Operation Manual

Bijlage A: Functies en instructies 439
8992APA.NLD TI-89 / TI-92 Plus: Appendix A (Dutch) Susan Gullord Revised: 02/29/00 1:10 PM Printed: 02/29/00 1:11 PM Pa
g
e 439 of 132
dotP()
MATH/Matrix/Vector menu ops
dotP(
lijst1
,
lijst2
)
uitdrukking
Geeft het inproduct van twee lijsten.
dotP({a,b,c},{d,e,f})
¸
aø
d
+
b
ø e
+
cø f
dotP({1,2},{5,6})
¸
17
dotP(
vector1
,
vector2
)
uitdrukking
Geeft het inproduct van twee vectoren.
De twee vectoren moeten allebei rijvectoren
of allebei kolomvectoren zijn.
dotP([a,b,c],[d,e,f])
¸
aø d
+
bø e
+
cø f
dotP([1,2,3],[4,5,6])
¸
32
DrawFunc
CATALOG
DrawFunc
uitdrukking
Tekent
uitdrukking
als een functie, waarbij
x
als de onafhankelijke variabele wordt gebruikt.
Opmerking: bij opnieuw tekenen van de
grafiek worden alle getekende gegevens gewist.
In de grafische modus Function en het
venster
ZoomStd
:
DrawFunc 1.25xù cos(x)
¸
DrawInv
CATALOG
DrawInv
uitdrukking
Tekent de inverse van
uitdrukking
door
x
-
waarden op de y-as en
y
-waarden op de x-as
uit te zetten.
x
is de onafhankelijke variabele.
Opmerking: bij opnieuw tekenen van de
grafiek worden alle getekende gegevens gewist.
In de grafische modus Function en het
venster
ZoomStd
:
DrawInv 1.25xù cos(x)
¸
DrawParm
CATALOG
DrawParm
uitdrukking1
,
uitdrukking2
[
,
tmin
] [
,
tmax
] [
,
tstap
]
Tekent de parameterkrommen
uitdrukking1
en
uitdrukking2
, waarbij
t
wordt gebruikt als de
onafhankelijke variabele.
De standaardinstellingen voor
tmin
,
tmax
en
tstap
zijn de actuele instellingen voor de venster-
variabelen
tmin
,
tmax
en
tstap
. Door het
opgeven van waarden worden de
vensterinstellingen niet veranderd. Als de
huidige grafische modus niet “parameter” is,
dan zijn deze drie argumenten vereist.
Opmerking: bij opnieuw tekenen van de
grafiek worden alle getekende gegevens gewist.
In de grafische modus Function en het
venster
ZoomStd
:
DrawParm
tù cos(t),tù sin(t),0,10,.1
¸