Operation Manual

Grafieken van functies 345
Sneltoetsen voor het verplaatsen van de cursor
Sneltoetsen voor het verplaatsen van de cursorSneltoetsen voor het verplaatsen van de cursor
Sneltoetsen voor het verplaatsen van de cursor
In de Y=Editor:
In het basisscherm of in een programma
In het basisscherm of in een programmaIn het basisscherm of in een programma
In het basisscherm of in een programma
U kunt een functie ook definiëren of uitwerken in het basisscherm of in een programma.
Gebruik de opdrachten
Define en Graph. Zie:
- “Een grafiek tekenen van een op het basisscherm gedefinieerde functie” en
“Een functie met meervoudig voorschrift plotten” in Extra onderwerpen over
grafieken.
- “Overzicht van het invoeren van functies” in Programmeren.
Sla een uitdrukking direct op onder een functievariabele. Zie:
- “Variabele waarden opslaan en opvragen” in Werken met de rekenmachine.
- “Door de gebruiker gedefinieerde functies creëren en uitwerken” in het
basisscherm van de rekenmachine.
Opmerking: door de gebruiker gedefinieerde functies kunnen vrijwel iedere naam
hebben. Als u echter wil dat ze in de Y= Editor worden opgenomen, moet u
functienamen
y1(x), y2(x), etc. gebruiken.
Toetsaanslag: Resultaat:
8 C of
8 D
De cursor gaat respectievelijk naar functie 1 of naar de
laatst gedefinieerde functie. Indien de cursor op of
voorbij de laatst gedefinieerde functie staat, wordt hij bij
indrukken van 8 D verplaatst naar functie 99.