Operation Manual

Hoofdstuk 12: Statistieken 350
waarden binnen het bereik vallen en wordt ook Xscl overeenkomstig aangepast. De
ongelijkheid (
Xmax N Xmin) à Xscl 47 moet in dit geval waar zijn. Een waarde die op
de rand van een staaf valt, wordt in de volgende staaf (rechts ervan) opgenomen.
ModBoxplot
ModBoxplotModBoxplot
ModBoxplot
ModBoxplot (*) (aangepast staafdiagram) plot één-dimensionale gegevens, net zoals
het gewone staafdiagram, met uitzondering van de gegevenspunten die zich 1.5 Inner
Quartile Range buiten de kwartielen bevinden. (De Inner Quartile Range is het verschil
tussen het derde kwartiel
Q3 en het eerste kwartiel Q1.) Deze punten worden
afzonderlijk buiten de spriet geplot, met behulp van het markeringssymbool
Mark
( of
+ of ¦) dat u eerder hebt gekozen. U kunt deze punten, die we buitenstaanders
noemen, volgen.
De aanwijzer voor de buitenstaanders is
x=, tenzij de buitenstaander het maximumpunt
(
maxX) of het minimumpunt (minX) is. Wanneer er buitenstaanders zijn, verschijnt de
aanwijzer
x= voor het uiteinde van elke spriet. Wanneer er geen buitenstaanders zijn,
vormen
minX en maxX de aanwijzers voor de uiteinden van elke spriet. De staaf zelf
wordt bepaald door de waarden in
Q1, Med (mediaan) en Q3.
Staafdiagrammen worden geplot in functie van de waarden van
Xmin en Xmax, terwijl er
geen rekening wordt gehouden met
Ymin en Ymax. Wanneer er twee staafdiagrammen
worden geplot, verschijnt het eerste bovenaan en het tweede in het midden van het