Instructions
g) Hoofdtransponder instellen
De programmeermodus van het codeslot kan met een hoofdtransponder worden geactiveerd.
Dit vereenvoudigt of versnelt de bediening, zeker bij een lange hoofdcode of bij veelvuldig pro-
grammeren van het codeslot.
Er kan slechts een enkele hoofdtransponder op het codeslot geprogrammeerd zijn.
Als de hoofdtransponder wordt beschadigd of verloren gaat, dan kan er vanzelfspre-
kend een nieuwe transponder als hoofdtransponder worden geprogrammeerd.
Ga als volgt te werk:
• Activeer de programmeermodus, zie hoofdstuk 9. a).
• Voer de programmeercode
in.
• De controle-led geeft aan of er al een hoofdtransponder is geprogrammeerd:
- Led knippert groen: Geen hoofdtransponder geprogrammeerd
- Led licht constant rood op: Hoofdtransponder al geprogrammeerd
• Als de programmeerprocedure wordt afgebroken, druk dan kort op de toets
.
• Als een al geprogrammeerde hoofdtransponder wordt gewist, druk dan tweemaal kort op de
toets
. Vervolgens knippert de controle-led groen en kan er een nieuwe hoofdtransponder
worden ingesteld, zie de volgende stap.
• Houd een transponder gewoon voor het codeslot om deze als hoofdtransponder te program-
meren.
• Het codeslot geeft een korte toon af, als de transponder wordt herkend. Er is vervolgens
een lange toon hoorbaar; de transponder werd als hoofdtransponder geprogrammeerd. De
controle-led licht constant geel op.
• Druk voor het verlaten van de programmeermodus kort op de toets
. De controle-led licht
constant rood op.
h) Programmeermodus met hoofdtransponder oproepen
Houd de hoofdtransponder gewoon voor het codeslot om hiermee de programmeermodus op te
roepen. Als de hoofdtransponder wordt herkend, dan geeft het codeslot een lange toon af en de
controle-led licht constant geel op.
U kunt nu de programmeringen zoals gewoonlijk uitvoeren.
In plaats van de programmeermodus met de toets te verlaten, kunt u ook de
hoofdtransponder voor het codeslot houden.
17