Operation Manual

92
Hoofdstuk 5: Grafieken van functies
05FUNC.DOC Chantall Revised: 08/22/97 2:37 PM Printed: 08/22/97 2:37 PM Page 92 of 1605FUNC.DOC Chantall Revised: 08/22/97 2:37 PM Printed: 08/22/97 2:37 PM Page 92 of 16
Aan en uit zetten en bekijken van statistische grafieken
Plot1
,
Plot2
,
Plot3
op de bovenste regel van de vergelijkingeneditor toont van elke statistische
grafiek of deze aan of uit staat (hoofdstuk 14). Is de naam van de grafiek op deze regel
gemarkeerd, dan staat de grafiek aan.
Om een statistische grafiek uit de vergelijkingeneditor aan of uit te zetten, kunnen $, " en !
worden gebruikt om de cursor op
Plot1
,
Plot2
of
Plot3
te zetten. Druk vervolgens op b.
Instellen van de venstervariabelen voor het grafische scherm
Het venster toont het deel van het coördinatenvlak dat op het
grafische scherm wordt getoond. Bij het instellen van de
venstervariabelen, kunt u de grenzen van het venster en
andere kenmerken van het grafische scherm instellen.
xMin
,
xMax
,
yMin
en
yMax
zijn de grenzen voor het grafische
scherm.
xScl
(x-schaal) is de afstand in eenheden tussen twee punten van de schaalverdeling op de x-as.
yScl
(y-schaal) is de afstand in eenheden tussen twee punten van de schaalverdeling op de y-as.
xRes
stelt alleen voor grafieken van functiewaarden de pixelresolutie in en maakt daarbij
gebruik van de gehele getallen
1
t/m
8
.
Met
xRes=1
(standaard) worden grafieken van functies op elke pixel van de x-as berekend
en getekend.
Met
xRes=8
worden functiewaarden op elke achtste pixel van de x-as berekend en getekend.
Stel
xScl=0
en
yScl=0
in
om de
schaalverdeling van beide assen
te verwijderen
.
Lage
xRes
-waarden verhogen de
resolutie van de grafiek maar
vertragen het tekenproces.