User Manual

5 Overzicht
8
5.3. Functies van de bedieningstoetsen
De stroomtang bezit een draaischakelaar, en 6 bedieningstoetsen die
reageren als ze kort of lang worden ingedrukt.
In de basisinstelling bevindt het instrument zich in de AUTO-modus
wanneer spanning, stroom, RCDC (weerstand, capaciteit en diode met
doorgang) wordt gemeten.
Toets Functie Kort op de toets
drukken (<1 s)
Functie Lang op de toets
drukken (>2 s)
Afstellen op
nul
Nullen bij de DC
stroommeting
Afstellen op nul beëindigen
Selectie
Schakelt heen en weer
tussen de handmatige
submodi van de
geselecteerde meting.
Terug naar de AUTO-modus
Min/Max
Schakelt tussen MAX, MIN
en AVG-functies
De registratiemodus
uitschakelen
Inrush
Als de selectie zich in stand
A bevindt, dan schakelt het
instrument in de Inrush
modus.
Terugzetten van de Inrush
meting, als er reeds een
meting op het LC-display
wordt weergegeven.
Schakelt terug in de het laatst
geactiveerde modus, voordat
INRUSH werd geselecteerd.
Verlichting
Achtergrondverlichting
aan/uit
(testo 770-3)
Verlichting/B
luetooth
Achtergrondverlichting
aan/uit
Bluetooth aan/uit
5.4. Functies draaischakelaar
Selectie Functie
Uitschakelen
Instrument uitschakelen.
Stroom
Activeert de automatische modus voor stroom, selecteert
tussen AC/DC. Handmatige selectie van AC/DC met [].
Spanning
Activeert de automatische modus voor spanning tussen AC en
DC meting via de meetleidingen en bussen. Handmatige
selectie van AC/DC met [].
RCDC -
besturing
Automatische modus voor weerstand, doorgang, capaciteit en
diodentest. Handmatige selectie van AC/DC met [].