Operation Manual
55 
2.  Selecteer ALGEMEEN en ga naar rechts. 
3.  Selecteer SLUIT AAN en ga naar rechts. 
4.  Selecteer SENSOREN en ga naar rechts. 
5.  Selecteer HART en ga naar rechts en daarna omhoog of omlaag om de sensor IN te schakelen. 
Een sensor uitschakelen 
Volg dezelfde stappen als hierboven maar selecteer UIT bij stap 5. 
Een hartslagsensor testen 
Je kunt controleren of een hartslagmeter of -sensor werkt zonder dat je een activiteit hoeft te 
starten. Doe het volgende: 
1.  Ga op het scherm Camerastatus op je TomTom Bandit omlaag om het menu INSTELLINGEN te 
openen.   
2.  Selecteer ALGEMEEN en ga naar rechts. 
3.  Selecteer SLUIT AAN en ga naar rechts. 
4.  Selecteer SENSOREN en ga naar rechts. 
5.  Selecteer HART en ga naar rechts. 
Je ziet ON (Aan), OFF (Uit) of EXTERNAL (Extern). Als de instelling is ingesteld op ON (Aan) of 
EXTERNAL (Extern), wordt bpm weergegeven, wat betekent dat je hartslag wordt gemeten in 
slagen per minuut.   
Vervolgens wordt direct je hartslag weergegeven of streepjes die aangegeven dat je horloge 
zoekt naar de hartslagsensor.   
Tip: als de hartslag wordt gedetecteerd, blijft de meter nog 30 seconden actief voor het geval 
je direct een activiteit wilt starten. 
Opties 
Belangrijk: je kunt instellingen wijzigen met de mobiele app op je smartphone. 
Ga op het scherm Camerastatus op je TomTom Bandit omlaag om het menu INSTELLINGEN te 
openen. Selecteer ALGEMEEN en vervolgens OPTIES. 
Gebruik deze instellingen om de algemene opties voor je TomTom Bandit te selecteren, zoals de 
taal en eenheden. 
Taal 
Selecteer TAAL om de taal in te stellen die moet worden gebruikt voor de menu's en berichten op je 
TomTom Bandit. 
Eenheden 
Selecteer EENHEDEN om de eenheden in te stellen op KM (metrisch) of Mijl (imperiaal). 
Geluid 
Selecteer GELUID om de zoemer op de TomTom Bandit op AAN of UIT te zetten. 
Als je TomTom Bandit zich buiten je gezichtsveld bevindt, bijvoorbeeld als het apparaat op je helm 
is bevestigd, geeft de zoemer aan wanneer de TomTom Bandit is begonnen en gestopt met 
opnemen, wanneer het apparaat is in- of uitgeschakeld en wanneer er een melding is. 
Als het stil moet zijn tijdens de opname, bijvoorbeeld in een landschap met wilde dieren, kun je de 
zoemer uitschakelen. 
Opmerking: deze instelling regelt niet de geluidsopnamen tijdens het filmen. 










