Operation Manual

100
Hoofdstuk 6: Grafische hulpmiddelen
06TOOLS.DOC 6 Raquel Revised: 26/08/97 18:10 Printed: 26/08/97 18:11 Page 100 of 2606TOOLS.DOC 6 Raquel Revised: 26/08/97 18:10 Printed: 26/08/97 18:11 Page 100 of 26
Grafische hulpmiddelen op de TI-86
Hoofdstuk 5 beschrijft het gebruik van
GRAPH
-menu-opties
y(x)=
,
WIND
,
GRAPH
, en
FORMT
om de
grafiek van een functie te definiƫren en weer te geven in de tekenmode
Func
. Dit hoofdstuk
beschrijft het gebruik van andere
GRAPH
-menu-opties, het gebruiken van ingestelde
schermafmetingen, het verkennen van de specifieke teken- en traceerfuncties, het uitvoeren van
wiskundige analyses, het tekenen in grafieken en het opslaan en opnieuw oproepen van
grafieken en tekeningen. De meeste hulpmiddelen kunnen in elk van de vier grafiekinstellingen
worden gebruikt.
Het GRAPH-menu
66
y(x)= WIND ZOOM TRACE GRAPH
4
MATH DRAW FORMT STGDB RCGDB
4
EVAL STPIC RCPIC
ZOOM
Geeft het
GRAPH
ZOOM
-menu weer. Gebruik deze menu-opties om schermafmetingen te
v
eranderen
TRACE
Activeert de traceercursor. Deze volgt de grafiek
MATH
Geeft het
GRAPH
MATH
-menu weer. Gebruik dit menu voor het wiskundig onderzoeken van
grafieken
DRAW
Geeft het
GRAPH
DRAW
-menu weer. Gebruik dit menu om in grafieken te tekenen
STGDB
Geeft de
Name=
-prompt en het
GDB
-menu weer. Gebruik deze prompt voor het invoeren van
een
GDB
-variabele
RCGDB
Geeft de
Name=
-prompt en het
GDB
-menu weer. Gebruik dit menu om een
GDB
-variabele
opnieuw op te roepen
Dit is het
GRAPH
-menu in de
tekeninstelling
Func
. Weergave
van het
GRAPH-
menu is
afhankelijk van de instelling.