Operation Manual

Hoofdstuk 11: Lijsten 282
SortA(, SortD(
SortA(, SortD(SortA(, SortD(
SortA(, SortD(
Met de functie
SortA( (oplopend rangschikken) kunt u de elementen in een lijst van de
kleinste naar de grootste waarde rangschikken. Met de functie
SortD( (aflopend
rangschikken) worden de elementen in een lijst van de hoogste naar de kleinste waarde
gerangschikt. Lijsten met complexe getallen worden steeds gerangschikt op basis van de
grootheid (modulus) van het getal.
Wanneer u één lijst als argument gebruikt, kunt u met de functies
SortA( en SortD( de
elementen van
lijstnaam rangschikken en de lijst in het geheugen bijwerken.
7: @List(
Geeft het verschil tussen de opeenvolgende elementen als
resultaat.
8: Select(
Selecteert specifieke gegevenspunten.
9: augment(
Voegt twee lijsten samen.
0: List4matr(
Slaat een lijst in een matrix op.
A: Matr4list(
Slaat een matrix in een lijst op.
B: Ù
Definieert het gegevenstype van de lijstnaam.
SortA(lijstnaam)SortD(lijstnaam)
NAMES OPS MATH