Operation Manual

350 Hoofdstuk 21. Geheugen- en variabelenbeheer
21MEMORY.NLD TI-89: Memory & Variables Mgmt (Dutch) Susan Gullord Revised: 02/29/00 12:34 PM Printed: 02/29/00 12:42 PM Page 350 of 16
Stappen
³
TI-89
Toetsaanslagen
TI-92 Plus
Toetsaanslagen Venster
1. Wijs op het basisscherm
variabelen toe met de volgende
variabeletypen.
Uitdrukking:
5
!
x1
Functie:
x
ñ
+4
!
f(x)
Lijst:
{5,10}
!
l1
Matrix:
[30,25]
!
m1
" M
5 § X1¸
XZ2«4§
jFcXd
¸
2[5b10
2\§
jL1¸
2g30b25
2h§
jM1¸
¥"M
5§X1¸
XZ2«4§
FcXd
¸
2[5b10
2\§
L1¸
2g30b25
2h§
M1¸
2. Neem aan dat u met een
bewerking begint waarbij u een
functievariabele gebruikt, maar u
kunt zich de naam van de
variabele niet herinneren.
5 p 5 p
5ù
3. Geef het scherm
VAR-LINK
weer.
Op dit scherm worden standaard
alle gedefinieerde variabelen
weergegeven.
In dit voorbeeld wordt aangenomen dat
de hierboven toegekende variabelen
de enige gedefinieerde variabelen zijn.
4. Wijzig de weergave van het
scherm zodat alleen
functievariabelen worden
weergegeven.
Hoewel dit wellicht niet bijzonder nuttig
lijkt in een voorbeeld met vier variabelen,
is dit wel het geval in situaties waar er
veel variabelen van allerlei verschillende
typen zijn
„DDB5
¸
„DDB5
¸
Kennismaking: geheugen- en variabelenbeheer
Ken waarden toe aan verschillende variabele-gegevenstypes. Gebruik het scherm
VAR-LINK
om een lijst met de gedefinieerde variabelen weer te geven. Breng vervolgens een variabele
over naar het geheugen van het gegevensarchief van de gebruiker en onderzoek de
manieren waarop u al dan niet toegang krijgt tot een gearchiveerde variabele. (Gearchiveerde
variabelen worden automatisch geblokkeerd.) Haal de variabele tot slot uit het archief en wis
de niet gebruikte variabelen, zodat ze geen geheugenruimte in beslag nemen.