Operation Manual

vi
Inhoudsopgave TI
--
86
$$TOC.DOC 1 Chantall Revised: 08/28/97 8:37 AM Printed: 08/28/97 9:34 AM Page vi of 10$$TOC.DOC 1 Chantall Revised: 08/28/97 8:37 AM Printed: 08/28/97 9:34 AM Page vi of 10
Werken met complexe getallen............................................. 78
Complexe resultaten.......................................................... 79
Het gebruik van een complex getal in een expressie..... 80
Het CPLX-menu (complexe getal).................................... 80
Hoofdstuk 5: Grafieken van functies........................ 83
Definiëren van een grafiek..................................................... 84
Instellen van de grafische mode ........................................... 84
Het GRAPH-menu (grafiek)................................................... 85
Gebruik van de vergelijkingeneditor .................................... 86
Het menu van de vergelijkingeneditor (GRAPH y(x)=). 87
Invoeren van een functie in de vergelijkingeneditor...... 88
Opmerkingen over het invoeren van functies................. 88
Kiezen van tekenstijlen...................................................... 89
Instellen van tekenstijlen in de vergelijkingeneditor ..... 91
Gebruik van arceringen om functies te onderscheiden. 91
Aan en uit zetten en bekijken van statistische
grafieken.............................................................................. 92
Instellen van de venstervariabelen voor het grafische
scherm...................................................................................... 92
Ophalen van de venstereditor........................................... 93
Wijzigen van de waarde van een venstervariabele......... 93
Instellen van tekennauwkeurigheid met @x en @y ......... 93
Instellen van het type grafiek ................................................ 94
Weergeven van een grafiek.................................................... 96
Het tekenproces van een grafiek onderbreken of
stopzetten............................................................................ 96
Een bestaande grafiek veranderen................................... 97
Tekenen van een familie krommen ..................................97
Smart Graph ........................................................................98
Hoofdstuk 6: Grafische hulpmiddelen ...................... 99
Grafische hulpmiddelen op de TI-86 ..................................100
Het GRAPH-menu .............................................................100
Gebruik van de vrij bewegende cursor ..........................101
Tekennauwkeurigheid van de grafiek ............................101
Een grafiek traceren .............................................................102
Venstervariabelen wijzigen tijdens traceren .................103
Stoppen en hervatten van traceren.................................103
De afmetingen van het grafiekenscherm met de ZOOM-
functie aanpassen..................................................................103
Het GRAPH ZOOM-menu.................................................104
Definiëren van een eigen zoom-in...................................105
Zoomfactoren instellen ....................................................106
In- en uitzoomen op een grafiek......................................106
Opslaan en opnieuw oproepen van
zoomvenstervariabelen ....................................................108
Het gebruik van interactieve rekenfuncties.......................108
Het GRAPH MATH-menu.................................................109
Instellingen die invloed hebben op GRAPH MATH-
bewerkingen......................................................................110
Het gebruik van ROOT, FMIN, FMAX en INFLC ..........110
Gebruik van f(x), DIST en ARC .....................................111
Gebruik van dy/dx en TANLN .........................................113
Gebruik van ISECT...........................................................113
Het gebruik van YICPT.....................................................114