Operation Manual

Parameterkrommen 389
De coördinaten van een willekeurige pixel weergeven met behulp van de vrij
beweegbare cursor of die van een punt op de kromme weergeven, door een
parameterkromme te volgen.
Het werkbalkmenu
Zoom gebruiken om in of uit te zoomen op een gedeelte van
de kromme.
Het werkbalkmenu
Math gebruiken om afgeleiden, raaklijnen etc. te zoeken.
Sommige menu-opties zijn niet beschikbaar voor parameterkrommen.
Verschillen tussen grafieken van
Verschillen tussen grafieken van Verschillen tussen grafieken van
Verschillen tussen grafieken van
parametervoorstellingen en grafieken van functies
parametervoorstellingen en grafieken van functiesparametervoorstellingen en grafieken van functies
parametervoorstellingen en grafieken van functies
In deze module wordt ervan uitgegaan dat u reeds weet hoe u grafieken van functies
van de vorm
y(x) tekent, zoals is beschreven in Grafieken van functies. In dit deel
worden de verschillen tussen deze grafieken en parameterkrommen beschreven.
De modus Graph instellen
De modus Graph instellenDe modus Graph instellen
De modus Graph instellen
Gebruik 3 om
Graph = PARAMETRIC in te stellen, voordat u parametervoorstellingen
definieert of venstervariabelen instelt. Met de Y= Editor en de Window Editor kunt u
alleen informatie invoeren voor de actuele instelling van de modus
Graph.
Parametervoorstellingen definiëren in de Y= Editor
Parametervoorstellingen definiëren in de Y= EditorParametervoorstellingen definiëren in de Y= Editor
Parametervoorstellingen definiëren in de Y= Editor
Om een parameterkromme te plotten, moet u zowel zijn x- als zijn y-component
definiëren. Als u slechts één component definieert, kan de kromme niet worden