Operation Manual

Hoofdstuk 15: CATALOG, Hyperbolisch en Tekenreeks-functies 450
Als u een spatie wilt invoeren, drukt u ƒ O.
Als u een aantal alfabetische tekens na elkaar wilt invoeren, kunt u y 7
indrukken om de alpha-lock te activeren (vergrendelen van de alfabetische
toetsen).
3. Druk ƒ [ã] om het einde van de tekenreeks aan te geven.
"
tekenreeks"
4. Druk vervolgens Í. Op het basisscherm verschijnt de tekenreeks nu op de
volgende regel (zonder aanhalingstekens). Als de tekenreeks te lang is om op het
scherm te worden weergegeven, verschijnt er een weglatingsteken (
...) ter
aanduiding dat de tekenreeks buiten het scherm verder gaat. Als u de volledige
tekenreeks wilt bekijken en doorlopen, moet u ~ en | drukken.
Opmerking: de aanhalingstekens worden niet meegeteld als tekens van de tekenreeks.
Een tekenreeks opslaan in een tekenreeksvariabele
Een tekenreeks opslaan in een tekenreeksvariabeleEen tekenreeks opslaan in een tekenreeksvariabele
Een tekenreeks opslaan in een tekenreeksvariabele
Tekenreeks-variabelen
Tekenreeks-variabelenTekenreeks-variabelen
Tekenreeks-variabelen
De TI-84 Plus beschikt over 10 variabelen waarin u tekenreeksen kunt opslaan. U kunt
deze tekenreeksvariabelen dan gebruiken voor de tekenreeksfuncties en -instructies.
Als u het menu
VARS STRING wilt oproepen, moet u als volgt te werk gaan.