Operation Manual

Hoe u het toestel voor het gebruik voorbereidt
16
Aanwijzingen voor de wandmontage
Maak evt. een boorsjabloon. Teken de boorgaten bijv. met
een potlood af.
Het toestel mag tijdens de montage niet aan het stroomnet
aangesloten zijn. Anders kan brand of elektrische kortslui-
ting veroorzaakt worden. Gebruik om te boren alleen
boormachines of boren die aan de eisen voldoen. De
boordiepte moet aan de voorschriften van de fabrikant
voldoen. Anders kan geen volledige veiligheid gegaran-
deerd worden.
Controleer voor de montage of het metselwerk aan de
vereisten voldoet. Gebruik alleen geschikt montagemateri-
aal.
De wandmontage mag niet in de omgeving van een elek-
trische installatie of kabel of een vochtige muur uitgevoerd
worden. Anders kan een elektrische kabelbreuk of kortslui-
ting of kunnen stroomschommelingen veroorzaakt worden.
Er mogen geen verwarmingsbronnen (radiatoren, verwar-
mingselementen) of luchtbevochtigers onder het gemon-
teerde toestel geplaatst worden. Anders kan brand of een
elektrische kortsluiting veroorzaakt worden
Leid de gaten aan de achterkant van het toestel over de
voorgemonteerde schroeven en hang het toestel zo op.
Controleer tot slot de stabiliteit van de montage.
Controleer het verloop van gas-, water- en elektrische
leidingen voor het boren en houd er rekening mee.
Neem in geval van twijfel contact op met een vakman!
Gatenafstand
Toestel: 90 mm
Luidsprekers: 60 mm