Manual
15
c) Master-vingerafdruk aanleren/wissen
Op het toegangssysteem kan een enkele master-vingerafdruk worden aangeleerd. Dit maakt een snel aanleren of
wissen van gebruikerstransponders of gebruikersvingerafdrukken mogelijk.
Voor de master-vingerafdruk is het geheugennummer 99 gereserveerd.
Master-vingerafdruk aanleren:
• Start de programmeermodus zoals beschreven in hoofdstuk 8. a), zodat de led rood knippert.
• Voer de programmeercode in om het aanleren te starten. Daarna brandt de led geel.
• Voer het geheugennummer voor de master-vingerafdruk in.
• Bevestig de invoer met de toets .
Als het geheugennummer 99 reeds bezet is door een master-vingerafdruk, laat het toegangssysteem
3 snelle akoestische signalen horen en knippert de led rood. Het is zodoende niet mogelijk om een be-
staande master-vingerafdruk te overschrijven. Verwijder eerst het geheugennummer 99 (zie hieronder),
voordat daar een andere master-vingerafdruk kan worden opgeslagen.
• Voor het aanleren van de master-vingerafdruk moet de vingerafdruksensor 3x na elkaar met dezelfde vinger wor-
den aangeraakt. Een led-ring rondom de sensor brandt blauw als de sensor wordt aangeraakt. De led-ring brandt
groen en een kort geluidssignaal is hoorbaar als de vingerafdruk correct is herkend. Na het derde correcte leespro-
ces laat het toegangssysteem een langer geluidssignaal horen en wordt de vingerafdruk opgeslagen.
Als de vingerafdruk niet correct kan worden gelezen, hoort u 3 pieptonen en knippert de led-ring rood.
Hetzelfde gebeurt als u probeert een reeds opgeslagen vingerafdruk in te lezen.
• Verlaat de aanleermodus met de toets . De led knippert weer rood, u kunt nu verdere programmeringen uitvoeren
of met de toets de programmeermodus verlaten.
Master-vingerafdruk verwijderen:
• Start de programmeermodus zoals beschreven in hoofdstuk 8. a), zodat de led rood knippert.
• Voer de programmeercode in om de verwijderingsmodus te starten. Daarna brandt de led geel.
• Voer het geheugennummer voor de master-vingerafdruk in en bevestig deze met de toets .
Als het geheugen reeds leeg is, laat het toegangssysteem 3 snelle geluidssignalen horen en knippert de
led rood.
• Verlaat de verwijderingsmodus met de toets . De led knippert weer rood, u kunt nu verdere programmeringen
uitvoeren of met de toets de programmeermodus verlaten.