Instructions

64
b) Aansluitschema
De binneneenheid (A) en de buiteneenheid (B) worden via een tweeaderige kabel aangesloten, zoals hierboven
weergegeven. De stroomvoorziening wordt geleverd door de meegeleverde lichtnetadapter (C).
Een deuropener (D) kan rechtstreeks worden aangesloten, omdat de buiteneenheid rechtstreeks de bedrijfsspanning
levert.
Op de buiteneenheid is een extra aansluiting voor een tweede deuropener, bijvoorbeeld voor een toegangspoort (E)
tot een woning. Deze is potentiaalvrij, zodat de bedrijfsspanning door een externe voeding (F) moet worden geleverd.
Neem altijd de contactbelastbaarheid in acht; zie hoofdstuk "Technische gegevens".
Schakel de netspanning nooit via de aansluitklemmen van de buiteneenheid! Er bestaat levensgevaar door
een elektrische schok!
Kabellengte (buiteneenheid <> binneneenheid) <= 100 m
Doorsnede 0,75 mm² bij kabellengte < 50 m
Doorsnede 1,0 mm² bij kabellengte 50 - 100 m