Operation Manual

2.4 Wijzigen van de geprogrammeerde temperaturen
+
De keuzeschakelaar instellen op MENU
+
Kies het sub-menu «gewenste temperatuur» met de
toetsen +s of –t
+
Bevestig met de toets
+
Verander de comforttemperatuur met +s of –t
+
Bevestig met de toets
+ Verander de verlaagde temperatuur met +s of –t
+ Bevestig met de toets
+ Verander de antivriestemperatuur met +s of –t
+ Bevestig met de toets
+ De keuzeschakelaar instellen op P1, P2, P3, , of d.
é De geprogrammeerde temperaturen zijn identiek voor
P1, P2 en P3.
é Het is niet mogelijk een verlaagde temperatuur te pro-
grammeren die hoger is dan de comforttemperatuur, noch
een comforttemperatuur die lager is dan de verlaagde
temperatuur.
2.5 Apparaat met gesloten deksel
Naargelang de configuratie van
de thermostaat, verschijnt op het
display de gewenste temperatuur
(instelwaarde) en/of de gemeten
temperatuur en/of de kloktijd (zie
2.10 Functie Service»).
Het symbool « » duidt aan dat de thermostaat in warmte-
vraag is.
Het symbool « » duidt aan dat de batterijen moeten ver-
vangen worden.
Het symbool « » meldt de overdracht van een schakel-
signaal.
Met deze 2 toetsen kan men de instelwaarde van de
temperatuur verhogen of verlagen zonder het pro-
gramma te wijzigen (één toets tegelijk indrukken).
De temperatuur blijft gewijzigd tot bij de volgende gepro-
grammeerde regimewijziging.
Met de toets INFO kan men op elk ogenblik
secundaire informatie raadplegen zoals de ruimte-
temperatuur, de gewenste temperatuur, datum en kloktijd,
het actieve programma en de gekozen beeldweergave.
10
NL
OK
OK
OK
OK
DISPLAY
+ s
t
i