Operation Manual

Overzicht van rekenmachinebewerkingen 19
De variabelen van het werkblad TVM openen
Variabelen van opgeroepen werkbladen openen
Nadat u een werkblad hebt geopend, drukt u op # or " om variabelen
te selecteren. Druk bijvoorbeeld op & \ om het werkblad Aflossing
te openen en druk vervolgens op # of " om de aflossingsvariabelen te
selecteren (
P1, P2, BAL, PRN, INT).(Zie “Variabelen van de werkbladen
TVM en aflossing” op pagina 24.)
Indicatoren verzoeken u om instellingen te selecteren, waarden in te
voeren of resultaten te berekenen. De i#
$-indicatoren herinneren u er
bijvoorbeeld aan om op # of " te drukken om andere variabelen te
selecteren. (Zie “Het scherm aflezen” op pagina 3.)
Om terug te keren naar de standaard-rekenmachinemode drukt u op &
U.
Typen werkbladvariabelen
Alleen-invoeren
Alleen-berekenen
Automatisch-berekenen
Invoeren-of-berekenen
Instellingen
Opmerking: Het = teken dat weergegeven wordt tussen de variabele en
de waarde geeft aan dat de waarde is toegekend aan de variabele.
Werkblad Geheugen
(Hoofdstuk 7)
Opent het opslaggebied voor
maximaal 10 waarden
& {
Om waarden toe te kennen aan de variabelen van het
werkblad TVM gebruikt u de vijf TVM-toetsen (,, -,
., /, 0).
Om andere functies van het werkblad TVM te openen
drukt u op de &-toets, en drukt u vervolgens op een
TVM-functietoets (
xP/Y, P/Y, BGN). (Zie “Variabelen van
de werkbladen TVM en aflossing” op pagina 24.)
Opmerking: U kunt waarden toekennen aan TVM-
variabelen als u in een opgeroepen werkblad bent,
maar u moet terugkeren naar de standaard-
rekenmachinemode om TVM-waarden te berekenen of
om het werkblad TVM te wissen.
Om dit te selecteren Functie Druk op