Thule Urban Glide Instructies A 51100987
INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding 1.1 1.2 1.3 Bedoeld gebruik van deze gebruiksaanwijzing Bedoeld gebruik van de wandelwagen Specificaties 2 Veiligheid 2.1 2.2 Symbolen en instructies Algemene veiligheidsinstructies 3 Aan de slag 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.
1 INLEIDING Hartelijk dank voor uw keuze voor een Thule Urban Glide. Uw nieuwe wandelwagen biedt kwaliteit, veiligheid en comfort. LET OP: Thule Child Transport Systems Ltd. behoudt zich alle rechten op deze Gebruiksaanwijzing voor. Geen enkele tekst, informatie of illustratie uit de gebruiksaanwijzing mag worden gereproduceerd of gedistribueerd of ongeoorloofd gebruikt worden voor commerciële doeleinden, noch mogen deze ter beschikking worden gesteld aan anderen.
1.1 Bedoeld gebruik van deze gebruiksaanwijzing Voor wie is deze gebruiksaanwijzing bedoeld? Deze gebruiksaanwijzing is bedoeld voor de koper en gebruiker van de wandelwagen van Thule, die tevens verantwoordelijk is voor het volgens de voorschriften onderhouden van de wandelwagen en voor het uitvoeren van reparaties. 1.
2 VEILIGHEID Als u deze wandelwagen met plezier wilt gebruiken, is het van groot belang dat u dit op een veilige manier doet. Daarom dient u de veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing goed door te nemen voordat u deze wandelwagen gaat gebruiken. 2.1 Symbolen en instructies 2.2 Algemene veiligheidsinstructies In deze gebruiksaanwijzing zijn waarschuwingen en opmerkingen opgenomen om informatie over veiligheid en optimaal gebruik te benadrukken.
• Houd lichaamsdelen, kleding, schoenveters of speelgoed van kinderen uit de buurt van bewegende onderdelen. • Let op uw vingers bij het opvouwen of uitvouwen van deze wandelwagen. Houd kinderen uit de buurt van bewegende onderdelen, om te voorkomen dat zij letsel oplopen. • Plaats geen (auto)zitje in deze wandelwagen dat niet door Thule Child Transport Systems Ltd. is goedgekeurd. • Gebruik uitsluitend door Thule Child Transport Systems Ltd.
3 AAN DE SLAG 3.1 MEEGELEVERDE ONDERDELEN Controleer of de volgende artikelen bij de wandelwagen zijn meegeleverd: • Wagen met bevestigd voorwiel • 2 achterwielen OPMERKING Bewaar de wandelwagen met de meegeleverde onderdelen op een veilige, droge plaats, zodat ze altijd in goede staat verkeren wanneer u ze nodig hebt.
3.2 De wandelwagen uitvouwen 1 3 2 A. B. C. Maak het opvouwriempje los (zie afbeelding 1). Trek het bovenframe van de wagen omhoog (zie afbeelding 2). Duw het voorwiel van de wagen omhoog, totdat het op zijn plaats klikt (zie afbeelding 3). WAARSCHUWING Zorg dat alle vergrendelingen goed vastzitten voordat u de wandelwagen gebruikt.
3.3 De wagen opvouwen 1 3 2 A. B. C. Open de afdekkap aan de voorzijde (zie afbeelding 1). Schuif en draai vervolgens de vouwhendel totdat het frame in elkaar klapt (zie afbeelding 2). Maak het opvouwriempje vast (zie afbeelding 3). WAARSCHUWING Let op uw vingers bij het opvouwen of uitvouwen van deze wandelwagen. Houd kinderen uit de buurt van bewegende onderdelen, om te voorkomen dat zij letsel oplopen.
3.4 De wielen monteren 3.5 De wielen demonteren 1 A. B. C. D. E. F. G. 10 2 Houd de vergrendelknop op het wiel ingedrukt (zie afbeelding 1). Steek de wielas in de wagenas. Laat de vergrendelknop op het wiel los. Duw het wiel helemaal in de wagenas. Controleer of het wiel stevig op de wagen is bevestigd door er even hard aan te trekken. Herhaal dit voor het andere wiel. Controleer de bandenspanning in elke band. De bandenspanning moet minimaal 20 psi (1,4 bar) zijn en maximaal 25 psi (1,7 bar).
3.6 HET VOORWIEL VERSTELLEN 1 2 A. B. Wandelen – zwenkend voorwiel (zie afbeelding 1). Hardlopen – vergrendelt het voorwiel naar voren of naar achteren (zie afbeelding 2).
3.7 HET VOORWIEL UITLIJNEN VOOR JOGGEN 3.8 De duwstang bijstellen 1 2 A. Laat de wagen meer naar links trekken (zie afbeelding 1). 3 B. Laat de wagen meer naar rechts trekken (zie afbeelding 1). A. B. 12 Houd de vergrendelknoppen ingedrukt (zie afbeelding 2). Draai de duwstang in een comfortabele positie (zie afbeelding 3).
3.9 de zitting bijstellen 3 1 2 A. B. C. D. Zet de wandelwagen op de rem. Knijp in de verstelklem (zie afbeelding 1). Schuif de verstelklem achter op de zitting omhoog of omlaag langs de riem om de kantelhoek van de zitting te bepalen (zie afbeelding 2). Het ventilatiegat openen: kantel de zitting en open het ventilatiegat aan de achterkant en rol deze in het zakje aan de bovenkant (zie afbeelding 3).
4 GEBRUIK EN KENMERKEN 4.1 De wagen op de rem zetten 1 A. B. C. 2 Duw het rode voetpedaal naar beneden om de wagen op de rem te zetten (zie afbeelding 1). Controleer altijd of de rem ook echt werkt: de wagen mag niet naar voren of naar achteren rollen nadat u deze op de rem hebt gezet. Trek het rode voetpedaal omhoog om de wagen van de rem te halen (zie afbeelding 2). WAARSCHUWING Laat uw kind nooit zonder toezicht achter in de wandelwagen.
4.2 plaatsing van kind en gordel 3 1 WAARSCHUWING 2 Het zitje is niet geschikt voor kinderen jonger dan 6 maanden. Voor deze kinderen moet een speciaal babyaccessoire van Thule worden gebruikt. Gebruik altijd het gordelsysteem. Controleer vóór gebruik altijd of het wagenframe of de zitting of de bevestiging voor het autozitje goed vastzitten. A. B. C. D. E. F. G. Zet de wandelwagen op de rem. Maak alle bevestigingen van de gordel los.
4.3 HET VEILIGHEIDSPOLSBANDJE GEBRUIKEN 4.4 HET ZONNESCHERM GEBRUIKEN 2 1 A. Draag het losse uiteinde van het polsbandje om uw pols om te voorkomen dat de wagen losraakt (zie afbeelding 1). 3 A. B. 16 Trek het zonnescherm naar beneden om schaduw te maken (zie afbeelding 2). Het bovenvenster openen: maak het klittenband los en rol de kap in het zakje aan de bovenkant (zie afbeelding 3).
4.5 BERGRUIMTE A. • • • 1 3 2 4 De wandelwagen is voorzien van de volgende opbergcompartimenten: Een grote gaaszak boven aan de achterkant (zie afbeelding 1) Twee kleine gaaszakjes aan de voorkant in de wagen (zie afbeelding 2). Eén grote bergruimte onder de zitting (zie afbeelding 3). Als u deze ruimte open wilt laten, ritst u het dek open en bergt u het dek in de voorzak op (zie afbeelding 4).
5 AANVULLENDE INFORMATIE 5.1 Accessoires 5.2 ONDERHOUD Er zijn talloze accessoires die geschikt zijn voor uw Thule wandelwagen. Inspecteer uw Thule wandelwagen en de bijbehorende accessoires geregeld op schade en tekenen van slijtage. • • • • • • • • • Metalen onderdelen Controleer metalen onderdelen op deuken of scheuren. Gebruik de wandelwagen niet als een metalen onderdeel scheurtjes of beschadigingen vertoont.
5.3 BERGRUIMTE Berg uw wandelwagen en accessoires op een droge plaats buiten direct zonlicht op. Hang de wandelwagen zo mogelijk op. Laat de wandelwagen vóór het opbergen goed opdrogen om schimmel- en bacterievorming te voorkomen. 5.4 Slijtage Deze wandelwagen is zeer duurzaam en kan heel lang meegaan als vervoersmiddel voor uw kind(eren). Na enige tijd kan door meerdere factoren slijtage ontstaan.