Instructions

f) Gebruikerscode opslaan
Het codeslot beschikt in totaal over 1000 geheugens. Al naargelang de gebruikswijze (zie hoofd-
stuk 9. c) kan daarin een gebruikerscode, een transponder of een combinatie van gebruikersco-
de/transponder worden opgeslagen.
Zie hoofdstuk 9. i. voor het opslaan van een transponder of de combinatie van gebruikerscode/
transponder).
Wij bevelen u aan om een tabel op te stellen en alle toegangsgegevens nauwkeurig
vast te leggen (geheugennummer, gebruikerscode/transponder, gebruikersnaam).
Alleen zo hebt u een overzicht wie op het codeslot is geprogrammeerd.
Bovendien is het zeer gemakkelijk om indien nodig een gebruiker en zijn toegangsbe-
voegdheid (gebruikerscode en/of transponder) te wijzigen of te wissen.
Gebruikerscode opslaan:
Activeer de programmeermodus, zie hoofdstuk 9. a).
Voer de programmeercode
in. De controle-led knippert geel.
Voer
in. Het codeslot geeft een lange toon af en de controle-led licht constant geel op.
Voer een geheugennummer in (
..... ). Het codeslot geeft 2 tonen af.
Voer de gewenste gebruikerscode in (de lengte van de gebruikerscode moet overeenstem-
men met die van de hoofdcode, bijv. 4-cijferig).
Het codeslot geeft een korte en een lange toon af en de controle-led licht constant geel op.
De hoofdcode is opgeslagen.
Druk kort op de toets
.
Indien gewenst kan nu een andere gebruikerscode worden opgeslagen. Begin zoals
hierboven beschreven de programmeercode
in te voeren.
Druk voor het verlaten van de programmeermodus kort op de toets
. De controle-led licht
constant rood op.
Gebruikerscode wijzigen:
Ga te werk zoals bij het opslaan van de gebruikerscode, zie hierboven. Selecteer het geheugen-
nummer dat moet worden gewijzigd en voer de nieuwe gebruikerscode in.
16