Operating Instructions and Installation Instructions

AFSLUITFLENS
AFDICHTINGSFLENS
VAN ROESTVAST
STAAL OF ALUMINIUM
VERSE LUCHTAANVOER MET
NIET SLUITBAAR ROOSTER
Fig. 19
•Controleer of de aansluiting op het rookkanaal zodanig uitgevoerd is
dat er onder lichte druk een volledige afsluiting van de rookgassen is
als het product in werking is.
•Controleer of de pijp niet te ver in het rookkanaal zit, dit kan een
vernauwing bij de doorgang van de rookgassen creëren.
a Verzeker u ervan dat alles volgens de regels van goed
vakmanschap is geïnstalleerd.
Het is mogelijk om een rookkanaal te gebruiken alleen als deze voldoet
aan de volgende vereisten:
- alleen met gebruik van geïsoleerde (dubbelwandige) pijpen van
roestvast staal die bevestigd zijn aan het gebouw (g. 20);
- aan de onderkant van dit kanaal moet er een mogelijkheid zijn om te
inspecteren, voor controle en periodiek onderhoud;
- er moet een windbestendige schoorsteen geïnstalleerd zijn en
de afstanden tussen de nok van het gebouw en de schoorsteen
moeten aangehouden worden, zoals vermeld in de paragraaf
SCHOORSTEEN”.
a Alle SUPERIOR product kunnen ook met muurafvoer, minimum
hoogte 2 m en met verbrandingslucht uit een coaxiale pijp
functioneren (g. 21).
In de technische norm 14/08-1303 van CSTB zijn de installatie-
uitvoeringen vermeld (zie verklaring pag. 46).
a Verzeker u ervan dat alles volgens de regels van goed
vakmanschap is geïnstalleerd.
DT2010232-02
1.11 GEBRUIK VAN EEN ExTERN ROOKAFVOERKANAAL
VERSE LUCHTAANVOER MET
NIET SLUITBAAR ROOSTER
d
Min. 2 m
VERBRANDINGSLUCHTINLAAT
MET COAXIALE PIJP
Fig. 20
Fig. 21
H072008NL2 / DT2001241 – 00
11
Nederlands
DT2030340-00
DT2030341-00
DT2032587-00