Operating Instructions and Installation Instructions

Beschrijving actie Displayweergave
Houd toets ON/OFF even ingedrukt.
Het laden van de pellets wordt onderbroken, terwijl de omgevingsluchtventilator en de
rookafzuiger blijven functioneren totdat de kachel afkoelt.
Het product dooft.
REININGING BRANDKORF
OFF
Als de kachel tijdens de fase START FASE I of START FASE II dooft zie de tabel
BRANDKORF LEGEN”.
WACHTEN AFKOELEN
LEGEN BRANDKORF
a Schakel de stroomvoorziening tijdens deze fase nooit uit, omdat hierdoor problemen aan de kachel kunnen optreden en de
volgende ontstekings-, werkings- en dovingsfases in het gedrang gebracht kunnen worden.
DOVING
DT2012622-00
Beschrijving actie Displayweergave
Het kan gebeuren dat tijdens de werking de stroom uitvalt.
Daarbij moet onderscheid gemaakt worden tussen:
- Stroomuitval tijdens START FASE I of START FASE II.
- Stroomuitval tijdens de werking zonder instellingen van de chronothermostaat.
- Stroomuitval tijdens de werking met instellingen van de chronothermostaat.
Stroomuitval tijdens START FASE I of START FASE II.
Als de stroom weer terugkeert schakelt het product weer in en begint met de
dovingsprocedure.
- Op de display verschijnt de aanduiding WACHTEN AFKOELEN en na een paar minuten
gaat de rookmotor uit en verschijnt de aanduiding LEGEN BRANDKORF.
- Zie de tabel BRANDKORF LEGEN”.
WACHTEN AFKOELEN
LEGEN BRANDKORF
Stroomuitval tijdens de werking ZONDER INSTELLINGEN VAN DE
CHRONOTHERMOSTAAT.
Als de stroom weer terugkeert start het product automatisch weer.
- De reinigingsfase van de brandkorf wordt ingeschakeld.
- De omgevingsventilator gaat op de maximum snelheid functioneren om de warmte
die de kachel vastgehouden heeft op geschikte wijze af te voeren.
- Het automatisch opnieuw starten van de kachel begint (de handelingen die we bij de
fase “DE KACHEL STARTEN gezien hebben worden herhaald).
- Nadat de ontstekingscyclus voltooid is, gaat de kachel verder met de normale
werking op brandkrachtniveau 2.
REININGING BRANDKORF
Stroomuitval tijdens de werking MET INSTELLINGEN VAN DE CHRONOTHERMOSTAAT.
Er kunnen zich 3 gevallen voordoen:
- Stroomuitval omstreeks de ontstekingstijd: de kachel start niet opnieuw als de
stroom weer terugkeert.
- Stroomuitval omstreeks de dovingstijd: de kachel start opnieuw als de stroom weer
terugkeert.
- Stroomuitval binnen de geprogrammeerde werkingsperiode: de kachel start opnieuw
als de stroom weer terugkeert.
Het opnieuw starten vindt op dezelfde manier als bij “Stroomuitval tijdens de werking
zonder instellingen van de chronothermostaat” plaats.
STROOMONDERBREKING
DT2012623-00
H072008NL2 / DT2001241 – 00
32
Nederlands