Operation Manual

Bijlage B: Naslaginformatie 553
8992APB.NLD TI-89/TI-92 Plus:8992appb.doc (Dutch) Joan Terrell Revised: 02/29/00 12:38 PM Printed: 02/29/00 12:48 PM Page 553 of 34
Specificeert welke toepassing wordt weergegeven op het scherm.
¦
Bij een heel scherm is alleen
Split 1 App
is actief.
¦
Bij een gesplitst scherm is
Split 1 App
de toepassing voor het
bovenste of linker gedeelte van het scherm en
Split 2 App
voor het
onderste of rechter gedeelte van het scherm.
De beschikbare toepassingen zijn diegene die in een lijst worden
weergegeven wanneer u op B drukt in de schermmodus
Page 2
of
wanneer u op O drukt. U moet in ieder scherm een andere
toepassing hebben tenzij u in de modus 2-graph bent.
Specificeert of beide gedeelten van een gesplitst scherm tegelijkertijd
een grafiek weer kunnen geven.
1
A
lleen één gedeelte kan grafieken weergeven.
2
Beide gedeelten kunnen een onafhankelijk
grafisch scherm weergeven (instelling
Graph
of
Graph 2
) met onafhankelijke instellingen.
Specificeert het type grafiek dat u kunt tekenen als tweede grafiek
van een gesplitst scherm. Dit is alleen actief als
Number of Graphs
=
2
.
In deze twee-grafieken instelling stelt
Graph
het type grafiek voor het
bovenste of linker gedeelte van het scherm in en
Graph 2
stelt het
onderste of rechter gedeelte van het scherm in. De bechikbare
keuzen zijn dezelfde als voor
Graph
.
Specificeert de verhouding tussen de afmetingen van de twee delen
van een gesplitst scherm.
1:1
Het scherm wordt in gelijke delen gesplitst.
1:2
Het onderste of rechter gedeelte is ongeveer twee
maal zo groot als het bovenste of linker gedeelte.
2:1
Het bovenste of linker gedeelte is ongeveer twee
maal zo groot als het onderste of rechter gedeelte.
Specificeert hoe gebroken en symbolische uitdrukkingen berekend en
weergegeven worden. Door gebroken en symbolische vormen in de
instelling
EXACT
te houden verhoogt de
TI
-
89 / TI
-
92 Plus
de nauwkeurigheid
door de meeste numerieke afrondingsfouten uit te schakelen.
1:AUTO
Gebruikt in de meeste gevallen de instelling
EXACT
.
Wanneer de invoer echter een decimaalteken bevat,
wordt
APPROXIMATE
gebruikt.
2:EXACT
Geeft resultaten met niet-gehele getallen weer in
hun gebroken of symbolische vorm.
3:APPROXIMATE
Geeft numerieke resultaten weer in een vorm
met een drijvende komma.
Opmerking:
zie “Opmaak van weergegeven resultaten” in hoofdstuk 2
voor een complete beschrijving van deze instellingen.
Split 1 App
en
Split 2 App
Number of Graphs
Graph 2
Split Screen Ratio
(alleen TI
.
92 Plus)
Exact/Approx