Operation Manual

Grafieken van functies 354
1. Verplaats de cursor om de opmaakinstelling te markeren.
2. Druk op B om een menu met geldige instellingen voor de betreffende opmaak weer
te geven.
3. Kies een instelling door:
De cursor te verplaatsen om zo de instelling te markeren en op ¸ te
drukken.
– of –
Op het nummer van die instelling te drukken.
4. Nadat u alle gewenste opmaakinstellingen hebt veranderd, drukt u op ¸ om de
veranderingen op te slaan en het dialoogvenster
GRAPH FORMATS te sluiten.
Opmerking: om een menu te sluiten of het dialoogvenster te verlaten zonder
wijzigingen op te slaan, drukt u op N in plaats van op ¸.
De geselecteerde functies plotten
De geselecteerde functies plottenDe geselecteerde functies plotten
De geselecteerde functies plotten
Wanneer u klaar bent om de geselecteerde functies te plotten, opent u het scherm
Graph. Dit scherm gebruikt de weergavestijl en het weergavevenster die u eerder
gedefinieerd heeft.
Het scherm Graph weergeven
Het scherm Graph weergevenHet scherm Graph weergeven
Het scherm Graph weergeven
Druk op 8 %. De TI-89 Titanium / Voyage™ 200 Graphing Calculator plot
automatisch de geselecteerde functies.