Operation Manual

Hoofdstuk 1: Bediening van de TI-84 Plus Silver Edition 31
Waarden in variabelen opslaan
Waarden in variabelen opslaanWaarden in variabelen opslaan
Waarden in variabelen opslaan
Waarden in een variabele opslaan
Waarden in een variabele opslaanWaarden in een variabele opslaan
Waarden in een variabele opslaan
De waarden in variabelen worden opgeslagen in het geheugen en opgeroepen aan de
hand van de namen van de variabele. Wanneer een uitdrukking wordt berekend waarin
de naam van een variabele voorkomt, dan zal de waarde worden gebruikt, die op dat
ogenblik in de variabele werd opgeslagen.
Als u in het basisscherm of vanuit een programma een waarde in een variabele wilt
opslaan met behulp van de toets ¿, begint u op een lege regel en gaat u als volgt te
werk.
1. Voer de waarde in die u wilt opslaan. Dit kan ook een uitdrukking zijn.
2. Druk ¿. Op de positie van de cursor verschijnt !.
3. Druk ƒ en vervolgens op de letter van de variabele waarin u deze waarde wilt
opslaan.
4. Druk Í. Als u een uitdrukking hebt ingevoerd, wordt deze eerst uitgewerkt. De
waarde wordt vervolgens in de variabele opgeslagen.
De waarde van de variabele weergeven
De waarde van de variabele weergevenDe waarde van de variabele weergeven
De waarde van de variabele weergeven
Wanneer u de waarde van een variabele op het scherm wilt weergeven, voert u in het
basisscherm op een lege regel de naam van de variabele in en drukt u op Í.