Operation Manual

21
Let op: als je systeem je locatie niet met GPS of een andere methode kan vinden, wordt het
symbool grijs weergegeven.
8. Routebalk. De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland.
Belangrijk: als je een grotere routebalk wilt zien met meer informatie over de route, wijzig je
de instelling voor Route-informatie.
De routebalk
De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland. Boven aan de routebalk bevindt
zich een kader met aankomstinformatie en daaronder een balk met symbolen.
Belangrijk: als je een grotere routebalk wilt zien met meer informatie over de route, wijzig je de
instelling voor Route-informatie.
Opmerking: de resterende afstand die wordt weergegeven met de routebalk is afhankelijk van de
totale lengte van je route.
In het kader met aankomstinformatie wordt de volgende informatie
getoond:
De geschatte aankomsttijd op je bestemming.
Hoelang het duurt om vanaf de huidige locatie naar de bestemming
te rijden.
Vlak bij de bestemmingsmarkering wordt een knop van een
parkeergelegenheid getoond wanneer er in de buurt van je bestem-
ming parkeergelegenheid is.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een
plusteken (+) of een minteken (-) en het tijdsverschil in hele en
halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Als je tussenstops aan je route hebt toegevoegd, selecteer je dit kader
om te schakelen tussen informatie over de volgende tussenstop en je
eindbestemming.
In het kader met aankomstinformatie kun je kiezen welke informatie
wordt weergegeven.
Verkeersstatus - als je systeem geen verkeersinformatie ontvangt, wordt
er onder het kader met aankomstinformatie een verkeersymbool met een
kruis weergegeven.
Op de balk worden symbolen voor de volgende informatie gebruikt:
De volgende twee tussenstops op je route.
Benzinestations die zich op de route bevinden.
TomTom Traffic.
TomTom Flitsers en Gevarenzones.
Stopplaatsen die op de route liggen.
Je kunt kiezen welke informatie wordt weergegeven op de route.
De symbolen staan in de volgorde waarin ze voorkomen op de route. Bij
verkeersincidenten geeft het symbool voor elk incident beurtelings het
type incident en de vertraging in minuten aan. Selecteer een symbool om
meer informatie weer te geven over een vertraging, een incident of een
flitser. Als er een symbool boven op een ander symbool wordt
weergegeven en je de symbolen selecteert, wordt er ingezoomd op de
routebalk om elk symbool apart weer te geven. Vervolgens kun je een
van de symbolen selecteren.