SUUNTO ZOOP NOVO GEBRUIKERSHANDLEIDING
1 Veiligheid .......................................................................................... 5 2 Beginnen ......................................................................................... 13 2.1 Status en weergaven display ................................................. 13 2.2 Pictogrammen ........................................................................ 13 2.3 Configuratie ........................................................................... 15 3 Kenmerken ................
.13 Duikplanningmodus ............................................................. 42 3.14 Duiktijdalarm ........................................................................ 44 3.15 Fouttoestand (algoritmevergrendeling) ............................. 44 3.16 Persoonlijke en hoogte aanpassingen ................................ 46 3.17 Energiebesparingsmodus ..................................................... 48 3.18 Veiligheidsstops en dieptestops .......................................... 48 3.
5.4 Patentverklaring ..................................................................... 5.5 Garantie .................................................................................. 5.6 Copyright ................................................................................ 5.7 Termen .................................................................................... Index ..................................................................................................
1 VEILIGHEID Soorten veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING: - wordt gebruikt in samenhang met een procedure of situatie die kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel. LET OP: - wordt gebruikt in samenhang met een procedure of situatie die kan leiden tot schade aan het product. OPMERKING: - wordt gebruikt om belangrijke informatie te benadrukken. TIP: - wordt gebruikt voor extra tips over het benutten van de eigenschappen en functies van het apparaat.
Veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING: EEN DUIKCOMPUTER MAG ALLEEN DOOR GETRAINDE DUIKERS WORDEN GEBRUIKT! Onvoldoende training voor elk soort duiken, inclusief freediving, kan ertoe leiden dat een duiker fouten maakt, waaronder het onjuist gebruik van gasmengels of onjuiste decompressie, wat kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel. WAARSCHUWING: Lees altijd de gedrukte snelle handleiding en de online gebruikershandleiding voor uw duikcomputer.
WAARSCHUWING: BIJ ELK DUIKPROFIEL BESTAAT ALTIJD KANS OP DECOMPRESSIEZIEKTE, ZELFS BIJ HET VOLGEN VAN EEN DUIKPLAN DAT IS BEREKEND DOOR EEN DUIKCOMPUTER OF MET BEHULP VAN DUIKTABELLEN. GEEN ENKELE PROCEDURE, DUIKCOMPUTER OF DUIKTABEL NEEMT DE KANS OP DECOMPRESSIEZIEKTE (DCS) OF ZUURSTOFVERGIFTIGING VOLLEDIG WEG! De fysiologische toestand van een persoon kan van dag tot dag verschillen. De duikcomputer kan niet met al deze variaties rekening houden.
WAARSCHUWING: Allergische reactie of huidirritaties kunnen optreden als het product in aanraking komt met de huid, zelfs al voldoen onze producten aan de normen binnen onze bedrijfstak. In een dergelijk geval dient u het gebruik direct te beëindigen en een dokter te raadplegen. WAARSCHUWING: Niet voor professioneel gebruik! Suuntoduikcomputers zijn alleen bedoeld voor recreatief gebruik.
WAARSCHUWING: Om veiligheidsredenen dient u nooit alleen te gaan duiken. Duik altijd met een aangewezen buddy. U moet na een duik tevens gedurende langere tijd bij anderen blijven aangezien het begin van DCS mogelijk wordt vertraagd of ingezet door activiteiten aan het oppervlak. WAARSCHUWING: VOER VOORAFGAANDE CONTROLES UIT! Controleer voordat u gaat duiken altijd dat uw duikcomputer goed functioneert en juist is ingesteld. Controleer of het display werkt, het batterijniveau in orde is, etc.
WAARSCHUWING: DE DUIKCOMPUTER MAG NOOIT DOOR TWEE GEBRUIKERS WORDEN GEDEELD OF UITGEWISSELD TIJDENS HET ACTIEVE GEBRUIK ERVAN! De getoonde gegevens zijn niet van toepassing op iemand die het apparaat niet heeft gedragen tijdens een duik of een serie herhalingsduiken. De duikprofielen van het apparaat moeten overeenkomen met die van de gebruiker. Als de duikcomputer tijdens een duik aan de oppervlakte blijft, zullen de gegevens bij latere duiken onjuist zijn.
WAARSCHUWING: DUIK NIET MET EEN GAS ALS U DE FLESINHOUD NIET PERSOONLIJK HEBT GECONTROLEERD EN DE GEANALYSEERDE WAARDE NIET ZELF IN DE DUIKCOMPUTER HEBT INGEVOERD! Het niet controleren van de cilinderinhoud en eventueel niet invoeren van de juiste gaswaarden in uw duikcomputer, zal leiden tot onjuiste informatie voor uw duikplan. WAARSCHUWING: Gebruik van duikplannersoftware, zoals met de Suunto DM5, kan nooit een vervanging zijn voor de juiste duiktraining.
LET OP: Zorg ervoor dat de aansluiting van de USB-kabel NIET een geleidend oppervlak aanraakt. Hierdoor kan de kabel kortsluiten en daardoor onbruikbaar worden. Noodopstijgingen In het onwaarschijnlijke geval dat er een computerstoring optreedt tijdens een duik, moet u de noodprocedures opvolgen die u hebt geleerd tijdens uw duikopleiding en onmiddellijk en veilig opstijgen.
2 BEGINNEN 2.1 Status en weergaven display Suunto Zoop Novo heeft vier hoofdmodi: TIME (tijd), DIVE (duik), PLANNING (planning) en MEMORY (geheugen). Verander modi door op [MODE] te drukken. Tenzij DIVE (duik)modus uitgeschakeld is, schakelt Suunto Zoop Novo automatisch naar DIVE (duik) modus indien u meer dan 1,2 m (4 ft) onder water bent. 12:00 DIVE 1.12 TH PLAN MEM 12:00 1.12 TH Tijd- en duikmodi hebben in de onderste rij verschillende weergaven, waar u met [DOWN] en [UP] door kunt bladeren. 2.
1. 6. 2. 7. 3. 4. 8. 5.
Pictogram Beschrijving 5 Batterij bijna leeg 6 Actief watercontact 7 Symbool duikerattentie 8 Opstijgsnelheid 2.3 Configuratie Om het meeste uit uw Suunto Zoop Novo te halen, neemt u het beste even de tijd om deze handleiding door te nemen en uzelf met de modi en instellingen vertrouwd te maken. Wees er absoluut zeker van dat u het naar wens heeft ingesteld voordat u het water ingaat. Aan de slag: 1. Activeer het apparaat door de knop ingedrukt te houden totdat de display aangaat. 2.
3 KENMERKEN 3.1 Activering en voorafgaande controles Tenzij de duikmodus is uitgeschakeld, wordt de duikmodus automatisch geactiveerd wanneer u dieper dan 1,2m (4 ft) duikt. U dient echter voor de duik al op de duikmodus over te schakelen om de hoogte en persoonlijke instellingen, batterijstatus enz. te controleren. Elke keer wanneer uw Suunto Zoop Novo op duikmodus overgaat, worden er een aantal automatische controles uitgevoerd.
12:00 DIVE Air 1.12 TH 66.2 m Batttery OK PO AO 21 1.6 Tussen aaneensluitende duiken tonen de automatische controles ook de huidige weefselverzadiging. 66.2 m PO AO 21 1.6 Voordat u een duikreis maakt, wordt het ten zeerste aangeraden om de duikmodus te activeren om ervoor dat zorgen dat alles juist functioneert.
Na de automatische controles, gaat uw Suunto Zoop Novo op de oppervlaktemodus over. Op dit moment, voordat u het water ingaat, dient u de handmatige controles uit te voeren. Zorg ervoor dat: 1. Suunto Zoop Novo in de juiste modus staat en volledige displays weergeeft. 2. De hoogte-instelling juist is. 3. De persoonlijke instellingen correct zijn. 4. De dieptestops juist zijn ingesteld. 5. De eenheden op het systeem juist zijn. 6. De juiste temperatuur en diepte worden weergegeven. 7. Het alarm gaat. 3.1.
12:00 Battery Low Replace Battery 1.12 TH Indien het pictogram voor een lage batterij in de oppervlaktemodus verschijnt, of indien het display er vervaagd uitziet, dan kan het zijn dat de batterij bijna leeg is. Vervanging van de batterij wordt dan aanbevolen. OPMERKING: Om veiligheidsreden kunnen de achtergrondverlichting en de zoemer (geluid) niet worden geactiveerd wanneer de lage batterij-waarschuwing weergegeven wordt. 3.
Alarmtype Geluidspatroon Duur Hoge prioriteit 2,4 sec geluid + 2,4 sec pauze Lage prioriteit 0,8 sec geluid + 3,2 sec pauze Daarnaast zijn er nog twee hoorbare meldingen die als richtlijn dienen: Instructieve pieptoon Geluidspatroon Interpretatie Opstijgen Start opstijgen Dalen Start dalen Suunto Zoop Novo geeft tijdens de alarmpauzes informatie weer om op de levensduur van de batterij te besparen.
Alarm Uitleg opstijgen", dit wordt maximaal drie minuten lang herhaald PO2-waarde knippert opstijgen of naar een gas met een lager O2% veranderen. Een alarm met hoge prioriteit gevolgd met de pieptoon "start dalen". Diepte decompressieplafond dit wordt maximaal drie overschreden. Ga direct naar het minuten lang herhaald plafond of er onder. Er (Er) knippert en de pijlen wijzen naar beneden. Alarm met hoge prioriteit, wordt drie keer herhaald. SLOW (LANGZAAM) knippert.
Alarmtype Alarmreden dalen", dit is twee maal hoorbaar. ASC TIME (OPSTIJGTIJD) knippert en de pijlen wijzen naar boven. U moet opstijgen, of boven het laagste punt blijven. Alarm met lage prioriteit gevolgd door de pieptoon 'start dalen'. DEEPSTOP (DIEPTESTOP) knippert en de pijlen wijzen naar beneden. Verplichte dieptestop overschreden. U moet naar beneden om de dieptestop af te ronden. Een alarm met lage prioriteit gevolgd door de pieptoon "start dalen", dit wordt drie minuten lang herhaald.
Alarmtype Alarmreden Alarm met lage prioriteit, tweemaal herhaald. OLF%-waarde knippert wanneer de waarde van PO2 hoger is dan 0.5 bar. OLF-waarde op 80% of 100% (alleen Nitrox (Nitrox)-duikmodus). Bevestig het alarm door op een willekeurige knop te drukken. Alarm met lage prioriteit, tweemaal herhaald. Waarde maximale diepte knippert Vastgestelde maximale diepte of maximale diepte van het apparaat overschreden. Bevestig het alarm door op een willekeurige knop te drukken.
Visuele alarmen Symbool op display Indicatie Let op - maak oppervlakte-interval langer ER (Er) Decompressieplafond overschreden of bodemtijd is te lang Vliegverbod 3.3 Apneu-timer U kunt de apneu-timer tijdens intervaltraining van freediven gebruiken. U kunt de volgende instellingen aanpassen: • Vent. (Vent.): ventilatietijd; dit is de aanvankelijke duur van de tijd van uw ademtijd. De tijd gaat voor elk interval met een tijdsperiode omhoog. • Incr (Incr.
1. Houd wanneer u in tijdsmodus bent [UP] ingedrukt om de apneu-timer weer te geven. 12:00 TIMER Apena 1.12 TH 2s START 1:00 15:00 TIME 2. Houd [DOWN] ingedrukt om de instellingen voor de apneutimer te openen. 3. Stel de ventilatietijd bij met [UP] of [DOWN] en bevestig met [SELECT]. 4. Stel de tijdstoename bij met [UP] of [DOWN] en bevestig met [SELECT]. 5. Pas het aantal intervallen aan met [UP] of [DOWN] en bevestig met [SELECT]. Gebruik van de apneu-timer: 1.
4. Herhaal tot het einde van het vastgestelde aantal intervallen. 5. Druk op [MODE] om de apneu-timer af te sluiten. U kunt de apneu-timer opnieuw instellen door [SELECT] ingedrukt te houden. De apneu-timer ondersteunt maximaal 20 intervallen, maar dit is afhankelijk van de ventilatie en tijdstoenames. De laatste ventilatiecyclus mag niet korter dan 0:05 seconden of langer dan 20:00 minuten zijn.
Wanneer de maximale toegestane opstijgsnelheid overschreden wordt, knippert het onderste gedeelte van de balk en blijft het bovenste gedeelte blijft onveranderd. 14.8 35 21,5 20 Voortdurende overschrijdingen van de opstijgsnelheden, resulteren in veiligheidsstops. Zie 3.18 Veiligheidsstops en dieptestops. WAARSCHUWING: OVERSCHRIJD NOOIT DE MAXIMALE OPSTIJGSNELHEID! Te snel opstijgen vergroot de kans op lichamelijk letsel.
Wanneer u deze activeert, kunt instellen hoelang de achtergrondverlichting aanblijft of de achtergrondverlichting volledig uitschakelen. De duur van het achtergrondverlichting instellen: 1. Houd in de tijdsmodus [DOWN] ingedrukt. 2. Druk op [DOWN] om naar BACKLIGHT (achtergrondverlichting) te bladeren en druk op [SELECT] 3. Stel de duur in of schakel deze uit met [DOWN] of [UP]. 4. Druk op [MODE] om op te slaan en af te sluiten en naar instellingen te gaan.
3.7.1 Tijd Onder tijdsinstellingen, kunt u de uren, minuten, seconden en het formaat (12 of 24 uur) instellen. Om de tijd in te stellen, gaat u als volgt te werk: 1. Houd in de tijdsmodus [DOWN] ingedrukt. 2. Druk op [UP] om naar Time (tijd) te bladeren en druk op [SELECT] 3. Selecteer alarmactivering met [DOWN] of [UP] en bevestig met [SELECT]. 4. Herhaal voor minuten en seconden. Pas het formaat aan met [DOWN] of [UP] en bevestig met [SELECT]. 5. Druk op [MODE] om af te sluiten. 3.7.
3.7.3 Eenheden Kies in de eenheidsinstellingen of u de eenheden volgens het metrische of imperiale stelsel wilt weergeven. 1. Houd in de tijdsmodus [DOWN] ingedrukt. 2. Druk op [UP] om naar Units (eenheden) te bladeren en druk op [SELECT] 3. Druk op [DOWN] om naar Metric (Metrisch) of Imperial (Imperial) te schakelen en bevestig met [SELECT]. 4. Druk op [MODE] om af te sluiten. 3.7.4 Dubbele tijd Met dubbele tijd kunt u de tijd in een tweede tijdszone bijhouden.
Wanneer het dagelijkse alarm wordt geactiveerd, knippert het scherm en is het alarm gedurende 60 secondes te horen. Druk op een willekeurige knop om het alarm uit te zetten. Om het dagelijkse alarm in te stellen: 1. Houd in de tijdsmodus [DOWN] ingedrukt. 2. Druk op [UP] om naar Alarm (Alarm) te bladeren en druk op [Select.] 3. Selecteer alarmactivering met [DOWN] of [UP] en bevestig met [Select]. De opties zijn OFF (uit), ONCE (eenmalig), WEEKDAYS (weekdagen) of EVERY DAY (elke dag). 4.
4. Pas de diepte aan met [DOWN] of [UP] en bevestig met [SELECT]. 5. Druk op [MODE] om af te sluiten. Wanneer het diepte-alarm wordt geactiveerd, knippert het achtergrondlicht en is het alarmpatroon met lage prioriteit te horen. Bevestig het alarm door op een willekeurige knop te drukken. 3.9 Displaycontrast U kunt het contrast van het display aan de hand van uw voorkeur aanpassen om aan bijvoorbeeld veranderde duikomstandigheden te voldoen. 1. Houd in de tijdsmodus [DOWN] ingedrukt. 2.
Toegang tot de duikgeschiedenis: 1. Druk op [MODE] totdat u MEM (MEM) ziet. 2. Schakel tussen History (geschiedenis) en Logbook (logboek) met [DOWN] of [UP]. 3. Wanneer u de geschiedenis of het logboek bekijkt, kunt u op [MODE] drukken om terug te gaan en een andere keuze selecteren. Druk nog een keer op [MODE] om af te sluiten.
Logboek Elke log heeft drie pagina's: 1. Hoofdpagina maximale diepte duikdatum soort duik (aangegeven door de eerste letter van de duikmodus, zoals G voor GAUGE (meter) modus) • duikstarttijd • duiknummer - van oud naar nieuw • gaspercentage(s) van het eerste gebruikte gasmengsel • totale duiktijd (in minuten in alle modi) 2. Oppervlaktetijd en waarschuwingspagina • • • maximale diepte oppervlaktetijd na vorige duik gemiddelde diepte waarschuwingen OLF% (indien van toepassing) 3.
watertemperatuur diepte-/tijdsprofiel van de duik Druk op [UP] om door de grafiek van het duikprofiel te gaan of houd [UP] ingedrukt om automatisch te bladeren. De duikprofielgrafiek toont puntsgewijze informatie, zoals de diepte, richting van het kompas, decompressie-info, plafond en opstijgtijd. De tekst End of Logs (einde logboeken) wordt tussen de oudste en meeste recente duik weergegeven. De capaciteit van het logboek is afhankelijk van de meetfrequentie.
3.
3. Druk op [SELECT]om een instelling te openen. 4. Pas de instelling aan met [DOWN] of [Up] en bevestig met [SELECT]. 5. Druk op [MODE] om af te sluiten. OPMERKING: Sommige instellingen kunnen niet veranderd worden totdat (5) minuten na de duik verstreken zijn. 3.11.1 Air (lucht) modus Air (lucht) modus is voor duiken met gewone lucht en heeft de volgende instellingen: • Persoonlijke/hoogte-aanpassing (zie 3.16 Persoonlijke en hoogte aanpassingen) • Diepte-alarm (zie 3.
NITROX-modus heeft de volgende instellingen: • Nitrox (gasmengsel) • Persoonlijke/hoogte-aanpassing (zie 3.16 Persoonlijke en hoogte aanpassingen) • Diepte-alarm (zie 3.8 Diepte-alarm) • Duiktijdalarm (zie 3.14 Duiktijdalarm) • Meetfrequentie (zie 3.19 Meetfrequentie) • Dieptestop (zie 3.18 Veiligheidsstops en dieptestops) In NITROX-modus dienen zowel het percentage zuurstof in uw fles als de partiële zuurstofdruk in de Suunto Zoop Novo ingevoerd te worden.
53.6 Mix1 Primary 4. Pas de PO2 (partiële zuurstofdruk) waarde aan met [DOWN] of [UP] en bevestig met [SELECT]. 5. Pas de andere instellingen naar wens aan. 6. Druk op [MODE] om af te sluiten. OPMERKING: Indien de zuurstofinhoud van een mengel op 22% of hoger is ingesteld, dan blijft de instellingswaarde staan totdat dit veranderd wordt. Deze gaat niet automatisch naar 21% terug. 3.11.3 Gauge (meter) modus Met de Gauge (meter) modus, kun u Suunto Zoop Novo als bodemtimer gebruiken.
3'55 0'00 Bookmark 1 stored 0'10 3'55 Gauge (meter) modus heeft de volgende instellingen: • Diepte-alarm (zie 3.8 Diepte-alarm) • Duiktijdalarm (zie 3.14 Duiktijdalarm) • Meetfrequentie (zie 3.19 Meetfrequentie) Gauge (meter) modus is een bodemtimer en bevat derhalve geen decompressie-informatie of -berekeningen. 3.11.4 Free modus Met de Free (Free)modus, kan Suunto Zoop Novo als freediveinstrument gebruikt worden. De duiktijd wordt in het midden van het display in minuten en seconden aangegeven.
3.11.4.1 Dieptemeldingen U kunt voor freediven maximaal vijf onafhankelijke dieptemeldingen bepalen, bijvoorbeeld om u te laten weten dat u moet beginnen met een vrije val of met het vullen van uw mond. Elke melding heeft een gedefinieerde diepte en kan aan- of uitgeschakeld worden. Wanneer u de notificatiediepte bereikt, knippert het achtergrondlicht en hoort u het lage prioriteitsalarm. Dieptenotificatie definiëren: 1. Houd de [DOWN] knop tijdens de Free (Free)modus ingedrukt. 2.
2. Druk op [UP] om naar Surf te bladeren. Tijdmelding. 3. Druk op [DOWN] of [UP] om de timer in te schakelen en bevestig met [SELECT]. 4. Stel de afteltijd in met [DOWN] of [UP] en bevestig met [SELECT]. 5. Druk op [MODE] om af te sluiten. 3.12 Duiknummering Indien de Suunto Zoop Novo het vliegverbod niet tot nul heeft afgeteld, dan worden herhaalduiken aan dezelfde duikserie toegevoegd. De duiken krijgen per serie nummers toegewezen.
vereist. U voert de diepte van uw aankomende duik in, en Suunto Zoop Novo berekent dan de maximale tijd die u op die diepte kunt blijven zonder decompressiestops te hoeven uitvoeren. Het duikplan houdt rekening met het volgende: • alle berekende resterende stikstof • duikgeschiedenis van de afgelopen vier dagen Duiken plannen: 1. Druk op [MODE] totdat u PLAN NODEC (PLAN NoDec) ziet. 2. Het display geeft kort de desaturatietijd weer voordat deze naar de planningdisplay doorgaat. 3.
3.14 Duiktijdalarm Het duiktijdalarm kan voor verschillende doeleinden worden geactiveerd en worden gebruikt om aan de veiligheid van uw duiken bij te dragen. Het is gewoon een afteltimer in minuten. Duiktijdalam instellen: 1. Houd in de duikmodus [DOWN] ingedrukt. 2. Druk op [DOWN] of [UP]om naar ALARM TIME (alarmtijd) te bladeren. 3. Druk op [UP] om naar het alarm te schakelen en druk op [SELECT] om te bevestigen. 4. Pas de duur aan met [UP] of [DOWN] en accepteer met [SELECT]. 5.
Het Suunto Fused™ RGBM-algoritme wordt gedurende 48 uur vergrendeld als u langer dan drie (3) minuten een decompressiestop weglaat. Als het algoritme vergrendeld is, is er geen algoritmeinformatie beschikbaar en wordt er in plaats daarvan ER (FOUT) getoond. Vergrendeling van het algoritme is een veiligheidsvoorziening waarmee aangegeven wordt dat de algoritme-informatie niet langer geldig is. In een dergelijke situatie dient u terug te gaan onder het plafondniveau om door te gaan met de decompressie.
Indien u weer in deze fouttoestand duikt, wordt de tijd van de algoritmevergrendeling wanneer u de oppervlakte bereikt opnieuw naar 48 uur ingesteld. 3.16 Persoonlijke en hoogte aanpassingen Er zijn verschillende factoren die meespelen bij mogelijke gevoeligheid voor DCS. Dergelijke factoren variëren per duiker en zelfs van dag tot dag. De persoonlijke factoren die de mogelijkheid van DCS verhogen, zijn o.a.
Persoonlijke aanpassing Uitleg 1 Behoudend. Er zijn een aantal risicofactoren of omstandigheden aanwezig. 2 Nog behoudender. Meerdere risicofactoren of omstandigheden zijn aanwezig. Naast de persoonlijke instellingen, kan de Suunto Zoop Novo ook worden ingesteld voor duiken op verschillende hoogtes. Dit past de decompressiecalculatie aan volgens de geselecteerde hoogte aanpassing.
4. Druk op [UP] om de aanpassing Altitude (hoogte) te veranderen en bevestig met [SELECT]. 5. Druk op [MODE] om af te sluiten. WAARSCHUWING: Reizen naar een hoger gelegen omgeving kan het evenwicht van opgeloste stikstof in het lichaam tijdelijk wijzigen. Wij raden u aan om te acclimatiseren op de nieuwe hoogte door ten minste drie (3) uur te wachten voordat u weer gaat duiken. 3.17 Energiebesparingsmodus Suunto Zoop Novo display schakelt na 30 minuten inactiviteit uit om op de batterij te besparen.
het 3-6 m (10-20 ft) bereik.Suunto Zoop Novo toont een STOPpictogram en een afteltijd van drie minuten. OPMERKING: Wanneer dieptestops zijn ingeschakeld, wordt de duur van de verplichte veiligheidsstops in seconden weergegeven. Wanneer de opstijgfrequentie gedurende meer dan vijf opeenvolgende seconden lang hoger is dan 10 m (33 ft) per minuut, dan is de opbouw van microbubbels waarschijnlijk hoger dan toegestaan in het decompressiemodel.
Wacht op het plafond totdat de waarschuwing met de verplichte veiligheidsstop verdwijnt. WAARSCHUWING: STIJG NOOIT TOT BOVEN HET PLAFOND! U mag nooit opstijgen tot boven het decompressieplafond. Om te voorkomen dat u dit per ongeluk doet, raden we aan om altijd iets onder het plafond te blijven. Dieptestops worden geactiveerd als u dieper duikt dan 20 m (65,6 ft). Indien de duiktimer op het scherm wordt weergegeven wanneer de dieptestop wordt geactiveerd, dan wordt de timer vervangen door de dieptestop.
• • • • CEILING (plafond) boven in. DEEPSTOP (dieptestop) in de middelste rij Stopdiepte Afteltimer Dieptestop staat in de modi Air (lucht) en Nitrox (Nitrox) standaard aan. Dieptestop uitschakelen: 1. Houd in de tijdsmodus [DOWN] ingedrukt. 2. Druk op [DOWN] om naar Deepstop (dieptestop) te bladeren en druk op [Select] 3. Druk op [UP] om te schakelen tussen aan-/uit. 4. Druk op [MODE] om af te sluiten. 3.
3. Druk op [DOWN] of [UP] om de frequentie te veranderen en bevestig met [SELECT]. 4. Druk op MODE om af te sluiten. De meetfrequentie-opties in lucht-/nitroxmodus zijn: 10, 20, 30 en 60 seconden. De meetfrequentie-opties in freedivemodus zijn: 1, 2 en 5 seconden. 3.20 Softwareversie U kunt de softwareversie en batterijstatus van Suunto Zoop Novo onder de algemene instellingen controleren. 1. Houd in de tijdsmodus [DOWN] ingedrukt. 2. Druk op [UP] om naar Version (versie) te bladeren en druk op [SELECT] 3.
2. Druk op [SELECT] om de stopwatch te starten/stoppen. 3. Druk op [DOWN] om tussentijden te nemen. 4. Houd de knop [SELECT] ingedrukt om de stopwatch opnieuw in te stellen. Nadat de stopwatch is gestopt, kunt u met [DOWN] door de tussentijden bladeren. U kunt de stopwatch tijdens het duiken ook voor verschillende timingsdoeleinden gebruiken. Om de stopwatch in duikmodus te activeren, houdt u [MODE] ingedrukt. Start en stop de stopwatch door op [SELECT] te drukken.
3.22 Oppervlaktetijd en vliegverbod Zodra u terug aan het oppervlak bent, blijft de Suunto Zoop Novo voorafgaande duik informatie en alarmen leveren. Indien u na uw duik moet wachten voordat u kunt vliegen, wordt op de display in alle modi het vliegverbod-symbool weergegeven. Voor toegang tot meer informatie over uw oppervlaktetijd en vliegverbod, gaat u naar duikmodus. Suunto Zoop Novo geeft de tijd dat u aan het oppervlak bent in het veld Surf t. (oppervlaktetijd) weer.
Als de decompressie tijdens de duik wordt overgeslagen zodat de Suunto Zoop Novo een permanente foutmelding aangeeft (zie 3.15 Fouttoestand (algoritmevergrendeling)), dan is het vliegverbod altijd 48 uur. Hetzelfde geldt als de duik in de Gauge (meter) modus (bodemtimer) wordt uitgevoerd. Ook dan is het vliegverbod 48 uur. WAARSCHUWING: GA NIET VLIEGEN ZOLANG DE DUIKCOMPUTER EEN VLIEGVERBOD AANGEEFT.
en gedurende een langere periode van meer dan 12 uur voor een vlucht wachten. Bovendien raadt de Undersea and Hyperbaric Medical Society (UHMS) aan dat duikers die standaard luchtflessen gebruiken en na hun laatste duik geen symptomen van decompressieziekte vertonen, 24 uur wachten voordat ze in een vliegtuig met cabinedrukregeling op een hoogte van 2.400 m (8.000 ft) vliegen.
aanvulling op het eerdere model gebaseerd op M-waarden. De eerste commerciële producten met deze functie waren de iconische Suunto Vyper en de Suunto Stinger.
duiken en bereid zijn om een groter persoonlijk risico aan te gaan, zijn persoonlijk aanpasbare instellingen beschikbaar. LET OP: Gebruik altijd dezelfde instellingen voor persoonlijkeen hoogte-aanpassingen voor de daadwerkelijke duik en voor het plannen ervan.
duikcomputer, wordt verminderd overeenkomstig de lagere omgevingsdruk. Als gevolg daarvan zullen de limieten voor de geen-compressiestop aanzienlijk worden verminderd. WAARSCHUWING: SELECTEER DE JUISTE HOOGTE-INSTELLING! Als u op meer dan 300 m (1000 ft) boven de zeespiegel gaat duiken, moet de hoogte correct ingesteld worden om de duikcomputer de juiste decompressiestatus te laten berekenen. De duikcomputer is niet bedoeld voor gebruik op hoogtes meer dan 3000 meter (10.000 ft) boven de zeespiegel.
veld. De waarde OLF% (OLF%) (zuurstofpercentage) is het zuurstofpercentage of de blootstelling aan zuurstofvergiftiging Bijvoorbeeld, indien de maximale getolereerde blootstelling van de duiker voor CNS% 85% is en de maximale getolereerde blootstelling voor OUT% 80% is, dan geven de OLF% (OLF%) displays de hoogst geschaalde waarde, in dit geval 85%, weer.
2. Druk op [DOWN] of [UP]om naar Geluiden (Geluiden) te bladeren en druk op [SELECT] 3. Druk op [DOWN] of [UP] om tussen aan/uit te schakelen en bevestig met [SELECT]. 4. Druk op [MODE] om af te sluiten. 3.25 Watercontact U vindt het watercontact aan de zijkant van de behuizing. Wanneer het apparaat is ondergedompeld, staan de watercontactpolen door het geleidingsvermogen van water met elkaar in verbinding.
OPMERKING: Opbouw van vocht rond het watercontact kan ervoor zorgen dat de duikmodus geactiveerd wordt. Dit kan bijvoorbeeld tijdens handen wassen of tijdens transpireren voorkomen. Om batterijspanning te besparen, kunt u het watercontact deactiveren door het schoon te maken en/of met een zachte handdoek af te drogen.
4 VERZORGING EN ONDERSTEUNING 4.1 Richtlijnen voor behandeling De Suunto Zoop Novo duikcomputer is een geavanceerd precisieinstrument. Hoewel deze is ontworpen om bestand te zijn tegen de ontberingen tijdens het duiken, moet u er net zo zorgvuldig en voorzichtig mee omgaan als met elk ander precisie-instrument. Ga voorzichtig met het apparaat om, stoot het niet en laat het niet vallen. Maak de band van uw duikcomputer niet te strak vast. U moet uw vinger tussen de band en uw pols kunnen stoppen.
service zijn speciale instrumenten en training vereist. Probeer de service niet zelf uit te voeren. Laat het instrument, in het geval van vocht in de behuizing of het batterijvak, direct door uw Suunto servicecenter controleren. De optionele krasbescherming voor Suunto Zoop Novo is ontworpen om krassen op het display te voorkomen. Krasbeschermers kunnen apart bij uw geautoriseerde Suunto dealer worden aangeschaft.
Defecten die zijn veroorzaakt door onjuiste batterij installatie vallen niet onder de garantie. Zowel alle geschiedenis en logboekdata, als hoogte-, persoonlijkeen alarminstellingen blijven na de batterijvervanging in het geheugen van de duikcomputer beschikbaar. Andere instellingen worden naar de standaardwaarden teruggesteld. 4.3 Band wisselen naar een koord Gebruik de optionele koordadapter om indien gewenst tussen de polsband en het koord te wisselen. Zo installeert u het koord: 1.
5 REFERENTIE 5.1 Technische specificaties Afmetingen en gewicht (met displaybescherming) • • • • Lengte: 65,8 mm (6,60 cm) Breedte: 65,8 mm (6,60 cm) Hoogte: 29,1 mm (2,79 cm) Gewicht: 119,6 g (119,07 g) Gebruiksomstandigheden • • • • • Waterbestendigheid: 80 m (262 ft) (in overeenstemming met EN 13319) Normaal hoogtebereik: 0 tot 3000 m (10.
• Nauwkeurigheid: ± 2°C (± -15,78°C) binnen 20 minuten van een temperatuurwisseling Nitrox-modus • • • • Zuurstof: 21–50% Partiële zuurstofdruk (O2): 0,2 – 3,0 Oxygen Limit Factor: 0-200% met 1% resolutie Gasmengsels: 1 Andere weergave • • • • • • Duiktijd: 0 tot 999 min Tijd boven water: 0 tot 99 u 59 min Duikteller: 0 tot 99 voor herhalingsduiken Nultijd/Geen-decompressietijd: 0 tot 99 min (-- na 99) Opstijgtijd: 0 tot 999 min (-- na 999) Plafonddieptes: 3,0 tot 150 m (10 tot 492 ft) Klok met kalend
• Geheugencapaciteit: ongeveer 140 uur met 20 seconden opname-interval en zonder overdracht van gegevens. In freedivemodus is de maximale capaciteit 35 uur. Weefsel-berekeningsmodel • • Suunto RGBM Maximale diepte voor gebruik: 120 m (393 ft) 5.2 Naleving 5.2.1 CE Suunto Oy verklaart hierbij dat dit product voldoet aan de wezenlijke vereisten en overige relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EC. 5.2.2 EN 13319 EN 13319 is een dieptemeternorm in Europa.
Wijzigingen of aanpassingen die niet expliciet door Suunto zijn goedgekeurd kunnen uw machtiging om dit apparaat onder de FCC-regelgeving te gebruiken ongeldig maken. LET OP: Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een digitaal apparaat klasse B, overeenkomstig deel 15 van de FCCregelgeving. Deze limieten zijn bestemd om redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie in een residentiële installatie.
(1) dit apparaat mag geen interferentie veroorzaken, en (2) dit apparaat moet ongevoelig zijn voor eventuele ontvangen interferentie, waaronder ook interferentie die onjuist functioneren kan veroorzaken. 5.3 Handelsmerk Suunto Zoop Novologo's en andere handelsmerken van het merk Suunto, evenals modelnamen, zijn geregistreerde en nietgeregistreerde handelsmerken van Suunto Oy. Alle rechten voorbehouden. 5.
Garantieperiode De beperkte garantieperiode begint op de datum van de oorspronkelijke aankoop in de winkel. De garantieperiode is twee (2) jaar voor producten tenzij anders aangegeven. De garantieperiode is een (1) jaar voor accessoires inclusief, maar niet beperkt tot draadloze sensoren en zenders, opladers, kabels, oplaadbare batterijen, riemen, armbanden en slangen. Uitsluitingen en beperkingen Onder deze beperkte garantie bestaat geen dekking voor: 1.
1. meer geopend is dan het bedoelde gebruik; 2. gerepareerd is met gebruik van niet geautoriseerde reserveonderdelen; aangepast of gerepareerd is door een niet geautoriseerd servicecentrum; 3. het serienummer is verwijderd, is gewijzigd of op enigerlei wijze onleesbaar is gemaakt, zoals bepaald naar goeddunken van Suunto; of 4. is blootgesteld aan chemicaliën, inclusief maar niet beperkt tot zonnecrème en insectenafweermiddel.
benadeling of enige juridische of billijke grondslag, zelfs als Suunto op de hoogte was van de kans op dergelijke schade. Suunto kan niet aansprakelijk worden gehouden voor vertraging bij het verlenen van garantieservice. 5.6 Copyright Copyright © Suunto Oy. Alle rechten voorbehouden. Suunto, productnamen van Suunto, de logo's en andere handelsmerken van het merk Suunto, evenals modelnamen, zijn geregistreerde en nietgeregistreerde handelsmerken van Suunto Oy.
Term Wat het betekent Duiken op hoogte Een duik die wordt uitgevoerd op een hoogte die 300 m (1000 ft) of meer boven zeeniveau plaatsvindt. Opstijgsnelhei d De snelheid waarmee de duiker opstijgt naar de oppervlakte. Opstijgtijd De minimale hoeveelheid tijd die nodig is om de oppervlakte te bereiken tijdens een duik met decompressiestops. Plafond Tijdens een duik met decompressiestops is dit de laagste diepte tot waar een duiker mag opstijgen, op basis van de berekende lading inert gas.
Term Wat het betekent DM5 Suunto DM5 met Movescount, een software voor het beheer van uw duiken. Decompressie De tijd die men doorbrengt op de decompressiestop, of bereik, om een teveel aan opgenomen stikstof kwijt te raken en op natuurlijke wijze uit het lichaam te laten verdwijnen (ontgassen). Het dieptebereik tussen de ondergrens en het Decompressieb plafond waarin men tijdens een ereik decompressieduik moet stoppen voordat men weer verder kan opstijgen.
Term Wat het betekent terugkeren naar de oppervlakte aan het einde van de duik. Ondergrens (vloer) De diepste diepte van een duik met decompressiestops waar de decompressie plaatsvindt. He% Heliumpercentage of aandeel helium in het ademgas. MOD Maximale duik diepte (Maximum operating depth) van het ademgas is de diepte waarop de partiële zuurstofdruk (PO2) van het gasmengsel een veilige limiet overschrijdt.
Term Wat het betekent Geen dec tijd/No dec time Afkorting voor geen-decompressielimiet OC Open circuit. Persluchtinstrument dat het uitgeademde gas uitstoot. OLF% Zuustoflimietwaarde. De huidige blootstelling aan zuurstofvergiftiging van de duiker. O2% Zuurstofpercentage of aandeel zuurstof in het ademgas. Standaardlucht bevat 21% zuurstof. Partiële zuurstofdruk (O2) Beperkt de maximale diepte waarop een nitroxmengsel veilig kan worden gebruikt.
Term Wat het betekent stikstof die is opgenomen tijdens voorgaande duiken. 78 Achtergebleve n stikstof De hoeveelheid overtollige stikstof die in een duiker is achtergebleven na één of meerdere duiken. Scuba Persluchtinstrument (Self-contained underwater breathing apparatus). Tijd boven water De tijd die verstrijkt tussen het bereiken van de oppervlakte vanuit een duik en het beginnen met afdalen voor een volgende duik.
INDEX Batterij, 64 indicatoren, 18 behandeling verzorging, 63 bespaart batterij, 48 Bladwijzers, 28 veiligheidsstop, 48 display, 13 Display contrast, 32 duiken op hoogte, 58 Duikgeschiedenis, 32 Duikmodi, 36 Air (lucht), 37 Free, 40 Gauge (meter), 39 Nitrox, 37 Duiknummering Plan, 42 Duikplanning, 42 Duiktijdalarm, 44 C E A Achtergrondverlichting, 27 Activering voorafgaande controles, 16 Air (lucht) modus, 37 Alarm, 19, 30 Apneu-timer, 24 B Configuratie, 15 D Datum, 29 decompressie, 56, 58 Decompres
G Pictogram, 13 Gauge (meter) modus, 39 Geheugenmodus, 32 Geluiden, 60 RGBM, 56 H R S Hoogte aanpassing, 46 softwareversie, 52 Stopwatch, 52 K T Klok met kalender, 28 Koord, 65 Tijd, 29 Dubbele tijd, 30 Tijd boven water, 54 Tijdsmodus, 28 L Logboek, 32 M Meetfrequentie, 51 Meldingen, 19 modi verander modi, 13 Modi Duiken, 36 N V veiligheidsstop, 26 Vliegverbod, 54 W Waarschuwingen, 19 Watercontact AC-symbool, 61 Woordenlijst, 73 Nitrox-modus, 37 Z O Zuurstofvergiftiging, 59 Opstijgsnelh
SUUNTO CUSTOMER SUPPORT 1. www.suunto.com/support www.suunto.com/mysuunto 2.