apparaat op de grond plaatsen
N Spreidrooster en drukpomp
verwijderen
N Het spuitmiddelreservoir tot aan de
10 liter-markering met water vullen
N Het doseerstuk in de doseerstand
6 plaatsen
N Apparaat starten
N Met een horizontaal gehouden
spuitlans bij vol gas de inhoud van
het spuitmiddelreservoir tot aan de
5 liter-markering
vernevelen/verstrooien en de
hiervoor benodigde tijd meten
De tijd die nodig is voor het
vernevelen/verstrooien van 5 liter
vloeistof moet tussen de 140 en
170 seconden liggen.
Bij afwijkingen:
N Het doseermechanisme op
vervuiling controleren en indien
nodig reinigen
N Motorafstelling controleren en
indien nodig corrigeren
Als deze maatregelen geen
verbeteringen opleveren, contact
opnemen met de STIHL dealer.
Doseerstand Opbrengst (l/min)
(gemiddelde waarde)
10,12
20,44
30,86
41,27
51,58
61,81
2
4
1
6
5
4
3
2
372BA005 KN
3
Doseerstand Opbrengst (l/min)
(gemiddelde waarde)
0,5 0,03
0,65 0,07
0,8 0,10
Doseerstand Opbrengst (l/min)
(gemiddelde waarde)
1,0 0,64
1,6 1,88
2,0 3,13
Doseerstand Opbrengst (l/min)
(gemiddelde waarde)
0,5 0,10
0,65 0,20
0,8 0,42