Operation Manual

TI-83 Plus De grafiek van functiesInhoud van dit hoofdstuk 130
De grafiekstijl instellen
Wanneer u de grafiekstijl van een functie wilt instellen, moet u als volgt
te werk gaan.
1. Druk
o
om het
Y=
scherm op te roepen.
2. Druk
en
}
om de cursor naar de gewenste functie te verplaatsen.
3. Druk
|
|
om de cursor naar links te verplaatsen, voorbij het
=
-
teken, tot op het pictogram voor de grafiekstijl in de eerste kolom. De
invoegcursor verschijnt op het scherm. (U kunt de stappen 2 en 3 ook
omgekeerd uitvoeren.)
4. Druk herhaaldelijk
Í
om de verschillende grafiekstijlen te
doorlopen. De zeven grafiekstijlen verschijnen in precies dezelfde
volgorde als in de bovenstaande tabel.
5. Druk
~
,
}
of
wanneer u een grafiekstijl hebt gekozen.