SUUNTO AMBIT2 2.
1 VEILIGHEID ........................................................................................ 6 2 Pictogrammen en segmenten weergeven ...................................... 8 3 Knoppen gebruiken ....................................................................... 10 3.1 Achtergrondverlichting en knopvergrendeling gebruiken ....................................................................................................... 12 4 Aan de slag! ......................................................
8.3.1 Uw huidige locatie als een point of interest (POI) toevoegen ............................................................................... 8.3.2 Navigeren naar een point of interest (POI) .................. 8.3.3 Point of interest (POI) verwijderen ............................... 8.4 Route-navigatie ...................................................................... 8.4.1 Route toevoegen ............................................................ 8.4.2 Route navigeren ...........................
11.3 Hartslagband gebruiken ...................................................... 82 11.4 Hartslagband omdoen ......................................................... 83 11.5 Starten met de training ....................................................... 85 11.6 Tijdens de training ............................................................... 87 11.6.1 Tracks opnemen ........................................................... 88 11.6.2 Rondes maken .......................................................
13.4 Zwemoefeningen ............................................................... 116 14 FusedSpeed ................................................................................. 118 15 Instellingen aanpassen ............................................................... 121 15.1 Servicemenu ....................................................................... 125 16 POD of hartslagband koppelen ................................................. 128 16.1 Foot POD gebruiken ...........................
1 VEILIGHEID Soorten veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING: - wordt gebruikt in samenhang met een procedure of situatie die kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel. LET OP: - wordt gebruikt in samenhang met een procedure of situatie die kan leiden tot schade aan het product. OPMERKING: - wordt gebruikt om belangrijke informatie te benadrukken. TIP: - wordt gebruikt voor extra tips voor het gebruik van de mogelijkheden en functies van het apparaat.
WAARSCHUWING: RAADPLEEG ALTIJD UW DOKTER VOORDAT U BEGINT MET EEN TRAININGSPROGRAMMA. OVERBELASTING KAN LEIDEN TOT ERNSTIG LETSEL. WAARSCHUWING: ALLEEN BESTEMD VOOR RECREATIEF GEBRUIK. WAARSCHUWING: VERTROUW NOOIT ALLEEN OP DE GPS OF OP DE GEBRUIKSDUUR VAN DE BATTERIJ, GEBRUIK ALTIJD KAARTEN OF ANDER BACK-UPMATERIAAL OM UW VEILIGHEID TE WAARBORGEN. LET OP: STEL HET PRODUCT NOOIT BLOOT AAN ENIG OPLOSMIDDEL. DIT KAN HET OPPERVLAK BESCHADIGEN. LET OP: STEL HET PRODUCT NOOIT BLOOT AAN ENIGE ANTIINSECTENSPRAY.
2 PICTOGRAMMEN EN SEGMENTEN WEERGEVEN chronograph interval timer settings button lock signal strength battery pairing current screen heart rate button indicators sport mode up / increase alarm next / confirm down / decrease 8
Voor een volledige lijst van pictogrammen in Suunto Ambit2 , zie 17 Pictogrammen.
3 KNOPPEN GEBRUIKEN Suunto Ambit2 beschikt over vijf knoppen waarmee u alle functies kunt openen. START STOP BACK LAP 20.9.
[View]: schermen wisselen in TIJD modus en tijdens training houd ingedrukt om het scherm te schakelen tussen licht en donker • houd ingedrukt voor toegang tot contextgevoelige snelkoppelingen (zie onder) [Back Lap]: • terugkeren naar de vorige stap • een ronde toevoegen tijdens de training • • TIP: U kunt waarden sneller wijzigen door [Start Stop] of [Light Lock] ingedrukt te houden totdat de waarden sneller gaan lopen.
Door het ingedrukt houden van [View] in andere modi, worden vooraf gedefinieerde snelkoppelingen geopend. Wanneer het kompas is geactiveerd, kunt u bijvoorbeeld de kompasinstellingen openen door [View] ingedrukt te houden. 3.1 Achtergrondverlichting en knopvergrendeling gebruiken Druk op [Light Lock] om de achtergrondverlichting in te schakelen. U kunt het gedrag van de achtergrondverlichting wijzigen in de horloge-instellingen onder ALGEMEEN / Tonen/scherm / Achtergrondverlichting.
TIP: Selecteer de instelling knopvergrendeling Alleen acties voor sportmodi om te vermijden dat u het log per ongeluk start of stopt. Als de knoppen [Back Lap] en [Start Stop] zijn vergrendeld, dan kunt u nog steeds de achtergrondverlichting activeren door op [Light Lock] te drukken en u kunt tussen de weergaven wisselen door op [Next] te drukken of de schermen met [View].
4 AAN DE SLAG! Uw Suunto Ambit2 wordt automatisch gestart als u hem met de meegeleverde USB-kabel op uw computer of een USB-lader aansluit. Het duurt ongeveer 2-3 uur om een lege batterij volledig op te laden. Knoppen zijn vergrendeld wanneer de USB-kabel is bevestigd. Beginnen met het gebruik van uw horloge: 1. 2.
3. Language English 4. Step 1/4 Units 5.
5 UW SUUNTO AMBIT2 AANPASSEN 5.1 Verbinding maken met Movescount http://www.movescount.com/ is uw gratis persoonlijke dagboek en een online sportcommunity die u een uitgebreide reeks hulpmiddelen biedt voor het beheer van uw dagelijkse activiteiten en voor het maken van aantrekkelijke verhalen over uw ervaringen. Met Movescount kunt u uw opgenomen trainingslogs van uw Suunto Ambit2 naar Movescount overbrengen en het horloge optimaal aan uw behoeften aanpassen.
OPMERKING: Op het bureaublad van uw computer is een Moveslink-pictogram zichtbaar wanneer Moveslink actief is. Hoe bij Movescount te registreren: 1. Ga naar www.movescount.com. 2. Maak uw account aan. OPMERKING: De eerste keer dat uw Suunto Ambit2 verbinding maakt met Movescount, worden alle gegevens (inclusief de apparaatinstellingen) overgezet van het horloge naar uw Movescount-account.
OPMERKING: Als u de software van uw Suunto Ambit2 update, worden alle aanwezige logboeken automatisch naar Movescount verplaatst en van het horloge verwijderd. Hoe de software van uw Suunto Ambit2 te updaten: 1. Ga naar www.movescount.com/moveslink en installeer de toepassing Moveslink. 2. Sluit uw Suunto Ambit2 aan op uw computer met de USB-kabel van Suunto. Moveslink controleert automatisch of softwareupdates beschikbaar zijn. Als een update beschikbaar is, wordt dit in het horloge bijgewerkt.
Een aangepaste sportmodus kan 1 tot 8 verschillende schermen voor de sportmodus bevatten. Voor elk scherm kunt u uit een uitgebreide lijst de gegevens kiezen die in het scherm worden opgenomen. U kunt bijvoorbeeld hartslaglimieten voor specifieke sporten, de autolapafstand of de opnamesnelheid aanpassen om de gebruiksduur van de batterij of de nauwkeurigheid te optimaliseren. Elke sportmodus met geactiveerde GPS kan dus ook de Snelle navigatie optie gebruiken. Standaard staat deze optie uitgeschakeld.
1. Terwijl u in een sportmodus bent, houdt u [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Blader naar ACTIVEREN met [Light Lock] en selecteer met [Next]. 3. Blader naar Autoscroll met [Start Stop] en selecteer met [Next]. 4. Druk op [Start Stop] of [Light Lock] om autoscrollaan of uit te zetten en accepteer met [Next]. 1. Hold to enter options 2s 2. 3. [...............] ACTIVATE [...............] [...............] Autoscroll [...............] 4. Autoscroll On 5.
te bouwen. U kunt bijvoorbeeld een app maken die het resultaat van uw marathon berekent, of de hellingsgraad van uw skitocht. Hoe Suunto Apps toe te voegen aan uw Suunto Ambit2 : 1. Ga naar PLANNEN & MAKEN in de Movescount community en selecteer App Zone om door de beschikbare Suunto Apps te bladeren. Om uw eigen map aan te maken, gaat u naar PLANNEN & MAKEN in uw profiel en selecteert u App Designer. 2. Voeg een Suunto App toe aan een sportmodus.
1. 20.9. 16:30 Tuesday 2. 3. GENERAL [...............] GENERAL [...............] [...............] Tones/dis... [...............] 4. Tones/di... [...............] Invert disp... [...............] 20.9. 16:30 Tuesday TIP: U kunt het scherm van uw Suunto Ambit2 ook inverteren door [View] ingedrukt te houden terwijl u in TIJD modus bent of in sportmodus, navigeren of de stopwatch en timers gebruikt. 5.6 Schermcontrast aanpassen U kunt het schermcontrast van uw Suunto Ambit2 verhogen of verlagen.
3. Druk op [Next] om Tonen/scherm te openen. 4. Blader naar Scherm contrast met [Light Lock] en open deze met [Next]. 5. Verhoog het contrast met [Start Stop] of verlaag het met [Light Lock]. 6. Keer terug naar de instellingen met [Back Lap] of houd [Next] ingedrukt om het optiemenu af te sluiten. 1. 20.9. 16:30 Tuesday 4. 2. 3. GENERAL [...............] GENERAL [...............] 5. [...............] Tones/dis... [...............] 6. Tones/di... [...............] Display co... [...............
6 TIJDMODUS GEBRUIKEN In de TIME-modus ziet u de volgende informatie: bovenste rij: datum middelste rij: tijd onderste rij: met [View] schakelen tussen dag van de week, seconden, dubbele tijd (dual time) en overige informatie. • • • 20.9. 16:30 Tuesday 20.9. 16:30 12 20.9. 16:30 17:30 6.1 Tijdsinstellingen wijzigen Hoe de tijdinstellingen te openen: 1. Houd [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Druk op [Next] om ALGEMEEN te openen. 3.
1. 20.9. 16:30 Tuesday 2. 3. GENERAL [...............] GENERAL [...............] [...............] Time/date [...............] Tijd instellen In het scherm van de modus TIJD wordt de huidige tijd op de middelste rij weergegeven. De tijd instellen: 1. Ga naar ALGEMEEN in het optiesmenu en daarna naar Tijd/ datum en Tijd. 2. Wijzig de waarden voor uren en minuten met [Start Stop] en [Light Lock]. Accepteer met [Next]. 3.
Instellen datum In het scherm van de modus TIJD wordt de huidige datum op de bovenste rij weergegeven. De datum instellen: 1. Ga naar ALGEMEEN in het optiesmenu en daarna naar Tijd/ datum en Datum. 2. Wijzig de waarden voor jaar, maand en dag met [Start Stop] en [Light Lock]. Accepteer met [Next]. 3. Keer terug naar de instellingen met [Back Lap] of houd [Next] ingedrukt om het optiemenu af te sluiten. 1. 2. 3. Time/date [...............] Date [...............
2. Wijzig de waarden voor uren en minuten met [Start Stop] en [Light Lock]. Accepteer met [Next]. 3. Keer terug naar de instellingen met [Back Lap] of houd [Next] ingedrukt om het optiemenu af te sluiten. 1. 2. 3. Time/date [...............] Time [...............] 16 :30 Dual time Hold to exit 17 :30 Alarm instellen U kunt uw Suunto Ambit2 als een wekker / alarmklok. Toegang tot het alarm en instellen ervan gaat als volgt: 1.
1. 2-3. 4. Time/date Alarm [...............] Alarm off [...............] Hold to exit Off OO:00 Als de wekker is ingeschakeld, wordt het alarmsymbool op de meeste schermen weergegeven. Als het alarm afgaat, kunt u: • Selecteer Sluimeren door op [Light Lock] te drukken. Het alarm stopt en gaat na elke 5 minuten opnieuw af totdat u het stopt. U kunt per heel uur 12 keer sluimeren. • Selecteer Stop door op [Start Stop] te drukken.
OPMERKING: Tijdens het sluimeren, knippert het alarmpictogram in de TIJD modus. 6.2 GPS timekeeping gebruiken GPS timekeeping corrigeert het verschil tussen de tijd op uw Suunto Ambit2 en de GPS-tijd. GPS timekeeping corrigeert de tijd automatisch één keer per dag, of nadat u de tijd handmatig hebt aangepast. De dubbele tijd (dual time) wordt ook gecorrigeerd. OPMERKING: GPS timekeeping corrigeert de minuten en de seconden, maar niet de uren.
1. 2. 3. Time/date [...............] GPS Timek... [...............
7 TIMERS 7.1 Stopwatch activeren Met de stopwatch kunt u de tijd meten zonder een training te starten. Nadat u de stopwatch hebt geactiveerd, wordt deze als een extra scherm in de TIME-modus getoond. Voor het activeren/deactiveren van de stopwatch: 1. Druk op [Start Stop] om het startmenu te openen. 2. Blader naar TIMERS met [Light Lock] en open deze met [Next]. 3. Druk op [Next] om de Stopwatch te selecteren. 1. 20.9. 16:30 Tuesday 2. 3. TIMERS [...............] TIMERS [...............] [............
7.2 Stopwatch gebruiken Gebruik van de stopwatch: 1. In het scherm van de geactiveerde stopwatch drukt u op [Start Stop] om de tijdmeting te starten. 2. Druk op [Back Lap] om een ronde te maken, of druk op [Start Stop] om de stopwatch te pauzeren. Druk op [Back Lap] om de rondetijden te bekijken als de stopwatch is gepauzeerd. 3. Druk op [Start Stop] om door te gaan. 4. Om de tijd te resetten, houdt u de knop [Start Stop] ingedrukt als de stopwatch is gepauzeerd. 1. Lap 0 Lap 1 00’00.0 00’10.0 00’00.
Terwijl de stopwatch loopt, kunt u het volgende doen: druk op [View] om te schakelen tussen de tijd en de rondetijd die op de onderste rij van het scherm wordt getoond. • wisselen naar TIJD modus met [Next]. • openen van het optiemenu door de knop [Next] ingedrukt te houden. • 7.3 Afteltimer U kunt u de afteltimer instellen om van een vooraf ingestelde tijd terug naar nul te tellen. Nadat u de afteltimer hebt geactiveerd, wordt het als een extra scherm na de TIME modus getoond.
1. 20.9. 16:30 Tuesday 4. Countdown 0:05’00 Adjust 2. 3. TIMERS [...............] TIMERS [...............] 5. [...............] Countdown [...............] 6. Countdown Set minutes 0:04’59 00:05 Started Nadat het aftellen is gestopt, zal het scherm met de afteltimer na één uur verdwijnen. Ga naar TIMERS in het startmenu on de timer te deactiveren en selecteer Aftellen beëindigen. TIP: U kunt op elk willekeurig moment het aftellen pauzeren/ voortzetten door op de knop [Start Stop] te drukken.
8 NAVIGATIE 8.1 GPS gebruiken Op de Suunto Ambit2 kunt u met GPS (Global Positioning System) uw huidige locatie op aarde bepalen. GPS bestaat uit een verzameling satellieten die op 20.000 km hoogte een baan om de aarde afleggen met een snelheid van 4 km per seconde. De ingebouwde GPS-ontvanger in Suunto Ambit2 is geoptimaliseerd voor gebruik vanaf de pols en ontvangt gegevens onder een zeer grote hoek. 8.1.
OPMERKING: Als u GPS de eerste keer inschakelt of GPS lange tijd niet hebt gebruikt, kan het langer dan normaal duren om een GPS-peiling te verkrijgen. Een volgende keer dat u GPS inschakelt, verkrijgt het apparaat sneller een peiling. TIP: U kunt de starttijd van de GPS minimaliseren door het horloge stabiel en met de GPS omhoog vast te houden in open terrein, waar u onbelemmerd zicht naar boven hebt.
dezelfde locatie aan. Ze doen dat echter op verschillende manieren. U kunt het positieformaat wijzigen in de horloge-instellingen onder ALGEMEEN / Kaart / Positieformaat. U kunt het formaat selecteren uit de volgende rasters: • breedte/lengte is het meest gangbare raster en kent drie formaten: o WGS84 Hd.d° o WGS84 Hd°m.m' o WGS84 Hd°m.m' • UTM (Universal Transverse Mercator) biedt een tweedimensionale weergave van de horizontale positie.
OPMERKING: Sommige rasters kunnen niet worden gebruikt in gebieden ten noorden van 84° noorderbreedte en ten zuiden van 80° zuiderbreedte, of buiten de landen waarvoor ze bedoeld zijn. 8.1.3 GPS-nauwkeurigheid en energiebesparing Wanneer u sportmodi aanpast, kunt u het interval van GPSpeilingen definiëren met behulp van de instelling voor GPSnauwkeurigheid in Movescount. Hoe korter het interval, des te beter de nauwkeurigheid tijdens de training.
3. Druk op [Next] om Locatie te selecteren. 4. Druk op [Next] om Huidig te selecteren. 5. Het apparaat begint naar een GPS-signaal te zoeken. Als een signaal is verkregen, verschijnt de melding GPS gevonden. Uw huidige coördinaten verschijnen vervolgens op het display. 1. 2. 3. 16:30 Tuesday [...............] NAVIGATION [...............] [...............] Location [...............] 4. 5. 20.9. CURRENT DEFINE NAVIGATION Save location Latitude 60.27182˚N Longitude 24.
8.3.1 Uw huidige locatie als een point of interest (POI) toevoegen Suunto Ambit2 u kunt uw huidige locatie opslaan of een locatie als een POI definiëren. U kunt altijd naar een opgeslagen POI navigeren, bijvoorbeeld tijdens uw training. U kunt op uw horloge maximaal 100 POI's opslaan. Houd er rekening mee dat routes ook meetellen voor dit quotum. Bijvoorbeeld wanneer u een route hebt met 60 markeringspunten, kunt u daarnaast nog 40 POI's opslaan in het horloge.
8. Druk op [Start Stop] om de POI op te slaan. 1. 2. 3. 16:30 Tuesday [...............] NAVIGATION [...............] [...............] Location [...............] 4. 5. 6. 20.9. CURRENT DEFINE 7. POI name Building 01 NAVIGATION Save location Latitude 60.27182˚N Longitude 24.97227˚E POI type Building 01 8.
TIP: U kunt in Movescount POI's maken door een locatie op een kaart te selecteren of de juiste coördinaten in te voeren. POI's in uw Suunto Ambit2 en in Movescount worden altijd gesynchroniseerd als u het horloge aansluit op Movescount. 8.3.2 Navigeren naar een point of interest (POI) In de Suunto Ambit2 is GPS-navigatie ingebouwd. Hiermee kunt u naar een vooraf gedefinieerde bestemming navigeren die u als een POI hebt opgeslagen. OPMERKING: U kunt ook navigeren terwijl u een training opneemt, zie 11.6.
Als u het kompas voor de eerste keer gebruikt, moet u het kalibreren. Voor meer informatie, zie 10.1 Kompas kalibreren. Nadat het kompas is geactiveerd, zal het horloge naar een GPSsignaal gaan zoeken. Als een signaal is verkregen, verschijnt de melding GPS gevonden. 6. Begin naar de POI te navigeren. Op het horloge verschijnt de volgende informatie: • indicator die aangeeft in welke richting uw bestemming is (zie verdere uitleg hieronder) • uw afstand tot de bestemming 7.
1. 20.9. 16:30 Tuesday 1 POIs 99 free 6. dst 100m Building 01 2. 3. [...............] NAVIGATION [...............] [...............] POIs (Poin... [...............] 4. 5. NAVIGATION Building 01 [...............] Navigate [...............] 7. At destination Building 1 Wanneer u stilstaat of langzaam beweegt (<4 km/u), toont het horloge de richting naar de POI (of markeringspunt bij het navigeren van een route) op basis van de kompaspeiling.
dst 3.2km Building 01 Wanneer u beweegt (>4 km/u), toont het horloge de richting naar de POI (of markeringspunt bij het navigeren van een route) op basis van GPS. De richting naar uw doel, of peiling, wordt getoond met de lege driehoek. Uw reisrichting, of koers, wordt aangegeven met de ononderbroken lijnen bovenaan het display. Door deze twee uit te lijnen, beweegt u in de juiste richting. dst 3.2km Building 01 dst 3.2km Building 01 8.3.
3. Blader naar POI's (Points of interest) met [Light Lock] en selecteer met [Next]. Het horloge geeft het aantal opgeslagen POI's weer en de beschikbare vrije ruimte voor nieuwe POI's. 4. Blader met [Start Stop] of [Light Lock] naar de POI die u wilt verwijderen en selecteer met [Next]. 5. Blader naar Verwijderen met [Start Stop]. Selecteer met [Next]. 6. Druk op [Start Stop] om te bevestigen.
1. 20.9. 16:30 Tuesday 1 POIs 99 free 2. 3. [...............] NAVIGATION [...............] [...............] POIs (Poin... [...............] 4. 5. NAVIGATION Building 01 [...............] Delete [...............] 6.
OPMERKING: Als u een POI verwijdert in Movescount en daarna uw Suunto Ambit2 synchroniseert, wordt de POI verwijderd van het horloge, maar wordt het in Movescount alleen uitgeschakeld. 8.4 Route-navigatie 8.4.1 Route toevoegen U kunt een route maken in Movescount, of een route die gemaakt is met een ander horloge, vanaf uw computer naar Movescount importeren. U kunt ook een route opnemen met uw Suunto Ambit2 en deze naar Movescount uploaden, zie 11.6.1 Tracks opnemen.
8.4.2 Route navigeren U kunt een route navigeren die u van Movescount hebt gedownload naar uw Suunto Ambit2 , zie 8.4.1 Route toevoegen. OPMERKING: U kunt ook navigeren als sportmodus, zie 11.6.7 Navigeren tijdens de training. Hoe een route te navigeren: 1. Druk op [Start Stop] om het startmenu te openen. 2. Blader naar NAVIGATIE met [Start Stop] en open deze met [Next]. 3. Blader naar Routes met [Start Stop] en open deze met [Next].
markeringspunt dat u wilt gebruiken als startpunt. Accepteer met [Next]. 6. Druk op [Next] om Navigeren te selecteren. 7. Als u een markeringspunt in het midden van de route hebt geselecteerd, vraagt de Suunto Ambit2 u om de richting van de navigatie te selecteren. Druk op [Start Stop] om Vooruit of [Light Lock] om Achteruit te selecteren. Als u het eerste markeringspunt als startpunt hebt geselecteerd, navigeert de Suunto Ambit2 de route vooruit (van het eerste naar het laatste markeringspunt).
1. 20.9. 16:30 Tuesday 2. 3. [...............] NAVIGATION [...............] [...............] Routes [...............] 4. 5. NAVIGATION Routes 1 routes 6. Route01 (3.. 7. Forwards Naviate View Direction Route01 END BEGIN WP01 8.
9. 10. Approaching BEGIN Continue to WP01 At destination END Hoe een markeringspunt op een route over te slaan: 1. Terwijl u een route navigeert, houdt u [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen.
2. Druk op [Next] om NAVIGATIE te selecteren. 3. Blader naar Markeringspunt overslaan met [Start Stop] en selecteer met [Next]. Het horloge slaat het markeringspunt over en begint direct naar het volgende markeringspunt op de route te navigeren. 1. 2. 3. NAVIGATION dst 100m BEGIN [...............] NAVIGATION [...............] [...............] Skip wayp... [...............] 8.4.3 Tijdens navigatie Druk tijdens navigatie op [View] om door de volgende weergaven te scrollen: 1.
1. 2. 3. dst 200m WP01 Weergave volledige track De weergave volledige track bevat de volgende informatie: (1) pijl die uw locatie aangeeft en wijst in de richting van uw koers. • (2) het volgende markeringspunt op de route • (3) het eerste en laatste markeringspunt op de route • (4) De POI die het dichtst bij de route ligt, wordt als pictogram weergegeven.
OPMERKING: In de weergave volledige track is het noorden altijd omhoog. Weergave navigatie markeringspunten De weergave navigatie markeringspunten bevat de volgende informatie: • (1) pijl die wijst in de richting van het volgende markeringspunt • (2) uw afstand tot het volgende markeringspunt • (3) het volgende markeringspunt waar u naar op weg bent dst 200m WP01 (1) (2) (3) dst 200m WP01 8.4.4 Route verwijderen U kunt routes verwijderen en uitschakelen in Movescount.
9 MODUS ALTI-BARO GEBRUIKEN In de modus ALTI & BARO kunt u de huidige hoogte of luchtdruk bekijken. De modus biedt drie profielen: Automatisch, Barometer en Hoogtemeter. Zie 9.4.1 Profielen instellen voor informatie over het instellen van de profielen. Afhankelijk van het profiel dat actief is in de modus ALTI & BARO, kunt u toegang krijgen tot verschillende weergaven. De weergaven met tijden voor zonsopgang en zonsondergang zijn beschikbaar wanneer GPS is geactiveerd.
9.2 Juiste uitlezingen verkrijgen Als u bezig bent met een buitenactiviteit waarvoor u de hoogte of de luchtdruk op zeeniveau nodig hebt, moet u eerst uw Suunto Ambit2 ijken door de huidige hoogte of de huidige luchtdruk op zeeniveau in te voeren. U kunt de hoogte van uw locatie vinden op topografische kaarten en bijvoorbeeld op Google Earth. Een referentie voor de luchtdruk op zeeniveau kunt u vinden op de websites van nationale meteorologische diensten.
Absolute luchtdruk + bekende referentie van luchtdruk op zeeniveau = hoogte Wijzigingen in plaatselijke weersomstandigheden zijn van invloed op hoogte-uitlezingen. Als plaatselijke weersomstandigheden vaak wijzigen, wordt het aangeraden om de huidige referentiewaarde voor hoogte vaak te resetten, bij voorkeur voorafgaand aan het begin van uw reis wanneer de referentiewaarden beschikbaar zijn. Zolang het plaatselijke weer stabiel blijft, hoeft u de referentiewaarden niet te wijzigen. 9.
als wijzigingen in luchtdruk op zeeniveau. Daarom geeft het u onjuiste uitlezingen voor luchtdruk op zeeniveau. Gebruiksvoorbeeld: De referentiewaarde voor hoogte instellen Het is de tweede dag van uw tweedaagse wandeling. U beseft zich dat u bent vergeten om over te schakelen van het Barometerprofiel naar het Hoogtemeter-profiel toen u begon met bewegen in de ochtend. U weet dat de huidige hoogte-uitlezingen die worden gegeven door uw Suunto Ambit2 verkeerd zijn.
OPMERKING: U kunt in Movescount of op uw Suunto Ambit2 een profiel definiëren als onderdeel van de instellingen voor een sportmodus. 9.4.1 Profielen instellen Hoe het profiel voor ALTI & BARO in te stellen: 1. Houd [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Scroll met [Light Lock]naar ALTI-BARO en open dit met [Next]. 3. Druk op [Next] om Profiel te selecteren. 4. Scroll met [Start Stop] of [Light Lock] door de profielopties (Automatisch, Hoogtemeter, Barometer). Selecteer een profiel met [Next]. 1.
3. Scroll met [Light Lock]naar Referentie en open dit met [Next]. 4. De volgende instelopties zijn beschikbaar: • FusedAlti: GPS wordt ingeschakeld en het apparaat begint met het berekenen van de hoogte op basis van FusedAlti. Voor meer informatie, zie 9.8 FusedAlti. • Handmatige hoogte: De hoogte handmatig instellen. • Druk op zeeniveau: De referentiewaarde van de druk op zeeniveau handmatig instellen. 5. Stel de referentiewaarde in met [Start Stop] en [Light Lock]. Accepteer de instelling met [Next]. 1.
TIP: U kunt de Referentie-instelling opvragen door [View] ingedrukt te houden in de ALTI & BARO-modus. U kunt uw hoogte ook tijdens een training instellen (zie 11.6.4 Hoogte instellen tijdens een training). 9.5 Profiel Hoogtemeter gebruiken Met het profiel Hoogtemeter wordt de hoogte berekend op basis van referentiewaarden. De referentiewaarde kan betrekking hebben op de luchtdruk op zeeniveau of op een bekende hoogtemeting.
OPMERKING: Als u uw Suunto Ambit2 om uw pols draagt, moet u het afdoen om een nauwkeurige temperatuuruitlezing te krijgen omdat uw lichaamstemperatuur van invloed is op de eerste uitlezing. 9.6 Profiel Barometer gebruiken Het profiel Barometer toont de huidige luchtdruk op zeeniveau. Deze wordt gebaseerd op de referentiewaarden die u in de instellingen hebt opgegeven en op de continu gemeten absolute luchtdruk. Zie 9.4.
• onderste rij: tussen temperatuur, tijd en referentiewaarde voor de hoogte schakelen met [View] Als referentiewaarde voor de hoogte wordt de laatste hoogte genomen die in de modus ALTI & BARO is ingevoerd. Dit is een van de volgende waarden: • de hoogte die u als referentiewaarde hebt ingesteld in het profiel Barometer, of • de laatste hoogte die is opgeslagen in het profiel Automatisch voordat werd omgeschakeld naar het profiel Barometer.
doordat het wijzigingen in de luchtdruk als wijzigingen in hoogte of wijzigingen in het weer interpreteert. Wijzigingen in hoogte en in het weer kunnen niet tegelijkertijd worden gemeten, omdat beide soorten wijzigingen leiden tot verandering van de omgevingsluchtdruk. Suunto Ambit2 registreert verticale bewegingen en schakelt, indien nodig, over op hoogtemeting. Als de hoogte wordt weergegeven, wordt deze met een maximale vertraging van 10 seconden bijgewerkt.
OPMERKING: Als u het profiel Automatisch gebruikt, verschijnt geen barometer- of hoogtemeterpictogram op het display. 9.8 FusedAlti FusedAltiTM biedt een hoogtemeting die wordt berekend uit het GPS-signaal in combinatie met de barometrische hoogte. Hierdoor minimaliseert deze methode de invloed van tijdelijke en offsetfouten in de uiteindelijke hoogtemeting. OPMERKING: Standaard wordt hoogte met FusedAlti gemeten tijdens trainingen die GPS gebruiken en tijdens navigeren.
1. 20.9. 16:30 Tuesday 2. 3. [...............] ALTI-BARO [...............] [...............] FusedAlti... [...............] ALTI-BARO 4. FusedAlti Off Wanneer de TIME-modus actief is, kunt u met FusedAlti een nieuwe referentiewaarde zoeken voor barometrische hoogte. Hiermee wordt GPS maximaal 15 minuten geactiveerd. Hoe een nieuwe referentiewaarde voor barometrische hoogte te zoeken met FusedAlti: 1. Houd [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2.
GPS wordt ingeschakeld en het apparaat begint met het berekenen van de hoogte op basis van FusedAlti. 1. 20.9. 16:30 Tuesday 2. 3. ALTI-BARO [...............] ALTI-BARO [...............] [...............] Reference [...............] 4. ALTI-BARO Sea level... FusedAlti Manual alt... ~ FusedAlti activating 1022 hPa 16:30 OPMERKING: Onder goede omstandigheden duurt het 4-12 minuten voordat FusedAlti actief is.
9.9 Weerindicators Naast de barometergrafiek (zie 9.6 Profiel Barometer gebruiken), heeft Suunto Ambit2 twee weerindicators: weertrend en stormalarm. De weertrend-indicator wordt weergegeven als een weergave in de modus TIME, waardoor u snel weersveranderingen kunt bekijken. 20.9. 16:30 Tuesday 20.9. 16:30 De weertrend-indicator bestaat uit twee lijnen die een pijl vormen. Elke lijn vertegenwoordigt een periode van 3 uur.
Een aanzienlijke daling in barometrische druk betekent normaliter dat er een storm aankomt en u moet schuilen. Wanneer het stormalarm actief is, geeft Suunto Ambit2 een alarm, en geeft knipperend een stormsymbool weer wanneer de druk 4 hPa / 0,12 inHg of meer daalt gedurende een periode van 3 uur. OPMERKING: Het stormalarm werkt niet als u het hoogtemeterprofiel hebt geactiveerd. Zie 9.4.1 Profielen instellen. Activeren van Stormalarm: 1. Houd [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2.
1. 20.9. 16:30 Tuesday 2. 3. [...............] ALTI-BARO [...............] [...............] Storm alar... [...............] ALTI-BARO 4. Storm alarm Off Wanneer een stormalarm optreedt, wordt het alarm beëindigd door op een willekeurige knop te drukken. Als niet op een knop wordt gedrukt, wordt het alarm eenmaal herhaald na vijf minuten. Het stormsymbool blijft aanwezig op het scherm totdat de weersomstandigheden stabiliseren (druk daalt minder snel).
TIP: U kunt het stormalarm tevens activeren of deactiveren via het optiemenu in een sportmodus.
10 3D-KOMPAS GEBRUIKEN Suunto Ambit2 beschikt over een 3D-kompas waarmee u zich ten opzichte van het magnetische noorden kunt oriënteren. Het kompas met kantelcompensatie geeft u nauwkeurige uitlezingen, ook als het niet horizontaal vlak wordt gehouden.
gekalibreerd en het opnieuw wilt kalibreren, kunt u de kalibratieoptie in het optiemenu openen. Hoe het kompas te kalibreren: 1. Houd [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Blader naar ALGEMEEN met [Light Lock] en open deze met [Next]. 3. Blader naar Kompas met [Start Stop] of [Light Lock] en open deze met [Next]. 4. Druk op [Next] om Kalibratie te selecteren. 5.
gelukt, dan wordt de tekst KALIBRARIE MISLUKT weergegeven. Om opnieuw te kalibreren, drukt u op [Start Stop]. 10.2 Declinatiewaarde instellen Om te zorgen dat u juiste kompasuitlezingen krijgt, moet u de juiste declinatiewaarde instellen. Papieren kaarten wijzen naar het geografische noorden. Kompassen wijzen echter naar het magnetische noorden, een gebied boven de aarde waarheen de magnetische velden van de aardbol hun kracht uitoefenen.
5. Schakel de declinatie uit door -- te selecteren, of selecteer W (west) or O (oost). 6. Stel de declinatiewaarde in met [Start Stop] of [Light Lock]. 7. Druk op [Next] om de instelling te accepteren. 1. 20.9. 16:30 Tuesday 4. 2. 3. GENERAL [...............] GENERAL [...............] 5-6. [...............] Compass [...............] 7. COMPASS [...............] Declination [...............
Een peiling vergrendelen: 1. Houd het horloge, met een geactiveerd kompas, voor u en draai uzelf richting het doel. 2. Druk op [Back Lap] om de huidige graad die wordt weergegeven op uw horloge, te vergrendelen als uw peiling. 3. Een lege driehoek duidt op de vergrendelde peiling ten opzichte van het noorden (solide driehoek). 4. Druk op [Back Lap] om de peilingvergrendeling te wissen. NW NW ˚ 273˚ SW 273˚ 3. 214 2. 4.
OPMERKING: Bij het gebruik van het kompas in trainingsmodus, vergrendelt en wist de knop [Back Lap] alleen de peiling. Sluit de kompasweergave af om een ronde te maken met [Back Lap].
11 SPORTMODI GEBRUIKEN Met de sportmodi kunt u trainingslogboeken opslaan en tijdens de training allerlei informatie bekijken. U opent de sportmodi door op [Start Stop] te drukken in de modus TIME of ALTI & BARO, of in de modus COMPASS nadat u het kompas hebt gekalibreerd. 11.1 Sportmodi U kunt een geschikte sportmodus selecteren uit de voorgedefinieerde sportmodi. Afhankelijk van de sport worden tijdens de training verschillende gegevens weergegeven.
Tijdens de training geven de voorgedefinieerde sportmodi u informatie die nuttig is voor de specifieke sport: • Fietsen: informatie met betrekking tot snelheid, afstand, cadans (trapsnelheid) en hartslag • Bergbeklimmen: informatie met betrekking tot hoogte, afstand en snelheid (met elke 60 seconden een GPS-peiling) • Alpineskiën: informatie met betrekking tot hoogte, afdaling en tijd • Trekking: informatie met betrekking tot afstand, hoogte, hartslag en stopwatch (met elke 60 seconden een GPS-peiling) • Tr
11.2 Aanvullende opties in sportmodi In een sportmodus houdt u [Next] ingedrukt om aanvullende opties te openen die u tijdens de training kunt gebruiken: • Selecteer NAVIGATIE om te volgende opties te openen: Selecteer Route terug om uw route nogmaals te bekijken op elk moment tijdens uw training. • Selecteer Terug naar start om terug te navigeren naar het beginpunt van uw training. • Selecteer Locatie om de coördinaten te controleren van uw huidige locatie, of om deze als POI op te slaan.
• • • • • Selecteer Interval aan/Interval uit om de intervaltimer te activeren/deactiveren. U kunt in Movescount aan elke aangepaste sportmodus een intervaltimer toevoegen. Voor meer informatie, zie 11.6.6 De intervaltimer gebruiken. Selecteer Autopauze aan/Autopauze uit om autopauze te activeren/deactiveren. Selecteer Autoscroll aan/Autoscroll uit om autoscroll te activeren/deactiveren. Selecteer Hartslaglimieten aan/Hartslaglimieten uit om de hartslaglimieten aan of uit te zetten.
Peak Training Effect Met een hartslagband kunt u de volgende aanvullende informatie krijgen na de training: • tijdens training verbrande calorieën • gemiddelde hartslag • piekhartslag • hersteltijd • Oplossen van problemen: geen hartslagsignaal Als het hartslagsignaal verloren gaat, probeert u het volgende: • Controleer of u de band correct draagt (zie 11.4 Hartslagband omdoen). • Controleer of de gebieden rond de elektroden van de hartslagband vochtig zijn.
gel, en doe de hartslagband om. Zorg dat de hartslagband midden op uw borst is geplaatst en dat de rode pijl omhoog wijst.
WAARSCHUWING: Als u een pacemaker, defibrillator of ander geïmplanteerd elektronisch apparaat hebt, gebruikt u de hartslagband op eigen risico. We raden u aan een inspanningstest uit te voeren onder toezicht van een arts voordat u de hartslagband gaat dragen. Zo kunt u de pacemaker en de hartslagband veilig en betrouwbaar samen gebruiken. Training kan risico's met zich meebrengen, vooral voor diegenen die enige tijd niet actief zijn geweest.
1. Bevochtig de contactgebieden en doe de (optionele) hartslagband om. 2. Druk op [Start Stop] om het startmenu te openen. 3. Druk op [Volgende] voor openen TRAINING. 4. Scroll door de opties voor sportmodus met [Start Stop] of [Light Lock] en selecteer een geschikte modus met [Volgende] 5. Het horloge begint automatisch naar het signaal van de hartslagband te zoeken als de geselecteerde modus een hartslagband gebruikt.
20.9. 16:30 Tuesday [...............] EXERCISE [...............] [...............] Running [...............] dst 0.00 km 00`00.00 avg 0`00 km 11.6 Tijdens de training Suunto Ambit2 geeft aanvullende informatie tijdens uw training.
sportmodus die u selecteert. Zie . U krijgt ook meer informatie als u tijdens de training een hartslagband en GPS gebruikt. Met de Suunto Ambit2 kunt u zelf bepalen welke informatie u op het scherm wilt zien. Zie voor informatie over het aanpassen van de schermen. Hier volgen een paar ideeën over het gebruik van het horloge tijdens de training: • Druk op [Next] om meer schermen te openen. • Druk op [View] om meer weergaven te openen.
Movescount. Als u automatisch rondes vastlegt, worden deze door Suunto Ambit2 opgenomen op basis van de afstand die u in Movescount hebt opgegeven. Om handmatig rondes vast te leggen, drukt u tijdens de training op [Back Lap].
hoogtewijzigingen registreren en de opgeslagen gegevens later bekijken. OPMERKING: Standaard wordt de hoogte gemeten met behulp van FusedAlti. Voor meer informatie, zie 9.8 FusedAlti. Hoe de hoogte vast te leggen: 1. Zorg dat het profiel Hoogtemeter is geactiveerd. 2. Druk op [Start Stop] om het startmenu te openen. 3. Druk op [Next] om TRAINING te selecteren. 4. Blader met [Start Stop] of [Light Lock] naar de sportmodi en selecteer de gewenste modus met [Next]. 5.
NAVIGATI... EXERCISE LOGBOOK TIMERS Cycling Mountaine... Alpine skii...
11.6.4 Hoogte instellen tijdens een training In de meeste sportmodi kunt u de hoogte handmatig instellen tijdens een training. Hoe uw hoogte in te stellen tijdens een training: 1. Terwijl u in een sportmodus bent, houdt u [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Scroll met [Start Stop] naar HOOGTE en bevestig met [Next]. 3. Stel uw hoogte in met [Start Stop] en [Light Lock]. 4. Accepteer met [Next]. 1. 2. [...............] ALTITUDE... [...............] 3. Altitude 28 m 11.6.
4. Het kompas wordt als laatste display op de aangepaste sportmodus weergegeven. [...............] ACTIVATE [...............] [...............] Compass [...............] Ga terug naar ACTIVEREN in het optiemenu om het kompas te deactiveren en selecteer Kompas beëindigen. 11.6.6 De intervaltimer gebruiken U kunt in Movescount aan elke aangepaste sportmodus een intervaltimer toevoegen. Om een intervaltimer toe te voegen aan een sportmodus, selecteert u de modus en gaat u naar Geavanceerde instellingen.
U kunt de volgende informatie opgeven in de intervaltimer: intervaltypes (HOOG en LAAG interval) de duur of de afstand voor beide intervaltypes het aantal keren dat de intervallen herhaald worden • • • OPMERKING: Als u het aantal keren herhalen voor de intervallen niet instelt in Movescount, dan zal de intervaltimer 99 keer herhaald worden. De intervaltimer activeren/deactiveren: 1. Terwijl u in een sportmodus bent, houdt u [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2.
[...............] ACTIVATE [...............] [...............] Interval ti... [...............] 11.6.7 Navigeren tijdens de training Als u een route wilt rennen of naar een point of interest (POI), kunt u de respectievelijke standaard sportmodus kiezen (Route rennen, POI rennen) vanuit het TRAINING menu en onmiddellijk beginnen met navigeren. U kunt ook een route of naar een POI navigeren tijdens uw training in andere sportmodi die de GPS hebben geactiveerd. Hoe tijdens een training te navigeren: 1.
2. Druk op [Next] om NAVIGATIE te selecteren. 3. Blader naar POI's (Points of interest) of Routes met [Light Lock] en selecteer met [Next]. De navigatiebegeleiding wordt als laatste scherm op de geselecteerde sportmodus weergegeven. [...............] NAVIGATE [...............] [...............] POIs (Poin... [...............] Ga naar NAVIGATIE in het optiemenu om de navigatie te deactiveren en selecteer Navigatie beëindigen. 11.6.
naar het startpunt (of naar de locatie waar de GPS-peiling is uitgevoerd) met de Terug naar start-functionaliteit. Hoe tijdens de training terug naar het startpunt te gaan: 1. Terwijl u in een sportmodus bent, houdt u [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Druk op [Next] om NAVIGATIE te selecteren. 3. Blader naar Terug naar start met [Start Stop] en selecteer met [Next]. De navigatiebegeleiding wordt als laatste scherm op de geselecteerde sportmodus weergegeven. [...............] NAVIGATE [.......
11.6.9 Route terug gebruiken Met Route terug kunt u uw route nogmaals bekijken op elk moment tijdens uw training. Suunto Ambit2 creëert tijdelijke markeringspunten om u terug te leiden naar uw beginpunt. Hoe Route terug te gebruiken tijdens training: 1. Terwijl u in een sportmodus bent, houdt u [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Druk op [Next] om NAVIGATIE te selecteren. 3. Blader naar Route terug met [Start Stop] en selecteer met [Next]. [...............] NAVIGATE [...............] [........
11.6.10 Autopauze Autopauze pauzeert automatisch het vastleggen van uw training wanneer u snelheid onder de 2 km/uur komt. Zodra uw snelheid weer boven de 3 km/uur komt, wordt het vastleggen weer automatisch gestart. In Movescount kunt u autopauze voor elke sport aan of uit zetten. U kunt autopauze ook tijdens een training aan zetten. Hoe autopauze tijdens een training aan of uit te zetten: 1. Terwijl u in een sportmodus bent, houdt u [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2.
[...............] ACTIVATE [...............] [...............] Autopause... [...............] Autopause 11.7 Logboek bekijken na de training U kunt het overzicht van uw training bekijken nadat u bent gestopt met de opname. Hoe de opname te stoppen en de overzichtsinformatie te bekijken: 1. Houd [Start Stop] ingedrukt om de training te stoppen en deze op te slaan. U kunt ook op [Start Stop] drukken om de opname te onderbreken.
drukken of de opname hervatten door [Light Lock] in te drukken. Nadat u de training hebt gestopt, slaat u het logboek op door op [Start Stop] te drukken. Als u het logboek niet wilt opslaan, drukt u op [Light Lock]. 2. Druk op [Next] om het overzicht van de training te bekijken. 1. 2. Saving exercise 14.2.2013 U kunt ook de overzichten van al uw opgeslagen trainingen in het logboek bekijken. In het logboek zijn de trainingen op volgorde van tijd opgenomen en de laatste training wordt eerst weergegeven.
4. Blader door de overzichtsweergaven van het logboek met [Next]. 20.9. 16:30 Tuesday [...............] LOGBOOK [...............] 4. Running 20:48 22.3.2013 11.7.1 Indicatie voor resterend geheugen Als meer dan 50% van het apparaatgeheugen niet is gesynchroniseerd, wordt in Suunto Ambit2 een herinnering weergegeven wanneer u het logboek opent.
Sync your Moves Memory used 75% De herinnering wordt niet weergegeven nadat het nietgesynchroniseerde geheugen vol is en oude logboeken in Suunto Ambit2 worden overschreven. 11.7.2 Overzicht dynamische training Het overzicht dynamische training presenteert de actieve velden uit uw training in een overzicht. U kunt door de overzichtdetails bladeren met [Next].
OPMERKING: Als u cumulatieve hoogteverschillen als weergaveoptie selecteert, worden de gegevens alleen weergegeven wanneer u ook beste GPS-nauwkeurigheid hebt geselecteerd. Zie 8.1.3 GPS-nauwkeurigheid en energiebesparing voor meer informatie over GPS-nauwkeurigheid. TIP: In Movescount zijn gedetailleerdere gegevens beschikbaar. 11.7.3 Hersteltijd De Suunto Ambit2 laat altijd uw huidige cumulatieve hersteltijd van al uw opgeslagen trainingen zien.
[...............] LOGBOOK [...............] OPMERKING: De hersteltijd wordt alleen getoond als deze langer is dan 30 minuten. 11.8 Geplande moves gebruiken U kunt individuele moves plannen of trainingsprogramma's gebruiken en deze naar uw Suunto Ambit2 downloaden. Met geplande moves, geeft uw Suunto Ambit2 richtlijnen om uw trainingsdoelen te bereiken. U kunt tot aan 60 geplande moves in uw horloge opslaan. Om een geplande move te gebruiken: 1.
Om een geplande move te beginnen: 1. Druk op [Next] om te controleren of u op uw horloge kunt zien wat het geplande doel voor vandaag is. 2. Als u meerdere moves voor de dag gepland hebt, druk dan op [View] om elk doel van elke move te bekijken. Today 1/2 75 min Running Today 2/2 30 km 240 min 3. Druk op [Start Stop] om een geplande move te beginnen of druk nogmaals op [Next] om terug te gaan naar de TIJD modus.
in dezelfde week gepland is, of per datum als het meer dan een week in de toekomst ligt. Friday 35 min Running 13.
12 MULTISPORTTRAINING De Suunto Ambit2 biedt ondersteuning voor multisport. U kunt eenvoudig schakelen tussen sporten en tijdens uw training constant relevante gegevens bekijken. U kunt tijdens een training handmatig van sport wisselen of van te voren in Movescount een multisportmodus maken en deze downloaden naar uw Suunto Ambit2 . U kunt in Movescount een intervaltimer instellen voor elke sportmodus opgenomen in de multisportmodus. De intervaltimer wordt opnieuw gestart als u van sport wisselt. 12.
[...............] Running [...............] OPMERKING: Suunto Ambit2 creëert een ronde elke keer dat u naar een andere sportmodus overschakelt. OPMERKING: Het vastleggen van de log wordt niet gepauzeerd als u naar een andere sportmodus overschakelt. U kunt op elk willekeurig moment het vastleggen handmatig pauzeren door op [Start Stop] te drukken. 12.2 De voorgeconfigureerde multisportmodus gebruiken In Movescount kunt u uw eigen multisportmodus maken en deze downloaden naar uw Suunto Ambit2 .
1. Druk op [Start Stop] om het startmenu te openen. 2. Druk op [Next] om TRAINING te openen. 3. Scroll naar de voorgeconfigureerde multisportmodus en selecteer met [Next]. Wacht totdat het apparaat meldt dat het hartslag- en/of GPSsignaal is gevonden, of druk op [Start Stop] en selecteer Later. Het apparaat gaat door met zoeken naar het hartslag-/GPSsignaal. 4. Druk op [Start Stop] om te beginnen met de opname. 5. Houd [Back Lap] ingedrukt om over te schakelen naar de volgende sport in uw multisportmodus.
13 ZWEMMEN U kunt uw Suunto Ambit2 gebruiken om tijdens het zwemmen allerlei gegevens vast te leggen. Het apparaat herkent ook uw zwemslag. U kunt uw trainingen in het binnenbad of buiten vastleggen en naderhand in Movescount analyseren. 13.1 Baanzwemmen Wanneer u de sportmodus voor baanzwemmen gebruikt, berekent Suunto Ambit2 uw zwemsnelheid op basis van de baanlengte. Elke baanlengte maakt een ronde aan die in Movescount als onderdeel van het logboek wordt weergegeven.
1. 2. [...............] EXERCISE [...............] 4. Pool size 25m 3. [...............] Pool swim... [...............] 5. dst 0 m int 0`00 /100m 13.2 Zwemmen in open water Wanneer u de modus voor zwemmen in open water gebruikt, berekent de Suunto Ambit2 uw zwemsnelheid met behulp van GPS en krijgt u tijdens het zwemmen realtime gegevens te zien. Een zwemlog voor outdoorzwemmen vastleggen: 1. Druk op [Start Stop] om het startmenu te openen. 2. Druk op [Next] om TRAINING te openen. 3.
4. Het apparaat begint automatisch naar een GPS-signaal te zoeken. Wacht totdat het apparaat meldt dat het GPS-signaal is gevonden of druk op [Start Stop] om Later te selecteren. Het apparaat blijft naar een GPS-signaal zoeken en zodra dit signaal is gevonden, start het apparaat met het weergeven en vastleggen van de GPS-gegevens. 5. Druk op [Start Stop] om te beginnen met het vastleggen van uw zwemlog. 1. 2. [...............] EXERCISE [...............] 4. 3. [...............] Openwater... [...........
13.3 Suunto Ambit2 zwemslagen inleren U kunt uw Suunto Ambit2 leren uw zwemslag te herkennen. Nadat u uw Suunto Ambit2 de zwemslagen hebt geleerd, zal het apparaat deze automatisch herkennen als u gaat zwemmen. Hoe zwemslagen in te leren: 1. Terwijl u in de sportmodus Baanzwemmen bent, houdt u [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Druk op [Next] om ZWEMMEN te selecteren. 3. Druk op [Next] om Inleren zwemslag te selecteren. 4. Scroll door de zwemslagopties met [Start Stop] en [Light Lock].
1. 4. Teach next style Fly 2. 3. [...............] SWIMMING [...............] [...............] Teach sw... [...............] 5. 6. Swim 50 m butterfly Save style? Yes No TIP: U kunt op elk moment het inleren van zwemslagen afsluiten door [Next] ingedrukt te houden. Hoe ingeleerde zwemslagen te resetten naar fabrieksinstellingen: 1. Houd in de sportmodus Baanzwemmen[Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Druk op [Next] om ZWEMMEN te selecteren. 3.
13.4 Zwemoefeningen Tijdens uw zwemtraining kunt u op elk moment een zwemoefening doen. Als u een oefening doet met een zwemstijl die niet standaard is (u gebruikt bijvoorbeeld alleen uw benen), dan kunt u indien gewenst na afloop de afstand van de oefening aanpassen door handmatig baanlengtes toe te voegen. OPMERKING: U mag de afstand van de oefening pas toevoegen nadat u de oefening hebt gedaan. Hoe een oefening te doen: 1.
Om de oefening te beëindigen, gaat u terug naar ZWEMMEN in het optiemenu en selecteert u Oefening stoppen. TIP: U kunt de oefening pauzeren door op [Start Stop] te drukken.
14 FUSEDSPEED FusedSpeedTM is een unieke combinatie van uitlezingen van de GPS en van de polsversnellingssensor. Hierdoor kan uw loopsnelheid nauwkeuriger worden gemeten. Het GPS-signaal wordt adaptief gefilterd op basis van de polsversnelling, waardoor de uitlezingen bij stabiele loopsnelheden nauwkeuriger zijn en er sneller wordt gereageerd op snelheidswijzigingen.
OPMERKING: FusedSpeedTM is bedoeld voor hardlopen en vergelijkbare activiteiten. TIP: Om de meest accurate uitlezingen te krijgen met FusedSpeedTMkijkt u slechts even kort op het horloge als het nodig is. Als u het horloge voor u houdt zonder het te bewegen, wordt de nauwkeurigheid minder.
• • • 120 atletiek floorbal voetbal
15 INSTELLINGEN AANPASSEN Hoe de instellingen te bekijken en aan te passen: 1. Houd [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. 2. Blader door het menu met [Start Stop] en [Light Lock]. 3. Druk op [Next] om een instelling te openen. 4. Druk op [Start Stop] en [Light Lock] om de waarden voor de instelling aan te passen. 5. Druk op [Back Lap] om terug te gaan naar de vorige weergave in de instellingen of houdt [Next] ingedrukt om het optiemenu te verlaten. 1. 2-5. 20.9.
TAAL EENHEDEN o Metrisch o Engels o Geavanceerd: Hiermee kunt u in Movescount een combinatie van Engelse- en metrische instellingen samenstellen die is aangepast aan uw wensen. • Positie formaat: o WGS84 Hd.d° o WGS84 Hd°m.m' o WGS84 Hd°m.m' o UTM o MGRS o British (BNG) o Finnish (ETRS-TM35FIN) o Finnish (KKJ) o Irish (IG) o Swedish (RT90) o Swiss (CH1903) o UTM NAD27 Alaska o UTM NAD27 Alaska o UTM NAD83 o NZTM2000 • Tijdformaat: 12 u of 24 u • Datumformaat: dd.mm.
Dual time: uren en minuten Alarm: aan/uit, uren en minuten Tijd: uren en minuten Datum: jaar, maand, dag TONEN/SCHERM • Scherm inverteren: inverteert licht en donker van het scherm • Knopvergrendeling o Time-modus: Knopvergrendeling in TIJD modus. • Acties: Start- en optiemenu's zijn vergrendeld. • Knoppen: Alle knoppen zijn vergrendeld. Backlight kan worden geactiveerd in Nacht modus. o Sport-modus: Knopvergrendeling in sportmodi.
Nacht: De verlichting wordt enkele seconden ingeschakeld als u op een van de knoppen drukt en als het alarm afgaat. Als u de modus Nacht gebruikt, wordt de gebruiksduur van de batterij aanzienlijk verkort. • Schakelaar: De verlichting wordt ingeschakeld als u op [Light Lock] drukt. Het blijft aan totdat u weer op [Light Lock] drukt. o Helderheid: De helderheid van de achtergrondverlichting aanpassen (als percentage). • Scherm contrast: de helderheid van de verlichting aanpassen (als percentage).
KOPPELEN Bike POD's: Een bike POD koppelen. Power POD: Een power POD koppelen. HR band: Een hartslagband koppelen. Foot POD: Een Foot POD koppelen. Cadence POD: Een cadence POD koppelen. • • • • • 15.1 Servicemenu Om het servicemenu te openen, houdt u [Back Lap] en [Start Stop] tegelijkertijd ingedrukt totdat het servicemenu wordt geopend. Het servicemenu bevat de volgende items: • INFO: o Luchtdruk: toont de huidige absolute luchtdruk en temperatuur.
o o Power off: laat het horloge in een diepe slaapstand zetten. GPS reset: hiermee reset u de GPS. OPMERKING: POWER OFF is een staat van laag energieverbruik. Sluit de USB kabel aan (met energiebron) om het horloge te wekken. De initiële set-up wizard start op. Echter, eerder ingevoerde waarden worden niet gewist, dus u hoeft slechts elke stap te bevestigen. OPMERKING: Het horloge schakelt over op de energiebesparende modus als het gedurende 10 minuten niet wordt bewogen.
OPMERKING: Als u GPS reset, worden de GPS-gegevens, de waarden voor de kompaskalibratie en de hersteltijd gereset. Opgeslagen logs worden niet verwijderd.
16 POD OF HARTSLAGBAND KOPPELEN Koppel uw Suunto Ambit2 met optionele Suunto POD's (Bike POD, Power POD, hartslagband, Foot POD of Cadence POD) en ANT+ POD's om tijdens de training aanvullende informatie te ontvangen over snelheid, afstand, vermogen en cadans. Ga naar www.thisisant.com/directory voor een lijst van compatibele ANT+ producten.
Cadans-POD: draai het pedaal waarop de Cadence POD is gemonteerd. • Foot POD: kantel de Foot POD 90 graden. Houd [Next] ingedrukt om het optiemenu te openen. Blader naar KOPPELEN met [Light Lock] en open deze met [Next]. Blader met [Start Stop] en [Light Lock] door de accessoireopties Bike POD, Power POD, Hartslagband, Foot POD en Cadence POD. Druk op [Next] om een POD of hartslagband te selecteren en het koppelen te starten.
2. 3. 4. 16:30 Tuesday [...............] PAIR [...............] [...............] HR belt [...............] 5. 6. 20.9. PAIR PAIR [...............] HR belt [...............] Hold belt next to device <30cm/ 0.98ft OPMERKING: U kunt met uw Suunto Ambit2 verschillende soorten Power POD's koppelen. Raadpleeg de handleiding van de Power POD voor meer informatie. TIP: U kunt de hartslagband ook activeren door beide elektrodecontactgebieden te bevochtigen en erop te drukken.
Controleer of de band is aangesloten op de module. Controleer of u de band correct draagt (zie 11.4 Hartslagband omdoen). • Controleer of de contactgebieden rond de elektroden van de hartslagband vochtig zijn. Raadpleeg de POD-handleiding voor meer informatie over het koppelen van POD's. • • 16.1 Foot POD gebruiken Als u een foot POD gebruikt, wordt de POD automatisch, met korte intervallen, gekalibreerd door de GPS tijdens de training.
1. Bevestig de Foot POD aan uw schoen. Voor meer informatie leest u de gebruikershandleiding voor de foot POD die u gebruikt. 2. Kies een sportmodus (bijvoorbeeld Hardlopen) in het startmenu. 3. Begin op uw gebruikelijke tempo te rennen. Op het moment dat u over de startstreep gaat, drukt u op [Start Stop] om het vastleggen te starten. 4. Ren een afstand van 800-1000 meter (bijvoorbeeld 2 rondjes op een 400 meter baan) op uw gebruikelijke tempo. 5.
OPMERKING: Als u de afstand in het afstandsoverzicht niet kunt wijzigen, was mogelijk de verbinding met de Foot POD tijdens deze kalibratietrainingrondes niet stabiel. Controleer dat de Foot POD conform de instructies correct is verbonden en probeer het opnieuw. Als u zonder een Foot POD hardloopt, kunt u nog steeds de cadans via uw pols meten.
1. Hold to enter option 2-3. [...............] CALIBRA... [...............] Suunto Ambit2 start de kalibratie van de POD en geeft aan of de kalibratie is geslaagd of mislukt. De onderste rij van het scherm bevat de huidige frequentie die wordt gebruikt voor de power POD. De vorige frequentie wordt tussen haakjes weergegeven. Calibration ongoing... Calibration successful 120(150) Als uw power POD een functie Auto zero bevat, kunt u deze in-/ uitschakelen via uw Suunto Ambit2 .
4. Herhaal de procedure als de instelling mislukt of de verbinding met de power POD is verbroken Auto zero Calibration successful 150 (150) Auto zero Auto zero Setting... ON U kunt de helling kalibreren voor power POD's die gebruikmaken van CTF (Crank Torque Frequency). Hoe de helling te kalibreren: 1. Druk op [Start Stop] nadat de power POD is gekalibreerd. 2. Stel de juiste waarde in volgens de handleiding van uw power POD met [Light Lock] en accepteer dit met [Next]. 3.
17 PICTOGRAMMEN In Suunto Ambit2 worden onder meer de volgende pictogrammen gebruikt: barometer hoogtemeter stopwatch instellingen GPS-signaalsterkte koppelen hartslag sportmodus alarm intervaltimer knopvergrendeling batterij huidig scherm knopindicatoren 136
omhoog/verhogen volgende/bevestigen omlaag/verlagen zonsopkomst zonsondergang storm POI-pictogrammen In Suunto Ambit2 zijn de volgende POI-pictogrammen beschikbaar: gebouw/home auto/parking kamperen/camping voedsel/restaurant/café accommodatie/hostel/hotel water/rivier/meer/kust berg/heuvel/vallei/klif bos 137
kruispunt uitzicht begin einde geocache markeringspunt weg/pad rots weide grot 138
18 VERZORGING EN ONDERHOUD Ga voorzichtig om met de unit, stoot het horloge niet en laat het niet vallen. Onder normale omstandigheden zal het horloge geen technisch onderhoud nodig hebben. U kunt na gebruik spoelen met vers water en milde zeep en de behuizing zorgvuldig met een vochtige zachte doek of zeem afnemen. Meer informatie over zorg en onderhoud is te vinden in de uitgebreide reeks ondersteuningsbronnen, waaronder veelgestelde vragen en instructievideo's, die beschikbaar zijn op www.suunto.com.
18.1 Waterdichtheid De Suunto Ambit2 is waterdicht tot 100 meter/330 feet/10 bar. De meterwaarde staat voor een werkelijke duikdiepte en is getest in water onder druk gebruikt bij de Suunto-test op waterdichtheid. Dit houdt in dat u het apparaat kunt gebruiken tijdens zwemmen en snorkelen. Het apparaat mag echter niet worden gebruikt voor duiken in welke vorm dan ook. OPMERKING: Waterdichtheid is niet hetzelfde als functionele werkingsdiepte.
18.2 De batterij opladen De duur bij één keer opladen hangt af van hoe Suunto Ambit2 wordt gebruikt en onder welke omstandigheden. Bij lage temperaturen raakt de batterij bijvoorbeeld sneller leeg. Over het algemeen wordt de capaciteit van een oplaadbare batterij in de loop van de tijd minder.
U laadt de batterij op door deze op uw computer aan te sluiten met de meegeleverde USB-kabel of met de wandoplader van Suunto. Deze is compatibel met USB. Het duurt ongeveer 2-3 uur om een lege batterij volledig op te laden. TIP: Ga naar Movescount als u het frequentie-interval van GPSpeilingen van uw sportmodus wilt verlagen om de gebruiksduur van de batterij te verlengen. Voor meer informatie, zie 8.1.3 GPSnauwkeurigheid en energiebesparing. 18.
19 TECHNISCHE SPECIFICATIES Algemeen • • • • • • • • • bedrijfstemperatuur: -20°C tot 60°C / -5°F tot 140°F temperatuur bij opladen batterij: 0°C tot 35°C / 32°F to 95°F opslagtemperatuur: -30°C tot 60°C / -22°F tot 140°F gewicht: 82 g (silver), 89 g (black), 92 g (sapphire) waterdichtheid (apparaat): 100 m / 9.
Barometer • • displaybereik: 950 tot 1060 hPa/28,34 tot 31,30 inHg nauwkeurigheid: 1 hPa / 0,01 inHg Altimeter • • displaybereik: -500 m tot 9999 m/-1640 ft tot 32805 ft nauwkeurigheid: 1 m / 3 ft Thermometer • • displaybereik: -20°C tot 60°C / -4°F tot 140°F nauwkeurigheid: 1° C / 1° F Stopwatch • nauwkeurigheid: 1 seconde tot 9:59:59, daarna 1 minuut Kompas • nauwkeurigheid: 1 graad / 18 streken GPS • • technologie: SiRF star IV nauwkeurigheid: 1 m / 3 ft 19.
19.2 FCC naleving Dit toestel voldoet aan deel 15 van de FCC-regelgeving. De werking ervan is onderhevig aan de volgende twee voorwaarden: (1) dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken, en (2) dit apparaat moet ongevoelig zijn voor eventuele ontvangen interferentie, waaronder ook interferentie die onjuist functioneren kan veroorzaken. Dit product is getest op naleving van de FCCstandaarden en is bedoeld voor gebruik in huis of kantoor.
19.5 Copyright Copyright © Suunto Oy. Alle rechten voorbehouden. Suunto, productnamen van Suunto, de logo's en andere handelsmerken van het merk Suunto, evenals modelnamen, zijn geregistreerde en nietgeregistreerde handelsmerken van Suunto Oy. Dit document en zijn inhoud zijn eigendom van Suunto Oy en zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik door cliënten teneinde kennis en informatie te verwerven aangaande de werking van Suunto producten.
7,526,840, US 11/808,391, US 13/071,624, US 61/443,731). Aanvullende patentaanvragen zijn ingediend. 19.7 Warranty SUUNTO LIMITED WARRANTY Suunto warrants that during the Warranty Period Suunto or a Suunto Authorized Service Center (hereinafter Service Center) will, at its sole discretion, remedy defects in materials or workmanship free of charge either by a) repairing, or b) replacing, or c) refunding, subject to the terms and conditions of this Limited Warranty.
1. a) normal wear and tear, b) defects caused by rough handling, or c) defects or damage caused by misuse contrary to intended or recommended use; 2. user manuals or any third-party items; 3. defects or alleged defects caused by the use with any product, accessory, software and/or service not manufactured or supplied by Suunto; This Limited Warranty is not enforceable if item: 1. has been opened beyond intended use; 2.
support staff will help you and, if needed, troubleshoot your product during the call. Limitation of Liability Binnen het maximale vermogen zoals in de van toepassing zijnde wet- en regelgeving is opgenomen, is deze beperkte garantie uw enige en exclusieve rechtsmiddel en vervangt alle andere garanties zowel impliciet als expliciet.
INDEX A F aangepaste sportmodi, 18 aanpassen, 16 aanpassen schermcontrast, 22 achtergrondverlichting, 12 afteltimer, 33 Alti & Baro, modus, 56 Automatisch, profiel, 64 hoogte opnemen, 89 juiste uitlezingen, 57 onjuiste uitlezingen, 58 profiel Barometer, 63 profiel Hoogtemeter, 62 profielen, 59, 60 profielen, 59, 60 referentiewaarde, 59, 60 referentiewaarde, 59, 60 autopauze, 99 autoscroll, 19 FusedAlti, 60, 89 hoogte meten, 66 inschakelen, 66 FusedSpeed, 118 B batterij HS-band, 142 opladen, 141 batterij
I M indicatie voor resterend geheugen, 102 instellingen, 121 GPS timekeeping, 29 tijd, 24, 25 intervaltimer, 93 inverteren scherm, 21 markeringspunten, 48, 49 Movescount Suunto App, 20 Suunto App Designer, 20 Suunto App Zone, 20 verbinding maken met, 16 multisporttraining, 108 handmatig van sportmodus wisselen, 108 K kalibreren Foot POD Mini, 131 kompas, 73 knoppen, 10 knopvergrendeling, 12 kompas, 73 declinatiewaarde, 75 kalibreren, 73 tijdens de training, 92 koppelen hartslagband, 128 POD, 128 L loca
koppelen, 128 point of interest (POI) huidige locatie toevoegen, 40 navigeren, 42 verwijderen, 45 positie formaten, 36 power POD, 133 R rasters, 36 rondes, 88 route navigeren, 49 toevoegen, 48 verwijderen, 55 Route terug, 98 S schermcontrast, 22 servicemenu, 125 software updaten, 17 sportmodi, 18, 79 aanvullende opties, 81 sportmodus na de training, 100, 103 na de training, 100, 103 starten met de training, 85 tijdens de training, 87 starten met de training, 85 stopwatch activeren, 31 deactiveren, 31 geb
Z zonsopgang en zonsondergang, 56 zwemmen, 111 baanzwemmen, 111 oefeningen, 116 zwemmen in open water, 112 zwemslagen inleren, 114 154
SUUNTO CUSTOMER SUPPORT 1. www.suunto.com/support www.suunto.com/mysuunto 2. support@suunto.com 3.