Operation Manual

58 Hoofdstuk 3. Werken met symbolen
03SYMBOL.NLD TI-89/TI-92 Plus: Symbolic Manipulation (Dutch) Susan Gullord Revised: 02/28/00 9:25 AM Printed: 02/29/00 11:38 AM Page 58 of 24
Stappen
³
TI.89
Toetsaanslagen
TI.92 Plus
Toetsaanslagen Venster
1. Open het basisscherm en wis de
invoerregel. Los de vergelijking
2x
ì
3y = 4
op naar
x
.
Met
1
kiest u
solve(
in het menu
Al
g
ebra
. U kunt
solve(
ook direct via
het toetsenbord invoeren of uit
Catalo
g
selecteren.
"
MM
1
2X|3YÁ4
bX
¥"
MM
1
2X|3YÁ4b
X
2. Los de vergelijking
ë
x + 7y =
ë
12
op
naar
y
, maar druk nog niet op ¸.
1
· X « 7YÁ
·12bYd
1
·X«7YÁ
·12bYd
3. Gebruik de operator “with” (Í)
om x te substitueren door de
waarde die werd berekend uit de
eerste vergelijking. Hiermee
vindt u de waarde voor
y
.
De operator “with” wordt op het scherm
weergegeven als
|.
Gebruik automatisch plakken om het
laatste antwoord in het history area te
markeren en plak dit antwoord op de
invoerregel.
Í
¸
¸
4. Markeer de uitdrukking voor
x
in
het history area.
CCC CCC
5. Plak de gemarkeerde uitdrukking
op de invoerregel. Substitueer
vervolgens de waarde van
y
die u
met de tweede vergelijking hebt
berekend.
De oplossing is:
x =
ë
8/11
en
y =
ë
20/11
¸
Í
¸
¸
¸
Dit is een voorbeeld van het werken met symbolen. Er is een functie in één stap beschikbaar
voor het oplossen van stelsels van vergelijkingen (zie pagina 73.)
Kennismaking: werken met symbolen
Los het stelsel vergelijkingen 2x
ì
3y = 4 en
ë
x + 7y =
ë
12 op. Herschrijf de eerste
vergelijking zodat x wordt uitgedrukt in y. Substitueer in de tweede vergelijking x door deze
uitdrukking en los de vergelijking op naar y. Substitueer tenslotte de waarde van y in de
eerste vergelijking om de waarde van x te berekenen.