Operation Manual

Functies tijdens het telefoongesprek
17
Let op: Bij geactiveerde conferentie is het niet mogelijk een gesprek specifiek door te
verbinden. U dient hiervoor 1 gesprek te beëindigen
Parkeren (TP)
Wanneer u tijdens een bestaande gespreksverbinding vanaf een andere plek in het
gebouw verder wilt telefoneren, kunt u de verbinding in de telefooncentrale parkeren.
Na het parkeren kunt u het gesprek binnen drie minuten (op een ander toestel) terug
uit de “parkeerstand” halen en kunt u met uw gesprekspartner verder telefoneren.
Voor de programmering van deze functie dient u de gebruiksaanwijzing van uw
ISDN-telefoon te raadplegen.
Bij analoge toestellen gaat u als volgt te werk:
• Inparkeren:
 
tweecijferig parkeernummer

• Uitparkeren:

tweecijferig parkeernummer

Ruggespraak/Makelen
Deze functie geeft u de mogelijkheid om een intern of extern gesprek te onderbreken
en ruggespraak te voeren. Voor de deelnemer wordt tijdens deze ruggespraak
wachtmuziek afgespeeld. Wanneer u de ruggespraak hebt beëindigd kunt u weer
met uw eerste gesprek doorgaan.
Het tot stand brengen van een ruggespraak is afhankelijk van het gebruikte type
toestel:
• Bij ISDN-toestellen door het indrukken van de

-toets of via een
aangeboden menu en het gebruik van de directe keuzetoetsen.
• Bij analoge TDK-toestellen door het indrukken van de

-toets of flash-toets:
Analoge telefoon 21:
Neem de hoorn van het toestel
U hoort de interne kiestoon.

Telefoonnummer kiezen. Signalering op telefoon 22.
Analoge telefoon 22:
Neem de hoorn van het toestel
Gesprek met telefoon 22 voeren.

Ruggespraak tot stand brengen. U hoort de interne kiestoon.

Telefoonnummer kiezen. Signalering op telefoon 23.