Operation Manual

35
Raak een markering aan om de kaart te centreren op de locatie waar de markering naar
verwijst.
Je kunt ook zelf markeringen instellen. Raak eerst de cursorknop aan en vervolgens Sla positie
op om een groene markering op de cursorpositie te plaatsen.
Als je markeringen wilt uitschakelen, raak je Opties en vervolgens Geavanceerd aan, en schakel
je het selectievakje Markeringen uit.
4. Knop Opties
5. De cursor met de straatnaamballon.
Raak de knop in de straatnaamballon aan om het cursormenu te openen. Je kunt naar de
cursorpositie navigeren, van de cursorpositie een favoriet maken, of een nuttige plaats in de
buurt van de cursorpositie zoeken.
6. De knop Zoek
Raak deze knop aan om te zoeken naar specifieke adressen, favorieten of nuttige plaatsen.
7. De zoombalk
Je kunt in- en uitzoomen door de schuifknop te verplaatsen.
Opties
Raak de knop Opties aan om in te stellen welke informatie op de kaart wordt getoond en om de
volgende informatie weer te geven:
Verkeersinfo - selecteer deze optie om de verkeersinformatie op de kaart te tonen. Wanneer
de verkeersinformatie wordt weergegeven, worden NP's en Favorieten niet weergegeven.
Opmerking: om een TomTom-verkeersinformatieservice te kunnen gebruiken, heb je mogelijk
een abonnement of ontvanger nodig. Verkeersinformatieservices worden niet in alle landen of
regio's ondersteund. Kijk voor meer informatie op tomtom.com/services.
Namen - selecteer deze optie om straat- en plaatsnamen op de kaart weer te geven.
Nuttige plaatsen - selecteer deze optie om NP's op de kaart weer te geven. Raak Kies NP's aan
om te kiezen welke NP-categorieën op de kaart worden weergegeven.
Afbeeldingen - selecteer deze optie om satellietbeelden van het bekeken gebied weer te
geven. Satellietbeelden zijn niet op elke kaart of voor elke locatie op de kaart beschikbaar.
Favorieten - selecteer deze optie om je Favorieten op de kaart weer te geven.
Raak Geavanceerd aan om de volgende informatie weer te geven of te verbergen:
Markeringen - selecteer deze optie om markeringen in te schakelen. Markeringen geven je
huidige locatie (blauw), je thuislocatie (geel) en je bestemming (rood) aan. De markering toont
de afstand tot de locatie.
Raak een markering aan om de kaart te centreren op de locatie waarnaar de markering verwijst.
Raak de cursorknop aan om je eigen markering te maken. Raak vervolgens Sla positie op om een
groene markering op de cursorpositie te plaatsen.
Als je markeringen wilt uitschakelen, raak je Opties en vervolgens Geavanceerd aan, en maak
je de selectie van Markeringen ongedaan.
Coördinaten - selecteer deze optie om GPS-coördinaten weer te geven in de linksonder in de
hoek van de kaart.
Cursormenu
Met de cursor kun je meer doen dan alleen een locatie op de kaart markeren.