Operating Instructions and Installation Instructions

Pag. 25
13. ONDERHOUDS WERKZAAMHEDEN.
Let op; tijdens onderhoudswerkzaamheden toestel gastoevoer c.q. stroomvoorziening zoveel mogelijk afsluiten.
Onderhoudswerkzaamheden dienen door een vakbekwaam installateur te worden uitgevoerd.
Sluit de gaskraan tijdens onderhoudswerkzaamheden
Inspecteren
Werkzaamheden OK
1 Algemene inspectie a De hoofdbrander moet vloeiend ontsteken(binnen enkele seconden) en mag niet ploffen door vertraagd
ontsteken. Indien er sprake is van vertraagd ontsteken, ga naar punt 7.
b Controleer het vlambeeld. Vlambeeld dient stabiel te zijn
Na ca 15 minuten moet vlambeeld geel zijn, bij te blauw vlambeeld ga naar punt 7.
c Controleer op overmatige roetvorming op decoratieve delen. Bij overmatige roetvorming ga naar
punt 7.
2
Decortieve delen
(stammen/kiezels etc.)
a verwijder de deco delen en reinig brander(voorzichtig bij keramische branders!) met stofzuiger.
en (waakvlam)brander
b inspecteer de decoratieve delen op beschadigingen/scheuren/verkleuring en reinig zo nodig met zachte
borstel.
c controleer of branderdek intact en vrij van corrosie is. Vervang indien nodig de brander.
d na afronding inspectie:herplaats deco delen, exact volgens opgave fabrikant. Waakvlambrander goed
vrijhouden!
e controleer of de waakvlambescherming intact is(indien van toepassing).
f controleer piezo op voldoende vonksterkte, en ontsteekkabel op vrijliggen van metaaldelen/electrische
delen.
3 Hoofdbrander ontste-
king en bediening
a controleer of hoofd inspuiter vrij van vuil is.
b controleer of primaire beluchtingsopening in hoofdbrander vrij van vuil is.
c Controleer de brander en of deze goed in positie staat tov waakvlambrander.(indien van toepassing)
d controleer of brander goed gefixeerd is en niet kan bewegen.
e controleer of waakvlambrander goed brandt, met strakke blauwe vlam
f controleer of brander over gehele oppervlakte gelijkmatig en zonder grote vertraging ontsteekt.
g controleer of er sprake is van een gelijkmatig en stabiel branderbeeld.
h controleer voor- en branderdruk. Vergeet na meting drukmeetnippels niet te sluiten.
i controleer of gasregeling delen intact zijn, en bv plastic delen niet gesmolten zijn.
j controleer elektrische bedrading op beschadigingen en op goed vrij liggen van hete delen.
4 Installatie a controleer of afstanden tot brandbare meubelen etc voldoende is
5 Rookgasafvoer/ lucht
toevoer
a voor zover mogelijk, inspecteer algehele staat van het af/toevoersysteem en controleer op blokkering-
en/ lekkages/ corrosie.
b controleer de uitmonding, moet vrij van vuil en blokkades zijn.
c controleer specifiek op lekkages van kitranden etc.
6 Afstand bediening a controleer juiste werking van de afstandbediening.
7 Ventilatoren(indien
aanwezig)
a reinig de ventilatoren en controleer op juiste werking.