Operation Manual

100
Het merk voor huistechniek voor het hele huis. Kijk voor meer informatie op www.sygonix.com
10. Menu „INSTALL SETTINGS“
Druk kort op de toets „MENU“ (3), zoals beschreven in hoofd-
stuk 8. b). In de onderste dispalyregel verschijnt „USER
SETTINGS“.
Met de toetsen „–“ (5) en „+“ (6) kunt u omschakelen tussen
„USER SETTINGS“ en „INSTALL SETTINGS“.
Selecteer „INSTALL SETTINGS“ en druk dan op de toets „OK“
(2).
Vervolgens kunt u met de toetsen „–“ (5) en „+“ (6) de gewenste
functie selecteren (zie onderstaand subhoofdstuk, resp. korte
beschrijving in hoofdstuk 8. b).
• Bevestig uw keuze met de toets „OK“ (2).
Als u een functie, resp. het instelmenu wilt verlaten, drukt u op
de toets „MENU“ (3).
a) Functie H1 „HEAT OR COOL
De instelling van deze functie beslist of de universele thermostaat
in verbinding met een verwarmings- of koelapparaat wordt gebruikt.
Afhankelijk van de instelling wordt de contactdoos (en zo de aan-
gesloten verbruiker) van de universele thermostaat overeenkom-
stig in- of uitgeschakeld als de gemeten temperatuur de waarden
in de programmering over- of onderschrijdt (vanaf welk verschil is
afhankelijk van de instelling van de hysterese).
• „HEAT“ = verwarmingsmodus
De contactdoos wordt geactiveerd als de gemeten temperatuur
onder de waarde in de programmering ligt.
Deze bedrijfsmodus moet worden gebruikt als een verwarming
moet worden gestuurd.
• „COOL“ = koelmodus
De contactdoos wordt geactiveerd als de gemeten temperatuur
boven de waarde in de programmering ligt.
Deze bedrijfsmodus moet worden gebruikt als een koelappa-
raat/ventilator moet worden gestuurd.