Operation Manual

448 Bijlage A: Functies en instructies
8992APA.NLD TI-89 / TI-92 Plus: Appendix A (Dutch) Susan Gullord Revised: 02/29/00 1:10 PM Printed: 02/29/00 1:11 PM Page 448 of 132
factor(rationaal_getal)
g
eeft het rationale
g
etal
ontbonden in priemfactoren. Bij samen
g
estelde
g
etallen neemt de rekentijd exponentieel toe
met het aantal cijfers in de op één na
g
rootste
factor. Het ontbinden van een uit 30 cijfers
bestaand
g
eheel
g
etal kan meer dan een da
g
duren, en het ontbinden van een uit 100 cijfers
bestaand geheel getal meer dan een eeuw.
Opmerking: om een berekening te stoppen
(onderbreken), drukt u op ´.
Indien u slechts wilt bepalen of een getal een
priemgetal is, gebruikt u
isPrime()
.
Dit gaat
veel sneller, vooral wanneer
rationaalGetal
geen priemgetal is en de op één na grootste
factor meer dan vijf cijfers heeft.
factor(152417172689)
¸
123457
ø
1234577
isPrime(152417172689)
¸
false
Fill
MATH/Matrix menu
Fill uitdrukking, matrixVar
matrix
Vervangt elk element in variabele
matrixVar
door
uitdrukking
.
matrixVar
moet reeds bestaan.
[1,2;3,4]! amatrx
¸
[
1 2
3 4
]
Fill 1.01,amatrx
¸
Done
amatrx
¸
[
1.01 1.01
1.01 1.01
]
Fill uitdrukking, lijstVar
lijst
Vervangt elk element in variabele
lijstVar
door
uitdrukking
.
lijstVar
moet reeds bestaan.
{1,2,3,4,5}! alist
¸
{1 2 3 4 5}
Fill 1.01,alist
¸
Done
alist
¸
{1.01 1.01 1.01 1.01 1.01}
floor()
MATH/Number menu
floor(uitdrukking) geheel_getal
Geeft het
g
rootste
g
ehele
g
etal dat het
argument is. Deze functie is identiek aan int().
Het ar
g
ument kan een reëel of een complex
getal zijn.
floor(ë 2.14)
¸
ë 3.
floor(lijst1) lijst
floor(matrix1) matrix
Geeft een lijst of matrix waarvan elk element
het dichtstbijzijnde gehele getal elk gegeven
element is.
Opmerking: zie ook
ceiling() en int().
floor({3/2,0,ë 5.3})
¸
{1 0 ë 6.}
floor([1.2,3.4;2.5,4.8])
¸
[
1. 3.
2. 4.
]
fMax()
MATH/Calculus menu
fMax(uitdrukking, var) Booleaanse uitdrukking
Geeft een Booleaanse uitdrukking waarin
mogelijke waarden van
var
worden opgegeven
die
uitdrukking
maximaliseren of zijn kleinste
bovengrens lokaliseren.
fMax(1ì (xì a)^2ì (xì b)^2,x)
¸
x =
a+b
2
fMax(.5x^3ì xì 2,x)
¸
x =
ˆ